Blogserie

Home / serie / De Exclusiviteit van Israël – Deel 10

< Terug naar blogoverzicht

Rubrieken

Algemeen

Duivel & Satan

Israël

Geschiedenis & Oorsprong

Nieuws

Joden & Edom

Kerkhoaxes

Wetten

De Exclusiviteit van Israël – Deel 10

AANNEMING

De algemeen aanvaarde leer over Joden en heidenen vormt de basis voor de gedachte dat niet-Israëlieten kunnen worden geadopteerd in Israël. In het Oude Testament wordt beweerd dat vreemden die besneden werden, het Pascha en de wet van Mozes hielden als Israël werden. Oppervlakkig lijktn dit wel zo en schijnt het zo in elkaar te passen.

Deze standpunten worden in dit hoofdstuk echter betwist. Het is de bedoeling om te laten zien:

[a] Dat adoptie verwijst naar aanneming van zonen uit de kinderen van Israël, waarbij ‘zonen’ Huios, en teknon ‘kinderen’ zijn.

[b] Dat vreemden in het Oude Testament vaak verwijzen naar Israëlieten die onder andere naties woonden, afgezonderd van het hoofdgedeelte van Israël.

Het woord vreemden, en andere soortgelijke woorden, zijn ook te vinden in het Nieuwe Testament. Wanneer we ons onderzoek baseren op de wet, de psalmen en de profeten, zien we in het Nieuwe Testament dat de samenhang gelijk is aan het Oude Testament. Het volgende hoofdstuk laat zien dat er in beide Testamenten verschillende woorden vertaald zijn als vreemden . Zowel dit als het volgende hoofdstuk, vullen elkaar aan om te besluiten dat aanneming nooit kan betekenen dat niet-Israëlieten op de een of andere manier Israëlieten worden of, worden als Israël .

HET WOORD “AANNEMEN”

Het woord dat slecht vertaald is als “adoptie” is huiothesia en het komt maar vijf keer voor in het nieuwe Testament. Het wordt niet gevonden in de evangeliën, hoewel de juiste betekenis of het juiste principe er wel is. Voordat we de vijf Schriften onderzoeken, en de samenhang waarin ze worden gebruikt, is het beter om eerst naar het woord huiothesia zelf te kijken. Lexicons zijn het niet precies eens over de betekenis van het woord. Meestal geven ze betekenissen als aanneming als zoon , maar dit is een vaage vergelijking.

Vine zegt huiothesia is een samengesteld woord dat bestaat uit:

Huios [a] zoon.

Thesis [b] een plaatsing of omgeving.

Vandaar het plaatsen van een zoon of het plaatsen van zonen .

Uit de opmerkingen van Bullinger:

Adoption = zoonschap. Een geadopteerd kind kan genieten van alle voordelen van het gezin, maar is niet verwekt en geboren in het gezin. Maar de onderwerpen van dit vers zijn verwekt door de Geest [Johannes 3:6] en zijn daarom zonen van God door geestelijke verwekking . Het is daarom een echte zoon-geest die het dan mogelijk maakt om ‘Abba Vader’ te roepen.

Zodra we de religieuze verklaring kunnen doorgronden, ontdekken we dat Bullinger dicht bij de waarheid van de Bijbel staat. De Israëlieten, die het onderwerp waren van Johannes 3:6, bevatten geest vanaf hun verwekking. Ze worden geboren met de mogelijkheidl om zonen van God te zijn. Echter, in hun verspreide of afgegroeide staat, vanwege hun ongehoorzaamheid en ongeloof, zijn ze niet aanvaardbaar als zonen van God. Ze moeten nog steeds ‘geplaatst’ worden als zonen van God en dit gebeurt wanneer ze bewijzen dat ze waardig zijn – net als Abraham – door hun geloof te tonen. Tot die tijd staan ze alleen bekend als kinderen van God.

Jezus maakte Nikodemus glashelder dat iedereen die niet uit deze geestelijke verwekking’ is geboren, het later in zijn leven niet kan verwerven:

Johannes 3:5 Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als iemand niet geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk van God niet binnengaan.

