Een eeuwig Koninkrijk
Handelingen 15:13-18:
“En nadat dezen uitgesproken waren, nam Jakobus het woord en zeide: “Mannen broeders, hoort naar mij! Simeon heeft uiteengezet, hoe God van meet aan erop bedacht geweest is een volk voor zijn naam uit de heidenen te vergaderen. En hiermede stemmen overeen de woorden der profeten, gelijk geschreven staat: Daarna zal Ik wederkeren en de vervallen hut van David weder opbouwen, en wat daarvan is ingestort, zal Ik weder opbouwen, en Ik zal haar weder oprichten, opdat het overige deel der mensen de Here zoeke, en alle heidenen, over welke mijn naam is uitgeroepen, spreekt de Here, die deze dingen doet, welke van eeuwigheid bekend zijn”
En de Engel heeft tot Maria gezegd in: Lucas 1:30-33: En de engel zeide tot haar: “Wees niet bevreesd, Maria, want gij hebt genade gevonden bij God. En zie, gij zult zwanger worden en een zoon baren, en gij zult Hem de naam Jezus geven. Deze zal groot zijn en Zoon des Allerhoogsten genoemd worden, en de Here God zal Hem de troon van zijn vader David geven, en Hij zal als koning over het huis van Jakob heersen tot in eeuwigheid, en zijn koningschap zal geen einde nemen”.
Dit Koninkrijk van God is op aarde, het Huis van Jakob is een volk en geen kerk en de Troon van David is een letterlijke troon en ook hier op aarde. Het is om deze heerlijke prijs waar voor gestreden wordt. Deze strijd wordt niet gestreden met oorlogswapens en het slagveld is niet daar waar soldatenvoeten stampen.
Nee, de strijd is in de lucht, in het geestelijke denkbeeld. Menige veldslag is al gewonnen of verloren, niet met het zwaard, maar met de pen. Nooit in de geschiedenis waren pen en zwaard, aan de kant van de vijand, beter samen gegaan als in deze laatste strijd die nu snel zijn climax nadert. Fysieke oorlogswapens worden elke dag beter en volmaakter. De moderne oorlogsmachine is al bijna tot ongelooflijk dingen in staat. De wetenschap heeft de hoogste graad bereikt op het gebied van het vervaardigen van wapentuig.
En de pen is niet achter gebleven. De inspanning die geleverd is, wordt om menselijke gedachten te vormen en te manipuleren, met het doel om hen te misleiden, heeft een hogere graad van doeltreffendheid bereikt. De prijs daarvan is, dat miljoenen mensen vandaag slaafs en gedwee, ja zelfs bezield worden, precies zoals het aan hen is voorgeschreven. Hierin schuilt een groot gevaar: de massamens met een idee in zijn hoofd en zo’n modern zwaard in zijn hand, is een groot gevaar. Wie zal ons redden? Alleen Jezus Christus bij Zijn Wederkomst. Dit moet een Goddelijk ingrijpen zijn.
Jezus was geen jood
Omdat de Here Jezus, met Zijn Wederkomst, komt om de Twaalf Stammen van Israël te verzamelen en om over hen te gaan regeren als Koning. Zie Lucas 1:31-33 en aanverwante Schriften. Het is van groot belang om beiden, de identiteit van Israël en die van Jezus, boven alle twijfel vast te stellen. Wij zijn al een geruime tijd bezig dit met Israël te doen en zullen daar ook mee doorgaan, tot aan het einde van deze reeks.
Maar wij willen graag hebben dat u weet wie het ware Volk van God is, maar wij willen ook hebben er daar geen twijfel bestaat aangaande de identiteit van de Koning. Wij geloven dat in zo’n uiterst belangrijke zaak, dat Gods Woord ons nooit in het duister zal laten tasten. En aangezien wij nu juist snel de climax naderen, waarin beslist gaat worden wie over de wereld zal gaan regeren en onder wie. Het is juist erg belangrijk dat wij weten wie het ware Israël is en wie is nu Jezus. Als wij Blanke Westerse Protestantse Natiën deze kennis bezitten en ook het Geloof, dan zullen wij de kracht ontvangen om onze plaats waardig en krachtig in te nemen.
In deze tijd waarin de donkerste nacht in de geschiedenis van de mens opgevolgd zal worden door de helderste dag.
Maleachi 3:6; 4:2:
”Voorwaar, Ik, de Here, ben niet veranderd, en gij kinderen van Jakob, zijt niet verteerd….Maar voor u, die mijn naam vreest, zal de zon der gerechtigheid opgaan, en er zal genezing zijn onder haar vleugelen; gij zult uitgaan en springen als kalveren uit de stal”.
Jezus was en is de Zoon van God
Wanneer een kind geboren wordt dan neemt zo’n kind gewoonlijk de nationaliteit van de vader aan. In het geval van de Here Jezus Christus is dat niet zo, Hij heeft geen aardse vader gehad. De Heilige Geest heeft de maagd Maria overschaduwd, haar bevrucht, is zwanger geworden, een zoon gebaard en Hem Jezus genoemd.
Lucas 1:34-35:
“En Maria zeide tot de engel: Hoe zal dat geschieden, daar ik geen omgang met een man heb? En de engel antwoordde en zeide tot haar: De Heilige Geest zal over u komen en de kracht des Allerhoogsten zal u overschaduwen; daarom zal ook het heilige, dat verwekt wordt, Zoon Gods genoemd worden”.
God de Vader heeft dit ook bevestigd bij de doop van Jezus in de Jordaan.
Matteüs 17:5:
”Terwijl hij nog sprak, zie, daar overschaduwde hen een lichtende wolk, en zie, een stem uit de wolk zeide: Deze is mijn Zoon, de geliefde, in wie Ik mijn welbehagen heb, hoort naar Hem!”