Jezus gebruikte anothen [van boven] niet deuteros [een tweede keer], zoals Nicodemus deed. [het Engels leest anders dan het Nederlands]

Dit is waarom Jezus zei dat wat door de geest is verwekt, is geest en dat wat door vlees is verwekt, is vlees. Jezus vertelt ons dat er twee soorten van mensen zijn – die van de geest en die van het vlees – geestelijke wezens en natuurlijke wezens. Het geestdragend wezen bevat de geest vanaf de verwekking. Het natuurlijke of niet-dragende wezen bevat niet de geest bij de verwekking en kan het nooit verwerven.

Het woord huiothesia wordt nooit gebruikt om iemand een zoon te maken. Het is om een zoon te plaatsen Elke geplaatste zoon bestaat al als een zoon. Het Grieks stelt niet voor om iemand een zoon te maken en sommige lexicons wijzen hierop. Strong G5206 geeft ook de plaatsing van een zoon .

Hierop volgend in Thayer vinden we:

De relatie die God graag tussen hem en de Israëlieten vaststelde, in plaats van alle andere naties … die gezegende staat gezocht in het toekomstige leven na de zichtbare terugkeer van Christus uit de hemel 

Het woord komt voor in vijf verzen waar we moeten lezen  plaatsen van een zoon in plaats van “adoptie” en laten we daarom kijken naar de vijf verzen waar het woord wordt gebruikt.

HET EERSTE ADOPTIE/AANNEMEN VERS

Rom 8:15 Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming (plaatsen van een zoon) tot kinderen ontvangen, door wie wij roepen: Abba, Vader!

Het is deze inwonende geest die degenen die van boven zijn verwekt in staat stelt [ krazo ] “Abba Vader” te roepen.

Dr. Bullinger’s opmerkingen:

Abba dus, vader. Er wordt gezegd dat slaven het woord Abba nooit mochten gebruiken. Daarom kan het alleen worden gebruikt door degenen die de gave van de goddelijke natuur hebben ontvangen .

Paulus vervolgt:

v16 De Geest Zelf getuigt met onze geest dat wij kinderen van God zijn.

We moeten duidelijk herkennen aan wie dit boek Romeinen is geschreven. Daarom was het in eerdere hoofdstukken nodig om vast te stellen dat Paulus alleen aan Israëlieten schreef. Alleen dan kunnen we begrijpen wat Paulus in het volgende vers zegt.

v17 En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; . . .

Er is geen “Jezus” in dit vers. Dit is in een eerder hoofdstuk behandeld. Er wordt verder op gewezen:

Aangezien xristos [christos] in het genitief geval is, betekent het ‘van’ of ‘behorend tot’ een gezalfde. Er is geen goede reden waarom de AV dit zou moeten veranderen in ‘met Christus’. Hij kan toch niet worden beschouwd als mede-erfgenaam van deze beloften.

Bijgevolg is vers 17 beter vertaald:

Als we kinderen zijn, zijn we erfgenamen; erfgenamen van God en mede-erfgenamen van een gezalfd volk .

De ‘gezamenlijke’ erfgenamen verwijzen naar heel Israël, dat wil zeggen de besnedenen en de onbesnedenen die de twee delen van het éné gezalfde volk vormen.

HET TWEEDE ADOPTIE/AANNEMEN VERS

Rom 8:22,23 Want we weten dat de hele schepping (ktisis) tot nu toe samen kreunt en lijdt onder de pijn, en niet alleen zij, maar ook wij zelf, die de eerste vruchten van de Geest hebben, zelfs wij zuchten zelf in onszelf, wachten op de adoptie (plaatsen als zonen), namelijk de verlossing van ons lichaam.

In dit vers kunnen we een uitleg zien van wat adoptie is, namelijk verlossing van ons lichaam. Het is alleen de vraag of deze verlossing voor iedereen beschikbaar is. Er is geen manier dat huiothesia verwijst naar het populaire begrip om op dit moment niet-Israëlieten naar Israël te brengen.

Ktisis verwijst naar de hele Israëlietische natie of de hele schepping die kreunt, wachtend op de plaatsing als zonen. Dit wordt bevestigd in Jesaja 43:1 waar we lezen, Maar nu zegt de Heer [dat wil zeggen, Jehovah] die u heeft geschapen O Jakob, en Hij die u heeft gevormd, O Israël. Ktisis (schepping) in de hele schepping betekent niet alle rassen , maar betekent diegene van de twee behorende delen van Gods ras die [samen] wachten op de plaatsing van zonen – “en niet alleen zij” verwijst naar de Onbesnijdenis of Verspreiding en “maar onszelf ook” verwijst naar de Israëlieten van de Besnijdenis in Judea.

HET DERDE ADOPTIE VERS

Rom 9:3,4 Want ik zou zelf wel wensen vervloekt te zijn, weg van Christus, ten gunste van mijn broeders, mijn verwanten wat het vlees betreft. Zij zijn immers Israëlieten; voor hen geldt de aanneming (plaatsen als zonen) , en de heerlijkheid, en de verbonden en de wetgeving, en de eredienst, en de beloften.

Als ze Israëlieten zijn, dan omvatten ze niet anderen dan alleen de Israëlieten. Dit moet een moeilijke tekst zijn voor diegenen die erop willen staan om de traditionele leer te handhaven zodat iedereen van welk zaad dan ook een Israëliet kan worden. De bloedverwanten volgens het vlees en broeders [vanaf de baarmoeder] zijn rechte uitspraken. Zo is het ook met: “Die ZIJN Israëlieten “.

Met wie werd dit verbond gesloten ? Het geven van de Wet die betrekking had op Israël werd gegeven door de beschikking van de Engelen [Handelingen 7:53]. Het nieuwe verbond werd gesloten met hetzelfde Israël dat het oude verbond had. Onder “gezindheid” ( diatheke ), geeft Thayer:

Als de nieuwe en veel betere vriendschapsband die God in de tijd van de Messias zou aangaan met het volk van Israël .

Veel lexicons beperken dit ook tot Israël, net als de samenhang:

Aan wie werd de wet gegeven ? Deze wet werd alleen aan Israël gegeven.

Aan wie zijn de beloften Dit waren alleen de beloften aan Israël, als de kinderen van de Vaders.

Voor wie is de dienst bedoeld ? Nogmaals, deze Levitische wet was exclusief voor Israël.

Zie Rom 9:3 en Thayer’s opmerking over dienst in verband met het laatste.

Thayer latreia De dienst of aanbidding van God volgens de vereisten van de Levitische wet.

Het vers zelf zegt zij ZIJN Israëlieten . Dus, als het alleen Israëlieten zijn die als zonen zijn geplaatst , waar is de mogelijkheid om te zeggen dat een dergelijke plaatsing mogelijk zou kunnen verwijzen naar niet-Israëlieten? Het is onmogelijk om ergens in de Schriften een verklaring te vinden dat deze dingen betrekking hebben op niet-Israëlieten.

Dus de plaatsing als zonen is niet voor iedereen van elk ras en God stelt de grenzen.

Exodus 33: Maar Hij zei; Ik zal genadig zijn voor wie Ik genadig zal zijn, en Ik zal Mij ontfermen over wie Ik Mij ontfermen zal.

Romeinen 9:18 Dus Hij ontfermt Zich over wie Hij wil, en Hij verhardt wie Hij wil.

God is altijd soeverein! God is genadig voor degenen die Hij kiest!

Vandaar dat dit derde adoptie verze zou moeten luiden: ” DIT ZIJN DE ISRAELITEN, AAN WIE BEHOORT HET PLAATSEN VAN ZONEN “. Dit kan nooit verwijzen naar een kerk die uit alle rassen bestaat. Het onderwerp verwijst altijd naar de verlossing en het herstel van Israël [Jakob]. Er zijn geen verwijzingen naar anderen, behalve de herverzameling van Israël. Het overblijfsel is altijd het overblijfsel van Israël, die Israëlieten ZIJN . Er is geen verslag van enig overblijfsel van anderen rassen buiten Israël. 