Er waren momenten dat de joden Jezus wilde stenigen, dat kwam omdat Jezus rond gezegd heeft dat Hij en de Vader één waren, een voorbeeld: Johannes 10:30-33-37-39:“Ik en de Vader zijn één”. De joden droegen weder stenen aan om Hem te stenigen. Jezus antwoordde hun: “Ik heb u vele goede werken doen zien vanwege mijn Vader, om welk van die werken wilt gij Mij stenigen?” De joden antwoordden Hem:“Niet om een goed werk willen wij U stenigen, maar om godslastering en omdat Gij, een mens, Uzelf God maakt”…….”
Indien Ik de werken mijns Vaders niet doe, gelooft Mij niet, 38: “doch indien Ik ze doe en gij Mij toch niet gelooft, gelooft dan de werken, opdat gij weten en erkennen moogt, dat de Vader in Mij is en Ik in de Vader”. Zij trachtten Hem dan weder te grijpen, maar Hij ontkwam uit hun handen”.
Lees ook: Johannes 1:1-2, 14, 18, 34, 49; 8:16; 19:17, Handelingen 3:13; Romeinen 8:32; 2 Korintiërs 1:3; 19; Galaten 4:4.
Vanaf Zijn Vaders kant, om het zo te noemen, om met ons argument verder te gaan, kunnen wij zeggen dat Christus God is op grond van de volgende Schrift gedeelten. Als God, vergelijk Jesaja 40:3 met Matteüs 3:3: Hoor, iemand roept: “Bereidt in de woestijn de weg des Heren, effent in de wildernis een baan voor onze God”. (Jesaja)……Hij toch is het, van wie door de profeet Jesaja gesproken werd, toen hij zeide: “De stem van een, die roept in de woestijn: Bereidt de weg des Heren, maakt recht zijn paden”.
Als God, De Eerste en de Laatste is: Jesaja 44:6: Zo zegt de Here, de Koning en Verlosser van Israël , de Here der heerscharen: “Ik ben de eerste en Ik ben de laatste en buiten Mij is er geen God”.
Openbaring 1:17-18:
“En toen ik Hem zag, viel ik als dood voor zijn voeten en Hij legde zijn rechterhand op mij en zeide: “Wees niet bevreesd, Ik ben de eerste en de laatste, en de levende, en Ik ben dood geweest, en zie, Ik ben levend tot in alle eeuwigheden en Ik heb de sleutels van de dood en het dodenrijk”.
U moet goed onthouden er kunnen geen twee eersten en geen twee laatsten zijn. Vergelijk met behulp van deze lijst in uw eigen Bijbel het volgende. (a) Jezus als God onze Gerechtigdheid: Jeremia 23:5-6 met 1 Korintiërs 1:30. (b) Jezus als herder en metgezel van God: Zacharia 13:7 met Filippenzen 2:6. (c) Jezus als de eeuwige God en Schepper: Psalm 102:24-27 met Hebreeën 1:8, 10-12. (d) Jezus als Sterke God: Jesaja 9:5. (e) Jezus als Emmanuel: Jesaja 7:14 met Matteüs 1:23. (f) Jezus Bloed wordt genoemd het Bloed van God: Handelingen 20:28. (g) Jezus één met de Vader: Johannes: 10:30, 38; 12:45, 14:7-10, 17:10. (h) Jezus krijgt net zoveel eer als de Vader: Johannes 5:23.
En er zijn nog veel meer teksten te noemen. Nu, in het licht van deze Schriftgedeelten, kan men zich gaan afvragen, waar haalt men het recht vandaan, om Jezus een jood te noemen en Hem ook te vereenzelvigen met de jood van vandaag? Wij hebben in deze reeks nu al duidelijk genoeg bewezen, dat de hedendaagse joden een mengelmoes zijn, zoals menigeen, die eens in Palestina geweest is, u dit kan vertellen.
De joden zelf hebben Jezus nooit een jood genoemd
De joden in Jezus z’n tijd hebben Hem wel van de duivel genoemd, maar nooit jood. Zij hebben hem niet als hun Koning erkent. Luister naar Johannes 19:14-15: En het was Voorbereiding voor het Pascha, ongeveer het zesde uur, en hij zeide tot de Joden: “Zie, uw koning!” Zij dan schreeuwden: “Weg met Hem! Weg met Hem! Kruisig Hem!” Pilatus zeide tot hen: “Moet ik uw koning kruisigen?” De overpriesters antwoordden: “Wij hebben geen koning, alleen de keizer!”
Ook Pilatus heeft een opschrift geschreven en die op het kruis laten zetten.
Johannes 19:19-22:
”En Pilatus liet ook een opschrift schrijven en op het kruis plaatsen; er was geschreven: Jezus, de Nazareeër, de Koning der Joden. Dit opschrift dan lazen vele der Joden, want de plaats, waar Jezus gekruisigd werd, was dicht bij de stad en het was geschreven in het Hebreeuws, in het Latijn en in het Grieks. De overpriesters der Joden dan zeiden tot Pilatus: Schrijf niet: De Koning der Joden, maar dat Hij gezegd heeft: Ik ben de Koning der Joden”. Pilatus antwoordde: “Wat ik geschreven heb, dat heb ik geschreven”.
Van Natanaël heeft Jezus gezegd dat hij een Israëliet was waarin geen bedrog was. Wat zegt Natanaël van onze Here Jezus? :“Rabbi, Gij zijt de Zoon van God, Gij zijt de Koning van Israël!” (Johannes 1:50) En de Here Jezus heeft deze hulde aangenomen, want Hij was de Koning van Israël (al de 12 Stammen) en niet van een groep joden van gemengd bloed!