HET VIERDE ADOPTIE /AANNEMEN VERS

Galaten 4:5 om hen die onder de wet waren, vrij te kopen, dat wij de aanneming (plaatsen) tot zonen zouden ontvangen.

Het vervelende aan de AV-behandeling van dit vers is dat het in dit geval “tot zonen” [kinderen] toevoegt, maar dit niet in andere verzen toevoegt.

Dit is een heel duidelijke verklaring over wie de Zoon van God kwam om te verlossen. Het waren degenen die onder de wet stonden [alleen Israël]. Dit zijn ook de enigen die de adoptie [of plaatsing] van zonen kunnen ontvangen. Dit zijn de wij in het vers. Nooit staat er in de Schrift een voorstel dat anderen verlost zouden moeten worden of dat ze verlost moesten worden.

Strong G1805 exagorazo (verlossen) Om op te kopen, dat wil zeggen losgeld; fig. om te redden van verlies [kans verbeteren] … verlossen … [om uit te kopen ek als het kopen van een slaaf om hem te bevrijden].

Thayer exagorazo (verlossen) Door betaling van een prijs om te herstellen van de macht van een ander … metaforisch van Christus die de uitverkorenen bevrijdt van de heerschappij van de Mozaïsche wet voor de prijs van zijn plaatsvervangende dood … om te kopen voor zich zelf, voor eigen gebruik.

Het was Israël die door de Verlosser van Israël zou worden teruggekocht.

Het “ontvangen” in dit vers bevat het voorvoegsel apo en dat dit “ontvangen” betekent; om weer terug te ontvangen wat verschuldigd is . Daarom zijn dit Israëlieten die, in hun vroegere positie bij God, worden hersteld. Om weer terug te ontvangen mag daarom niemand opnemen die deze functie oorspronkelijk niet had; het kan niet betekenen ‘niet-Israël’ .

Galaten 3:24 vertelt ons dat het kind onder voogden en bestuurders staat tot de door de Vader aangewezen tijd. Maar toen de volheid van de tijd aanbrak, zond God Zijn Zoon uit, gemaakt uit een vrouw, gemaakt onder de Wet, om hen te verlossen die onder de Wet waren .(4:2-5) In dit hoofdstuk is er een vooruitgang van kindertijd tot zoonschap. Dit zoonschap wordt volledig gerealiseerd op het moment van de manifestatie van de zonen van God. ‘Kinderen van God’ is geen titel, maar ‘Zonen van God’ is een titel. Rom 8:18-23 geeft het verband met “adoptie”.

v18 … de heerlijkheid die aan ons geopenbaard zal worden.

v19 … het schepsel wacht op de openbaring van de zonen van God.

v20 … hoop …

v21 … zal zijn …

v23 … verwachting van de aanneming tot kinderen, namelijk, de verlossing van ons lichaam.

De tijd van de openbaring van de zonen van God is een belangrijk onderwerp.

1 Johannes 3:2 Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is.

Er wordt op gewezen dat men geen man wordt zonder eerst een kind te zijn geweest. Het kind staat onder de schoolmeester. Het kind is de man vroeger in de tijd. Hij is nog steeds dezelfde persoon. HIJ IS NOG STEEDS VAN HETZELFDE RAS EN BLOEDLIJN! Tegenwoordig wordt ons geleerd dat iedereen van elk ras een zoon kan worden. Dit is gebaseerd op de veronderstelling dat elk persoon van elk ras de wet van Mozes heeft gekregen en dat alle rassen hetzelfde zijn omdat “ze allemaal van Adam kwamen”. Dit is duidelijk niet waar! Dit is de reden waarom het eerste hoofdstuk van dit boek zoveel verzen aanhaalde om de exclusieve positie van Israël, op nationaal niveau met betrekking tot het geven van de wet, te bevestigen.