Jezus de zoon van David
Van moederskant was Jezus, in Zijn hoedanigheid als mens. Hij was een zuivere afstammeling van het Huis van David, die weer een zuivere afstammeling was van Juda, één van de twaalf zonen van Jakob en dus een zuivere Israëliet. In de vorige hoofdstukken zijn daar nauwkeurig op ingegaan om het verschil tussen joden en Israëliet, aan te tonen.
Er waren geen joden voor de Babylonische ballingschap van het Huis van Juda. David was geen jood, want joden bestonden toen nog niet. Het is pas na de Babylonische ballingschap dat de joden zijn ontstaan. Daarna zijn er vele onzuivere elementen ingedrongen in het Huis van Juda, zoals wij al herhaaldelijk hebben aangetoond. In de tijd van Ester lezen wij:
Ester 8:17:
”Ook in alle gewesten en steden, overal waar het woord en de wet des konings aankwamen, was bij de Joden vreugde en blijdschap, maaltijd en feestdag en velen uit de volken des lands werden Joden, want de schrik voor de joden was op hen gevallen”.
Dit betekent: dat zij het joodse geloof hebben aangenomen en dus joden geworden zijn. Zij konden toch niet plotseling Israël bloed in hun aderen krijgen?
Tegen de tijd dat de Here Jezus geboren was, waren er nog veel meer vreemde bloedstromen in de aderen van dit gedeelte van het Huis van Juda gekomen, die toen in Palestina waren. Maar de Here God heeft hen beloofd, dat Hij hen zal ziften, zoals koren en niet één korreltje zal ter aarde vallen (Amos 9:9). Dit betekent, dat de Here zal toezien, dat er dwars door de eeuwen heen en tussen al de omwandelingen door, er altijd een zuiver element van elke stam zal overblijven, zodat de natiën, hoe klein ook het getal ook is, altijd zuiver zal blijven. Dit moet zo zijn want God heeft een eeuwig durend en onherroepelijk Verbond met Israël als Natie, gesloten. Zo zal het ook zijn wanneer Jezus weder komt en de engelen zal uitzenden om de verstrooiden van Israël te verzamelen, zij moeten van het nationale zuivere Israël herkomst zijn, anders heeft Gods belofte aan Israël als Volk, geen betekenis.
Zo was het ook met Jezus z’n geboorte. Hij kon afstammen van de menselijk kant van de joden. Want hun bloed was erg vermengd. Hij moest geboren worden, uit een stamlijn, waarvan de herkomst zuiver en onbezoedeld was en terug kon leiden tot op David. Dit was niet alleen om Hem een zuivere zoon van David te maken volgens de Schrift, maar ook als een zuivere Israëliet volgens het Verbond. Nergens heeft God een verbond met de joden gesloten. Integendeel, Jezus heeft tegen de joden gezegd dat Hij het Koninkrijk van hen zal wegnemen en aan een volk zal geven die de vruchten daarvan wel zullen opbrengen (Matteüs 21:43).
Daarom wordt het geslachtsregister van Jezus, voor ons zo nauwkeurig opgeschreven. Beiden van Maria, van wie Hij uit het vlees geboren is en ook zelfs van Jozef, zijn aardse pleegvader, alhoewel Jozef niets met zijn geboorte te doen heeft gehad. Bestudeer voor uzelf nauwkeurig de geslachtsregisters die van Maria en van Jozef zoals u die vindt in Lucas 3:28-38, en Matteüs 1:1-17. U zult dan zien, dat daar geen vreemd bloed in zijn aderen gekomen is, zover dit met Jezus menselijkheid heeft te maken. Van geslacht tot geslacht, heeft God voor Hemzelf een uitgezochte familie bewaard met zuiver bloed, zonder enige vermenging. Dus ook in dit opzicht was Jezus geen jood zoals wij de term Joden van vandaag verstaan. De jood is een gemengde natie, zoals wij al herhaaldelijk hebben aangehaald in deze reeks en dit ook bewezen hebben. In het jodendom zullen wij ook nog zuivere elementen vinden, zij die rechtstreeks afstammen van Juda en Benjamin, want Gods Belofte geldt ook voor Juda en Benjamin. Maar deze zullen niet lijken zoals de hedendaagse typische jood die niet van Israël/Jakob afstammen.
Daarom hebben wij in hoofdstuk 3 van deze reeks verteld van Holman Hunt en hoe hij een uitgebreide studie heeft gemaakt van de Israëliet, om een zuiver schilderij van Jezus te kunnen maken. Afgebeeld met blauwe ogen en een rechte neus enz. Hij is na een grondige studie van de ware Israëliet tot de slotsom gekomen, dat het het Nordiese type was, dat hij moest schilderen, dat wil zeggen: langhoofdig met blauwe ogen, een rechte neus en dunnen lippen.
Weereens kunnen we zien hoe en waar de Heilige Geest, door de profeet Hosea gezegd heeft in hoofdstuk 4:6. ”Mijn volk gaat te gronde door het gebrek aan kennis”. De kennis aangaande de wetenschap, filosofie, politiek, enz. wordt naarstig nagejaagd, maar de ware kennis, namelijk de kennis van de Ware God, Zijn Woord en Zijn Plan met de wereld, wordt schreiend verwaarloosd. Geen wonder dat de vijand zichzelf tegen ons verheft, in zijn uitdaging en vermetelheid. Laten wij daarom met de apostel Paulus erna streven om Hem (Jezus) te kennen in Zijn heerlijkheid.
Filippenzen 3:10:
”Dit alles om Hem te kennen en de kracht zijner opstanding en de gemeenschap aan zijn lijden, of ik, aan zijn dood gelijkvormig wordende”.