HET VIJFDE ADOPTIE VERS

Eph 1:5 Heeft ons voorbestemd tot de adoptie (plaatsing als zonen) van kinderen, door Jezus Christus voor zichzelf, overeenkomstig het welbehagen van Zijn wil.

Strong G4309 proorizo (voorbestemd) – vooraf te beperken of voorheen te bepalen.

Thayer proorizo (voorbestemd) – Om vooraf te bepalen, vooraf te beslissen, vooraf te benoemen .

Dat er vooraf een grens zou kunnen zijn voor wie zoonen kunnen worden, zou sentimentele bezwaren kunnen vinden onder sentimentele christenen die denken dat wie dan ook geen beperking heeft. Volgens het welbehagen van Zijn wil kan Hij ook sentimentele bezwaren vinden, maar God is nog steeds soeverein en selectief, en Hij is even onveranderlijk als altijd. Het “genoegen” ( eudokia ) wordt gegeven als:

Strong G2107 Tevredenheid, plezier, doel enz.

Thayer Genot, plezier, tevredenheid

We hebben in dit verband gekeken naar de beperkingen met betrekking tot de exclusiviteit van Israël in het Nieuwe Testament. God kiest volgens Zijn doel! Voor thelema (zijn wil) vinden we:

Strong G2307 is een vastberadenheid … verlangen … wil … plezier.

Thayer Wat men wenst of heeft bepaald zal worden gedaan … van wat God wenst dat door ons wordt gedaan.

De “wij” in het vers zijn de ‘gekozen’ en niet iedereen van elk ras. Over Gods keuze gesproken, stelt de apostel Paulus ook deze vraag: Hoe kan iemand met God twisten?

HOE KAN IEMAND MENINGSVERSCHIL HEBBEN MET GOD?

Rom 9: 20-22 Maar, o mens, wie bent u toch dat u God tegenspreekt? Zal ook het maaksel tegen hem die het gemaakt heeft, zeggen: Waarom hebt u mij zó gemaakt? Of heeft de pottenbakker geen macht over het leem, om uit dezelfde klomp klei het ene voorwerp tot een eervol, het andere tot een oneervol voorwerp te maken?

Ruzie maken met God is onmogelijk. De wij in dit boek Romeinen zijn degenen aan wie het is geschreven. De betrekking van dit eigenaardige volk, in het bijzonder met de wet, is een probleem in de boeken aan Romeinen en Galaten. Om deze reden is het argument dat Paulus maakt niet van toepassing op alle volkeren, maar is het beperkt tot de twee delen van Gods volk, Israël.

Kan iemand van tevoren echt met God discussiëren over Zijn keuze en beperking? Paulus gaat verder met het vertellen van de vaten die eerder tot heerlijkheid waren bereid . Dit verwijst alleen naar Israëlieten in het Boek des Levens. God heeft lang geleden besloten dat het niet iedereen van elk ras zou zijn. Nee, in de samenhang is het voor Joden en Grieken [De Israëlieten in Judea en in de verstrooiing]. Paulus gaat weer verder met het associëren van de “Grieken” met degenen aan wie Hosea profeteerde, namelijk het Huis van Israël.

WAT IS HET ONDERWIJS OVER ADOPTIE/AANNEMEN?

In alle vijf keren dat het woord aannemen in het Nieuwe Testament voorkomt, wordt elk met Israël verbonden. Op dit punt zouden sommigen kunnen zeggen: En wat dan? Israël wordt in het Nieuwe Testament vergeestelijkt . Als Israël niet vergeestelijkt was toen de apostel Paulus zijn brieven schreef, wanneer werd deze verandering dan aangebracht? Nogmaals, dit is een van de redenen waarom dit punt in een eerder hoofdstuk moest worden behandeld om aan te tonen dat de algemene opvatting niet geldig is. De strekking van de Schrift is dat de verandering binnen het Israëlietsche volk zit, dat nu het zoonschap kan ontvangen – dat wil zeggen, om hersteld en geplaatst worden als Zonen van God. Het is geen verandering van niet-Israëlieten tot Israëlieten, maar van die zonen van Jakob die waardig worden om zo’n titel te hebben. 1 Johannes 3:2 vertelt ons dat we nu de zonen van God zijn en dat wanneer Jezus terugkeert, zullen we zijn zoals Hij.

WIE ZIJN DEZE ZONEN?

In het Nieuwe Testament zijn er twee Griekse woorden die worden vertaald als “zoon” of “zonen”. Deze woorden zijn niet uitwisselbaar. De Lexicons geven een grotere mening aan deze twee woorden, zodat alleen hier de hoofd punten kunnen worden gepresenteerd.

  1. TEKNON [Strong G5043].

Dit wordt 77 keer vertaald als ‘kind’, één keer als dochter en 21 keer als zoon en betekent een kind .

Vine verklaart: In tegenstelling tot huios , zoon [zie hieronder] geeft het voorrang aan het feit van geboorte, terwijl huios de waardigheid en het karakter van de relatie benadrukt.

Handelingen 13:33 … Gij zijt mijn zoon [huios]. …

Alle Israëlieten zijn teknon [kinderen] van God, maar niet alle Israëlieten zullen huios [zonen] van God worden genoemd. Het woord huios wordt gebruikt op een manier die betrekking heeft op het karakter, de ordelijkheid en de discipline van een bepaalde groep.

Uit de compilatie van Thayer vinden we:

nageslacht, kinderen, een mannelijk kind, een zoon … de naam die is overgebracht naar die intieme en wederkerige relatie tussen mannen gevormd door de banden van liefde, vriendschap, vertrouwen, net als tussen ouders en kinderen … in lieflijke aanspraak, zoals als beschermheren, helpers, leraren en dergelijke tewerkstellen: mijn kind … in het NT worden leerlingen of discipelen kinderen van hun leraren genoemd, omdat de laatsten door hun onderwijs de geest van hun leerlingen voeden en hun karakter vormen … kinderen van God: in het OT van “het volk Israël” als bijzonder dierbaar voor God, in het NT, in de geschriften van Paulus, allen die worden geleid door de Geest van God en dus nauw verwant zijn met God …

De religieuze toon van de opmerking begraaft bijna de waarheid! Wanneer werden de kinderen van Israël ooit gedegradeerd tot de status van louter “dierbaar” voor God! Maar ondanks deze vooringenomenheid, lijkt het erop dat ze nog steeds niet kunnen ontsnappen aan het fundamentele feit dat de kinderen van Israël een andere relatie met God hadden in vergelijking met alle andere rassen.

  1. HUIOS [Strong 5207]

Dit woord komt 380 keer voor en wordt voornamelijk vertaald als “zoon” of “kind”. Het duidt verwantschap aan. [Let goed op!]

Thayer Een zoon; zelden gebruikt voor de jongen van dieren; algemeen gebruikt van het nageslacht van mensen … in ruimere zin, een afstammeling, een van het nageslacht van iemand … gebruikt om degenen te beschrijven die wedergeboren zijn … en hierna in de zaligheid en glorie van het eeuwige leven zal openlijk deze waardigheid van de zonen van God dragen.

Vine betekent primair de relatie van het nageslacht tot de ouder. [Johannes 9:18-20 en Gal 4:30]

Hoewel Thayers commentaar die van de kerk weerspiegelt, is de speciale aard van degenen die van bovenaf (niet wedergeboren ) zijn niettemin aanwezig. Dit laat zien hoe waakzaam we moeten zijn als we de lexicons en andere dergelijke verwijzingen lezen – ze hebben allemaal hun ingebouwde religieuze overtuigingen die hun discussies kleuren.

Laten we eens kijken naar enkele van de verzen waarin huios wordt gevonden:

Rom 8:14 Immers, zovelen als er door de Geest van God geleid worden, die zijn kinderen van God.