Dit houd ook in, Zijn Koningschap en Zijn identiteit zover het Zijn mensheid betreft. Als de Bijbel Hem de zoon van David noemt, laten wij dat dan ook doen. En David was rossig, met mooie ogen en een mooi voorkomen (1 Samuel 16:12l 17:42).
Wij zullen niet de fout maken, die sommigen maken, om te zeggen dat Jezus zelfs zwart zou kunnen zijn. De dwaasheid ten top. Wij hebben al herhaaldelijk in deze reeks aangetoond hoe de Judahieten (afstammelingen van het Huis van Juda), na de terugkeer uit de Babylonische ballingschap, met de inwoners van het land zijn gehuwd en dit tot grote ontsteltenis van Ezra en Nehemia. (zie Ezra 9 & 10; Nehemia 13:23-29) Deze vreemde elementen waren vooral Hetieten, een Kanaanitische natie. Met het versrijken der tijd heeft de vermenging van de Judahieten met de Hetieten, een bijzonder ras laten ontstaan, die vandaag als joden bekend zijn. Met andere woorden: de jood zoals wij hem vandaag kennen, dus niet van zuiver Israël bloed afkomstig, maar door trouwerijen in de dagen van Ezra en Nehemia, zo kregen zij het Hetitische bloed in hun aderen. Daarom hebben deze joden een donkere gelaatskleur en ook de Hetitische trekken: bolvorm en gelaatstrekken. Zoals wij al in het vorige hoofdstuk al aangetoond hebben, is deze bloedstroom nog verder vertroebeld, door andere bijvoegingen, door de eeuwen. Zo waren de Idumeeërs (van Ezau afkomstig) in het jaar 124 V.Chr door de joden geabsorbeerd.
Later in de achtste eeuw na Christus zijn de Khazaren, een niet Semietisch, Turks-Mongools ras, vanuit Midden Azië afkomstig, tot het Judaïsme bekeerd en later door de joden geabsorbeerd.
Het huis van David is Raszuiver
Het Huis van David was niet betrokken bij deze vermenging. Wij hebben reeds aangetoond, dat God over het “Zaad”, dwars door de eeuwen heen, streng de wacht gehouden heeft, want Jezus moest zuiver van het Huis van David afstammen en David weer van Juda en Juda weer van Jakob en deze weer uit Abraham. En geen één van deze waren joden. Jezus was dus niet uit een “gemengd zaad” zo als joden bekend staan. Iedere profetie aangaande de Messias, direct of indirect, verwijst naar Hem als van uit het Huis van David. Zo zegt de profeet Jesaja bijvoorbeeld in: Jesaja 11:1: ”En er zal een rijsje voortkomen uit de tronk van Isai en een scheut uit zijn wortelen zal vrucht dragen”.
De profeet Jeremia verklaart: Jeremia 23:5-6: “Zie, de dagen komen, luidt het woord des Heren, dat Ik aan David een rechtvaardige Spruit zal verwekken, die zal als koning regeren en verstandig handelen, die zal recht en gerechtigheid doen in het land. In zijn dagen zal Juda behouden worden en Israël veilig wonen en dit is zijn naam, waarmede men hem zal noemen: de Here onze gerechtigheid”.
Volgens de apostel Johannes in het Boek Openbaring, heeft Jezus aangaande van Zichzelf gezegd: Openbaring 22:16: ”Ik, Jezus, heb mijn engel gezonden, om ulieden dit te betuigen voor de gemeenten. Ik ben de wortel en het geslacht van David, de blinkende morgenster”.
Er bestaat geen twijfel dat Jezus Christus van het Huis van David is en dus Jezus is geen jood. Tot zover hebben wij gezien dat nergens in de Schrift, dat Jezus gezegd of aangeduid heeft, dat Hij een jood was, of dat enig ander van zijn familie, zijn apostelen, discipelen, buren of zijn medeburgers, Hem ooit jood genoemd hebben. De enige keer die ooit verondersteld is, om Hem jood te noemen, was de Samaritaanse vrouw en zij was een vreemdeling. Wij zullen dit nu een beetje gaan bespreken.
De Samaritaanse vrouw
In Johannes 4:9 lezen wij: “De Samaritaanse vrouw dan zeide tot Hem: “Hoe kunt Gij, als jood, van mij, een Samaritaanse vrouw, te drinken vragen? Want joden gaan niet om met Samaritanen”.
Het komt op nog een paar ander plaatsen in de Bijbel voor dat mensen genoemd worden naar het land van herkomst. Wij hebben in hoofdstuk 6 er een paar onder de loep genomen. Zo hebben de dochters van Jethro, Mozes een Egyptische man genoemd (Exodus 2:19). In Genesis 25:20, 28:5; 31:20, 24 wordt Laban, die een Hebreeër was een Arameeër genoemd omdat hij toen in Aram gewoond heeft. In Deuteronomium 26:5, wordt zelfs Jakob, een zwervende Arameeër genoemd.
Judea’s land grensde aan dat van Samaria. Jezus is uit dit Judea daar bij die put aangekomen. Wat heeft die vrouw geweten van het plan van God om een zuiver overblijfsel uit de joodse natie te bewaren? Voor haar waren de inwoners van Judea van hetzelfde soort en zij als joden beschouwd. Zoals hierboven al genoemd, werd Jezus een jood genoemd.
In zijn vertaling van de Bijbel gebruikt Ferrar Fenton de term Judeër in plaats van jood, in deze tekst. Zo ook vertaald Ferrar Fenton de “joden” in Johannes 4:22 met die van Judeërs “Gij aanbidt, wat gij niet weet, wij aanbidden, wat wij weten, want het heil is uit de joden. (Judeërs)”.