Rom 8:19 Met reikhalzend verlangen immers verwacht de schepping het openbaar worden van de kinderen van God.

Gal 4:5 . . . . opdat wij de aanneming tot kinderen zouden ontvangen.

Gal 4:7 Dus nu bent u geen slaaf meer, maar een zoon; en als u een zoon bent, dan bent u ook erfgenaam van God door Christus.

2 Kor 6:18 . . . .u zult Mij tot zonen en dochters zijn, zegt de Heere, de Almachtige.

Heb 2:10 . . . , om veel kinderen tot heerlijkheid te brengen,. . . .

Het belangrijkste om vast te stellen is de oorsprong van deze zonen van God . Wat duidelijk is, is dat ze afkomstig zijn uit een staat van dienstbaarheid onder de Wet. Van daaruit komen ze in een staat waarin ze in zoonschap kunnen worden geplaatst. Dat ze niet afkomstig zijn van degenen die nooit onder de wet stonden, is duidelijk. Er is geen enkele manier dat adoptie betrekking kan hebben op de adoptie van niet-Israëlieten in Israël.

Er is nog een ander punt in het Grieks dat kan helpen bij het begrijpen van dit onderwerp. Als we Galaten 4:5 nogmaals beschouwen, Dat we de adoptie van Zonen mogen ontvangen , is het woord apo-lambano (ontvangen) een samengesteld woord. Het voorvoegsel apo heeft weer de kracht van terug zijn . Deze specifieke mensen moeten iets terugkrijgen dat ze eerder bezaten. Hosea, die aan Israël profeteert, zegt dit:

Hosea 1:10 . . . . En het zal gebeuren dat in de plaats waar tegen hen (dat is, Israël) gezegd word: U bent niet Mijn volk, tegen hen gezegd zal worden: gij zijt de Kinderen (zonen) van de levende God.

In dit vers, Mijn volk en zonen , zijn verschillende uitdrukkingen. 

HIJ KWAM TOT HET ZIJNE

Johannes 1:11,12 Hij kwam tot het Zijne, maar de Zijnen hebben Hem niet aangenomen. Maar allen die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, . . .

Nogmaals, moeten we de oorsprong van de Zonen van God bepalen. Ze zijn van te midden van zijn eigen . Jezus kwam naar zijn eigen bezittingen, maar degenen die de controle over deze bezittingen hadden, ontvingen Hem niet als de eigenaar. Aan de andere kant hoorden de gewone mensen Hem graag en erkenden ze Zijn gezag. Door hun geloof konden ze weer de zonen van God worden. De heersers die Zijn gezag in twijfel hebben getrokken, moeten worden uitgeworpen. Zoveel [dat wil zeggen van Israël] die door de Geest worden geleid, zij zijn de Zonen van God [Rom 8:14]. Dit is de kwalificatie. Uit dit vers volgen de verzen met het woord “adoptie”.

In het volgende hoofdstuk zullen we zien of vreemden zich wel of niet bij Israël zouden kunnen voegen en in het Oude Testament, als Israël kunnen worden.

Blijf op de hoogte van de nieuwste blogseries

Abonneer op onze nieuwsbrief via e-mail of via onze RSS Feed. Je kunt op elk gewenst moment weer afmelden.

Nieuwste blogseries

Voor het eerst hier?

Er is veel content op deze website. Dit kan alles een beetje verwarrend maken voor veel mensen. We hebben een soort van gids opgezet voor je.

800+

Geschreven blogs

300+

Nieuwsbrieven

100+

Boeken vertaald

5000+

Pagina's op de website

Een getuigenis schrijven

Schakel JavaScript in je browser in om dit formulier in te vullen.
Naam
Vink dit vakje aan als je jouw getuigenis aan ons wilt versturen, maar niet wilt dat deze op de lijst met getuigenissen op deze pagina wordt geplaatst.

Stuur een bericht naar ons

Schakel JavaScript in je browser in om dit formulier in te vullen.
Naam
=