De woorden van God waren aan de joden toevertrouwd, in die zin dat zij in die dagen van Paulus, de enigste vertegenwoordigers waren van Gods volk, in het land Palestina. (Zie Romeinen 3:2), vanaf het begin heeft de verdediging van het geloof, hoofdzakelijk bij Juda berust, bij de Levieten beruste Jeruzalem en de Tempel want dit lag in hun gebied. Dit staat geschreven in Psalm 114:1-2: ”Toen Israël uit Egypte toog, Jakobs huis uit een volk van vreemde taal, Werd Juda tot zijn heiligdom, Israël zijn rijksgebied”.
Het veilig bewaren van de Woorden Gods was dus in de eerste instantie het voorrecht van Juda en zij hebben het voor elkaar gekregen, totdat Jezus hen heeft gezegd.
Matteüs 21:43:
”Daarom, Ik zeg u, dat het Koninkrijk Gods van u zal weggenomen worden en het zal gegeven worden aan een volk, dat de vruchten daarvan opbrengt”.
Jezus en de joden
Jezus heeft nooit van de joden gesproken als zijnde Zijn volk of van de joodse natie als zijnde Zijn natie, of op enigerleiwijze zich aan hun verbonden. Integendeel, tijdens een gelegenheid heeft Hij tegen de Farizeeërs gezegd, dat hun vader, de duivel was (Johannes 8:44) en op een ander moment noemde Hij hen “slangen, addergeslacht”. “Slangen, adderengebroed, hoe zult gij ontkomen aan het oordeel der hel?” (Matteüs 23:33). En in Johannes 10:26 zegt Hij:”maar gij gelooft niet, omdat gij niet tot mijn schapen behoort”.
In Lucas 11:50 houdt Jezus hen aansprakelijk voor het bloed van de profeten dat vergoten is, vanaf de grondlegging der wereld. Dus ook van Abel, er bestaat dus een verband tussen hen en Kaïn zie: 1 Johannes 2:12: ”Niet gelijk Kaïn: hij was uit de boze en vermoordde zijn broeder. En waarom vermoordde hij hem? Omdat zijn werken boos waren en die van zijn broeder rechtvaardig”.
In Matteüs 13:38 zegt Jezus dat het onkruid de kinderen van de boze zijn (vergelijk dit met Johannes 8:44 en het bovengenoemde Schriftgedeelte). In Johannes 6:70 noemt Jezus, Judas een duivel en hij was de enige apostel die geen Galileeër was, maar uit Juda kwam.
Wij halen nu verschillende Schriftgedeelten aan, om aan te tonen dat de samenstelling van de joodse natie, niet zo eenvoudig is als dat de meeste mensen wel denken. Daarom is het een dwaling, om de Here Jezus, zomaar een jood te noemen. Er waren en zijn nog zuivere elementen onder de joodse natie, zoals wij weldra zullen zien. Vele van hen zijn christenen geworden, zelfs uit het priesterlijke geslacht. Maar de vreemde elementen hebben de overhand gehad, zoals dit heden nog het geval is. Het ware Juda en Huis van David wordt niet meer in de huidige jood weerspiegeld zoals hij in het algemeen in het verleden en heden bekend is. Jezus kan in zijn menselijke hoedanigheid zonder meer niet zomaar met de joden geassocieerd worden.
In de Schrift wordt herhaaldelijk gesteld “De joden” hebben dit of dat gedaan.
Johannes 6:41:
“De joden dan morden over Hem, omdat Hij gezegd had: Ik ben het brood, dat uit de hemel nedergedaald is”.
Johannes 6:52:
De joden dan streden onderling en zeiden: “Hoe kan deze ons zijn vlees te eten geven?”
Johannes 5:16:
“En daarom wilden de joden Jezus vervolgen, omdat Hij deze dingen op sabbat deed”.
Dit was na een “feest van de joden”, waar Hij naar toe was gegaan, het was geen feest van de Here, zoals deze in het Oude Testament beschreven wordt. Was Hij wel gezonden naar de joden? Johannes 1:11: “Hij kwam tot het zijnen en de zijnen hebben Hem niet aangenomen”.
Jezus heeft van zijn opdracht het volgende gezegd in Matteüs 15:24: “Hij echter antwoordde en zeide: “Ik ben slechts gezonden tot de verloren schapen van het huis Israëls”.
En nergens worden de joden in de Bijbel de verloren schapen van het Huis van Israël genoemd. Wij lezen in Matteüs 10:5-6: “Deze twaalf heeft Jezus uitgezonden en Hij gebood hun, zeggende: “Wijkt niet af op een weg naar heidenen, gaat geen stad van Samaritanen binnen; begeeft u liever tot de verloren schapen van het huis Israëls”.
Hoe komt het dat er “Huis van Israël” staat en geen Israël, of Juda of joden? De Bijbel is woordelijk geïnspireerd en elke woord in de oorspronkelijke taal is daar met een doel.
Daarom kunnen wij zeggen, voor zover het Johannes 1:11 betreft, moest Jezus eerst naar de joden, want zij waren de enige vertegenwoordigers van Israël (Twaalf Stammen) in het land in die tijd. Er was veel zuiver bloed in hun midden, daarom hebben velen van hen Jezus aangenomen, zelfs uit de priesters en Levieten. De overgrote meerderheid was echter zo onder de invloed van die elementen met gemengd bloed.
Diegenen van wie Jezus zelf gezegd heeft dat hun vader de duivel is, dat zij Hem niet aangenomen hebben. “Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in zijn naam geloven” (Johannes 1:12). Dit Schriftgedeelte kan dus niet als bewijs worden aangevoerd dat Jezus een jood was.
De joden nemen vandaag het standpunt in, tezamen met de meeste christelijke kerken, dat Jezus een jood was, want dit is de meest populaire zienswijze. Beiden zijn blind, de joden doelbewust en de kerken uit onkunde. De jood zal altijd gevonden worden aan de kant waar het meeste voordeel te halen is. Het vreemde is dat zij Hem nu wel aanvaarden als jood, nadat hun vaders Hem verworpen hebben. Maar zij erkennen vandaag nog steeds zijn Godheid niet, of Hem als hun Zaligmaker. De enigste hoop voor de joden is dat zij zich bekeren van hun boze wegen en Jezus aannemen. Zij zijn de antichrist, want Jezus heeft gezegd in Matteüs.
Matteüs 12:30:
”Wie niet met Mij niet is, die is tegen Mij en wie met Mij niet bijeenbrengt, die verstrooit”.
Johannes 3:36:
“Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven, doch wie aan de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem”.
Uit de mond van Natanaël, een Israëliet in wie geen bedrog was, zijn de volgende woorden opgetekend: Natanaël antwoordde Hem: “Rabbi, Gij zijt de Zoon van God, Gij zijt de Koning van Israël!” (Johannes 1:50). En Jezus heeft erkenning aangenomen. Let er op: er is een groot verschil tussen een jood en een Israëliet. Een jood kan een Israëliet zijn, tenminste als hij/zij een zuivere afstammeling is van Jakob, maar kan geen Israëliet genoemd worden wanneer hij/zij bloed van andere natiën in de aderen heeft. Jezus is de Koning van Israël en niet van een mengelmoes. Lees weer eens Lucas 1:31-33…..en Hij zal als koning over het huis van Jakob heersen tot in eeuwigheid, (het zuiver en letterlijke nationale 12 stammen) en zijn koningschap zal geen einde nemen….De andere volken zullen onder hun vleugelen van dit Koninkrijk komen. Lees Jesaja 2:1-5.
Er wacht een heerlijke, zeer spoedige, nationale wedergeboorte voor het hele volk van Israël, voor diegene die zuiver Israël bloed in de aderen hebben. Luister maar Hebreeën 8:8-12: “Zie, de dagen komen, luidt het woord des Heren, dat Ik met het huis van Israël (de zuivere 10 stammen) en het huis van Juda (de zuivere 2 stammen) een nieuw verbond sluiten zal. Niet zoals het verbond, dat Ik met hun vaderen gesloten heb ten dage dat Ik hen bij de hand nam, om hen uit het land Egypte te leiden: mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ik heer over hen ben, luidt het woord des Heren. Maar dit is het verbond, dat Ik met het huis van Israël sluiten zal na deze dagen, luidt het woord des Heren: Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven, Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn. Dan zullen zij niet meer een ieder zijn naaste en een ieder zijn broeder leren: Kent de Here: want zij allen zullen Mij kennen.
Van de kleinste tot de grootste onder hen, luidt het woord des Heren, want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en”.
Het is kenmerkend dat deze brief geschreven is aan Hebreeërs en niet aan joden Want dit is een letterlijke aanhaling van Jeremia 31:31-33. In dit licht is het makkelijk te begrijpen, waarom er zo’n helse veldtocht in de wereld aan de gang is, om ons ras te vernietigen, om dan een multi rassen integratie, met geweld tot stand te brengen, dit wordt van de blanken afgedwongen. Dit is satans eindpoging, om Israël te vernietigen, door vertroebeling van haar bloed, want dan kan God Zijn beloften aan Zijn Volk niet gestand doen. Dan kan Jezus ook niet over een volk regeren. Dan kan het Koninkrijk van God niet op aarde gevestigd worden. Satan zal aanhouden met zijn koninkrijk zoals nu en zal de wereld vernietigen. Kunt u nu zien wat er op het spel staat? Kunt u zien dat de kleinering van Jezus, door van Hem een jood te maken, zoals men vandaag de joden kent, deel uitmaakt van een satanisch complot?
Nee, laten wij te samen met de feestvierende scharen, juichen en zeggen:”hosanna gezegend is Hij, die komt in de naam des Heren, de Koning van Israël en niet van de joden”. De Farizeeën hielden hier niet van en Jezus heeft nooit gezegd dat Hij koning der joden was.
Dit zal natuurlijk voor velen van u een verrassing zijn, maar onderzoek de feiten grondig voordat u dit alles gaat ontkennen.
Drie huizen
Er bestaat zo’n groot wanbegrip in de gedachten van de meeste mensen, aangaande Israël en alles wat daarmee samengaat, dat het nodig is om sommige feiten over en over te herhalen. Uit de twaalf zonen van Jakob zijn er drie verschillende huizen ontstaan: Huizen die elk een definitieve rol hebben in de levens van die mensen, om zodoende de raadsbesluiten van God ten uitvoer te brengen. Deze huizen zijn als volgt: “Het Huis van Israël”, “Het Huis van Juda” en het “Huis van David”. Het verschil tussen deze drie huizen treedt al vroeg in het Oude Testament op de voorgrond.
In Jozua 11:21: ”Te dien tijde kwam Jozua en roeide de Enakieten uit, van het gebergte, uit Hebron, Debir en Anab, van het gehele gebergte van Juda en van het gehele gebergte van Israël. Hen en hun steden heeft Jozua met de ban geslagen”.
In 2 Koningen 17:18-23 vinden wij het verdere bewijs van deze scheuring: “Daarom was de Here zeer vertoornd geworden op Israël en had hen van voor zijn aangezicht verwijderd, niets bleef er over dan alleen de stam van Juda. Ook Juda heeft de geboden van de Here, zijn God, niet onderhouden, maar gewandeld naar de inzettingen die Israël had ingesteld. Daarom verwierp de Here het gehele geslacht van Israël. Hij vernederde hen en gaf hen over in de macht van plunderaars, totdat Hij hen van zijn aangezicht had weggeworpen. Toen Hij Israël losgescheurd had van het huis van David en zij Jerobeam, de zoon van Nebat, tot koning hadden gemaakt, had Jerobeam Israël van de Here afgetrokken en hen grote zonde doen bedrijven, Zodat de Israëlieten wandelden in al de zonden die Jerobeam begaan had, zij weken daarvan niet af. Totdat de Here van Israël voor zijn aangezicht verwijderde, zoals Hij gesproken had door al zijn knechten, de profeten. En Israël werd uit zijn land in ballingschap weggevoerd naar Assur, tot op de huidige dag”.
Hier heb je de drie genoemde huizen: Israël, Juda en David.
Het permanente huis van David
Aan het huis van David is in het jaar 1042 V.C. een speciaal octrooi verleend en aan hem is een afzonderlijke identiteit gegeven, afzonderlijk van Juda of Israël, speciale rechten en eigendommen. Het Huis van David is Sion’s Troon. De Troon van de Here is altijd daar, waar de afstammeling van het Huis van David is en hierin heeft nóch het Huis van Israël, nóch het Huis van Juda enig aandeel ingehad. Tot op de Wederkomst van Christus en de finale vestiging van het Koninkrijk van God op aarde (Matteüs 6:10), was het niet noodzakelijk dat de troon, in Jeruzalem gezeteld was en dat er een menselijk persoon op die troon permanent alleen over Juda zou regeren.
In 2 Samuel 7:10 lezen wij het volgende:”Ik zal een plaats bepalen voor mijn volk, voor Israël, en het planten, zodat het op zijn eigen plaats kan wonen, zonder dat het meer opgeschrikt wordt en boosdoeners het onderdrukken zoals vroeger”.
David en Israël waren in het land toen deze woorden gesproken werden en God deze belofte maakte, dus moet het een andere plaats zijn, die God voor hen in de toekomst zal bestellen. Wij weten vandaag dat het overgrote gedeelte van Israël, zoals de Tien Stammen zich in het Westen gevestigd hebben en dat het tegen hen is dat de haat, venijn, list en samenzwering gericht is. (Vgl Psalm 2:1-8; 83:1-8) Dit zijn de landen van West en Noordwest Europa waar de Koningshuizen gevestigd zijn, die hun oorsprong kunnen terugleiden tot aan het Huis van David. Dit is merkwaardig maar niet toevallig, dat er veel koningshuizen gedurende en na de Eerste Wereldoorlog gevallen zijn en dat juist de anderen zijn overgebleven. Heeft God niet tegen David gezegd in 2 Samuel 7:16: ”Uw huis en uw koningschap zullen voor immer bestendig zijn voor uw aangezicht, uw troon zal vast staan voor altijd”.
Laten de heidenen maar te keer gaan en laat de Blanke Westerse Protestantse Beschaving maar snel haar dieptepunt bereiken op beide, godsdienstig en moreel gebied. Er is voor haar, als het Israël van God, een heerlijke ontwaking belooft. En het is over hen, dat de Here Jezus komt regeren.
En Hij zal op zijn volk lijken zoals het volk op Hem lijkt, want zij hebben een zuiver bloed, waaruit zij geboren zijn. In Daniël 2:35 lezen wij: ”Toen werden tegelijkertijd het ijzer, het leem, het koper, het zilver en het goud verbrijzeld, en zij werden gelijk kaf op een dorsvloer in de zomer en de wind voerde ze mee, zodat er geen spoor meer van te vinden was; maar de steen die het beeld getroffen had, werd tot een grote berg, die de gehele aarde vulde”.
Het zijn de Westerse christelijke natiën die het “beeld” van de niet Christelijke natiën tot stof zullen vermalen en dan onder Jezus over de aarde zullen regeren. Dit heeft Daniël bedoeld in Daniël 2:44: ”Maar in de dagen van die koningen zal de God des hemels een koninkrijk oprichten, dat in eeuwigheid niet zal te gronde gaan.
En waarvan de heerschappij op geen ander volk meer zal overgaan: het zal al die koninkrijken verbrijzelen en daaraan een einde maken, maar zelf zal het bestaan in eeuwigheid”.
Vergelijk dit met de woorden van de engel Gabriël, toen hij aan Maria deze boodschap doorgaf:
Lucas 1:31-33:
“En zie, gij zult zwanger worden en een zoon baren, en gij zult Hem de naam Jezus geven. Deze zal groot zijn en Zoon des Allerhoogsten genoemd worden, en de Here God zal Hem de troon van zijn vader David geven, en Hij zal als koning over het huis van Jakob heersen tot in eeuwigheid, en zijn koningschap zal geen einde nemen”.
Jezus zal over al de Twaalf Stammen heersen en aan Zijn Koningschap komt geen einde. Zo zien wij dat de steen, het huis van Jakob is, het Koninkrijk van Daniël 2:35,44, een duidelijker overeenkomst kunt u niet krijgen. En omdat de joden zeggen dat zij de volle Twaalf Stammen vertegenwoordigen (de christelijke kerk steunen hen daarin, wanneer zij het niet vergeestelijken), streeft het jodendom naar wereld overheersing.
Na het wonderwerk van behoudenis van de drie jongen mannen, die de vuuroven overleefden, heeft Nebukadnezar erkend: Daniël 4:3: ”Hoe groot zijn, zijn tekenen en hoe machtig zijn wonderen! Zijn koningschap is een eeuwig koningschapen zijn heerschappij van geslacht tot geslacht!”
Dit wordt verder bevestigd door het visioen van Daniël over de Wederkomt van de Here Jezus Christus: Daniël 7:13-14, 27: ”Ik bleef toekijken in de nachtgezichten en zie, met de wolken des hemels kwam iemand gelijk een mensenzoon; hij begaf zich tot de Oude van dagen, en men leidde hem voor deze; En hem werd heerschappij gegeven en eer en koninklijke macht, en alle volken, natiën en talen dienden hem. Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die niet zal vergaan, en zijn koningschap is een, dat onverderfelijk is….En het koningschap, de macht en de grootheid der koninkrijken onder de ganse hemel zal gegeven worden aan het volk van de heiligen des Allerhoogsten.
Zijn koningschap is een eeuwig koningschap, en alle machten zullen het dienen en gehoorzamen”.
Lees ook Matteüs 26:64; Openbaring 1:7; Lucas 1:31-33; Romeinen 11:25-27; Hebreeën 8:8-12; en alle volken en natiën zullen Hem vereren. Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die zal overgaan en niet vernietigd kan worden. Dan pas wordt het Koningschap en de heerschappij en de grootheid van dit Koninkrijk onder het ganse mensdom (dus op aarde) gegeven aan een volk. (geen kerk, vergelijk Matteüs 21:43, de heilige van de Allerhoogste, dit is het letterlijk Israël, met Exodus 19:5-6;1 Petrus 2:5, 9; Jesaja 62:11-12; Romeinen 11:25-29). Zij zijn een eeuwig Koninkrijk en zullen als zodanig heersen in alle gehoorzaamheid.
De troon van David was altijd nog een letterlijke troon en kan niet vergeestelijkt worden. Zo is Israël altijd een letterlijk volk en ook zij kunnen niet vergeestelijkt worden. Daarom is het zo noodzakelijk dat wij aan Jezus, zover dit zijn mens zijn betreft, Zijn identiteit geven die Hem toekomt. Jezus heeft Zichzelf nooit een jood genoemd, maar in Zijn hoedanigheid als mens zich “Zoon des mensen” genoemd, omdat hij de Zoon des mensen was, heeft Hij aan de Romeinse wet voldaan, om belasting te betalen, omdat Hij geboren was onder de Wet (van Mozes), Hij heeft hun feesten bijgewoond, om hen vrij te kopen, die onder de Wet waren.
Opsomming
Om alles nog eens samen te vatten, kunnen wij zeggen dat zover het Zijn natuurlijke Zaad betreft. Is Christus uit de stamlijn van een theocratische familie voortgekomen. Drie en zestig vaders hebben zonen gehad, vanaf de Eerste Adam tot de Tweede en daaronder was geen enkele jood. Christus is uit de menselijk stamboom van Adam voortgekomen;
Uit de Rassen boom van Sem,
Uit de Geloofs boom van Abraham,
Uit de Nakomelingen boom van Isaäk,
Uit de Nationale boom van Jakob,
Uit de Stam boom van Juda,
Uit de Konings boom van David,
Jezus de Zoon van God was geen jood. Maria, uit wie Jezus geboren is, heeft haar stamlijn zuivergehouden vanaf David. Jezus heeft geen mens als vader gehad en kan van vaderskant geen tak van de menselijke familie toegeëigend worden, want Hij was van God ontvangen, Hij was de Eniggeborene, die van de Vader komt. Vol van genade en waarheid (Johannes 1:14). Hij was waarlijk God en God was geen jood. Tegen de joden heeft Hij gezegd: Jezus zeide tot hen: “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Eer Abraham was, ben ik” (Johannes 8:58). Hij was de “Ik Ben” van Israël en kent geen verleden en geen toekomst, Hij is altijd, gister, vandaag en tot in alle eeuwigheid dezelfde (Hebreeën 13:8). Hij is het eeuwige wezen, zonder begin en zonder einde, de algenoegsame, zelf-onderhoudende Jahweh, die Zichzelf in Exodus 3:14 openbaarde als: “Ik ben, die Ik ben”. Indien Jezus van Nazareth bezoedeld was, met enige karaktertrekken van deze vechtlustige en weerstrevende joden, zou Zijn geaardheid, hun nationale eigenschappen weerspiegeld hebben. Maar Zijn karakter heeft dit fanatisme en formalisme van de joden, de politieke hoogmoed van de Romeinen en de intellectuele verwaandheid van de Grieken, vrij gesprongen. Dus, in Jezus vinden alle rassen de volmaakte mens. De Zoon van God, De Zaligmaker van elke mens en de Verlosser van Israël.
Lucas 1:33-34:
“Deze zal groot zijn en Zoon des Allerhoogsten genoemd worden, en de Here God zal Hem de troon van zijn vader David geve.
En Hij zal als koning over het huis van Jakob heersen tot in eeuwigheid, en zijn koningschap zal geen einde nemen”.
Zacharia 14:4, 9:
“Zijn voeten zullen te dien dage staan op de Olijfberg, die voor Jeruzalem ligt aan de oostzijde; dan zal de Olijfberg middendoor splijten, oostwaarts en westwaarts, tot een zeer groot dal, en de ene helft van de berg zal noordwaarts wijken en de andere helft zuidwaarts; En de Here zal koning worden over de gehele aarde; te dien dage zal de Here de enige zijn, en zijn naam de enige”.
Openbaring 1:7:
“Zie, Hij komt met de wolken en elk oog zal Hem zien, ook zij, die Hem hebben doorstoken; en alle stammen der aarde zullen over Hem weeklagen. Ja, amen”.
Matteüs 24:44:
“Daarom, weest ook gij bereid, want op een uur, dat gij het niet verwacht, komt de Zoon des mensen”.
Openbaring 19:16:
“En Hij heeft op zijn kleed en op zijn dij geschreven de naam: Koning der koningen en Here der heren”.
Openbaring 22:20:
“Jezus antwoordde en zeide tot hem: “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, tenzij iemand wederom geboren wordt, kan hij het Koninkrijk Gods niet zien”
Johannes 3:3:
“Hij, die deze dingen getuigt, zegt: Ja, Ik kom spoedig. Amen, kom, Here Jezus!”