De verloren tien stammen van Israël – Deel 9

Home / Ekklesia Bericht / De verloren tien stammen van Israël – Deel 9

De verloren tien stammen van Israël – Deel 9

Israël bij de berg Sinaï, Exodus 19

Wij willen de lezer graag op het hart drukken om dit hoofdstuk biddend te lezen en in hun geest het toneel op te roepen van dit grote gebeuren. Het is een vergezicht van de onbeschrijfelijke heerlijkheid en dus van grote betekenis. U moet God op Zijn Woord nemen en geloven dat alles zo heeft plaats gevonden zoals het voor u beschreven is. Het geluid van de trompet (vers 19) lang en steeds harder, de berg gehuld in rook en vuur en de aarde die bewoog en de stem van God die daaruit kwam, dit moet een adembenemend schouwspel geweest zijn.

Hier bij deze berg is Jahweh met Israël in het huwelijk getreden. Mozes was de bruidsjonker (Exodus 19:17), de Here, de Hemelse Bruidegom en Israël, de aardse Bruid. De Heer heeft hen er aan herinnerd wat hij de Egyptenaren heeft aangedaan (Exodus 19:4) en hoe Hij hen op arendsvleugelen gedragen heeft en hen naar Hem toegebracht.

Deuteronomium 32:11:
“Als een arend, die zijn broedsel opwekt, over zijn jongen zweeft, zijn wieken uitspreidt, er een opneemt en draagt op zijn vlerken”.

Deuteronomium 33:27-29:
“De eeuwige God is u een woning en onder u zijn eeuwige armen. Omdat Hij de vijand voor u verdreef en zeide: Verdelg! Daarom woonde Israel veilig en bleef de bron van Jakob ongestoord in een land van koren en most; ja, zijn hemel sprenkelt dauw. Welzalig zijt gij, Israel; wie is aan u gelijk? Een volk, verlost door de Here, die het schild uwer hulp en het zwaard uwer hoogheid is. Daarom zullen uw vijanden veinzen u hulde te brengen, en gij zult op hun hoogten treden”.

Hij heeft tot hen gezegd dat zij Zijn eigendomsvolk zouden zijn en voor Hem een Koninkrijk van priesters en een heilige natie.

Exodus 19:5-6:
“Nu dan, indien gij aandachtig naar Mij luistert en mijn verbond bewaart, dan zult gij uit alle volken Mij ten eigendom zijn, want de ganse aarde behoort Mij. En gij zult Mij een koninkrijk van priesters zijn en een heilig volk. Dit zijn de woorden die gij tot de Israëlieten spreken zult”.

We lezen in Ezechiël 16:8:
”Toen kwam Ik voorbij u en zag u, en zie, de tijd der liefde was voor u gekomen; Ik spreidde de slip van mijn kleed over u en bedekte uw naaktheid, Ik ging onder ede een verbond met u aan, luidt het woord van de Here Here; zo werdt gij de mijne” (Dit staat symbolisch voor de huwelijksvoltrekking, vergelijk Rut en Boas).

Deuteronomium 4:5-8 geeft een goede opsomming van Gods doel met Israël: “Zie, ik heb u inzettingen en verordeningen geleerd, zoals de Here, mijn God mij geboden had, opdat gij aldus zoudt doen in het land, dat gij in bezit gaat nemen. Onderhoudt ze dan naarstig, want dat zal uw wijsheid en uw inzicht zijn in de ogen der volken, die bij het horen van al deze inzettingen zullen zeggen: Waarlijk, dit grote volk is een wijze en verstandige natie. Immers welk groot volk is er, waaraan de goden zo nabij zijn als de Here, onze God, telkens als wij tot Hem roepen?

En welk groot volk is er, dat inzettingen en verordeningen heeft zo rechtvaardig, als heel deze wet, die ik u heden voorleg?”

Israël moest op deze wijze aan de natiën om zich heen de doeltreffende wetten, verordeningen en inzettingen demonstreren. Het onderhouden daarvan zal grote zegen, voorspoed en gezondheid met zich meebrengen. De volken rondom hen, die deze zegeningen niet ten deel vallen, zouden nieuwsgierig worden en een onderzoek instellen en zo Israël de gelegenheid te geven, om hen op de Levende God te wijzen, hun God.

Psalm 19:8:
Dit is nog steeds Gods doel met Zijn volk. De Wet is volmaakt. David getuigt:”De wet des Heren is volmaakt, zij verkwikt de ziel; de getuigenis des Heren is betrouwbaar, zij schenkt wijsheid aan de onverstandige”.

Verglijk: Deuteronomium 32:45-47, Matteüs 5:7-19, 22:36-40, Romeinen 3:31, 13:7-10, Exodus 4:15-17, Leviticus 26, Deuteronomium 28, Deuteronomium 4:29-31.

Paulus zegt in Romeinen 7:1:
”Zo is dan de wet heilig, en ook het gebod is heilig en rechtvaardig en goed”.

Jezus zegt in Matteüs 5:17-19:
“Meent niet, dat Ik gekomen ben om de wet of de profeten te ontbinden; Ik ben niet gekomen om te ontbinden, maar om te vervullen. Want voorwaar, Ik zeg u: Eer de hemel en de aarde vergaat, zal er niet een jota of een tittel vergaan van de wet, eer alles zal zijn geschied. Wie dan een van de kleinste dezer geboden ontbindt en de mensen zo leert, zal zeer klein heten in het Koninkrijk der hemelen; doch wie ze doet en leert, die zal groot heten in het Koninkrijk der hemelen”.

In het Nieuwe Verbond wordt beloofd om de Wet van de Here in het binnenste van het Huis van Israël te geven en deze op hun harten zal schrijven. Zie Jeremia 31:31-34, Hebreeën 8:8-13. Zo volkomen en toegerust zouden zij zijn als Volk. Pas op: Er staat Huis van Israël, er is geen sprake van de naam “jood”.

In het Millennium/Duizendjarig Rijk, wanneer Jezus als Koning op aarde zal regeren, zal de Wet des Heren van Sion (Jeruzalem) uitgaan en al de Natiën zullen geleerd worden om op de wegen des Heren te wandelen om Zijn Wetten, inzettingen en verordeningen te onderhouden.

Er is dus geen sprake dat de Wet van God, zoals deze bij Sinaï aan Israël gegeven, foutief of gebrekkig is en vervangen moet worden. Het was Israël die gebrekkig was, God heeft hen berispt in:

Hebreeën 8:8:
”Want Hij berispt hen, als Hij zegt: Zie, er komen dagen, spreekt de Here, dat Ik voor het huis Israels en het huis Juda een nieuw verbond tot stand zal brengen”.

In de Engelse vertaling staat: “Finding fault with them”. God heeft een fout bij Israël aangetroffen en niet bij de Wet. Er wordt duidelijk in de profetie geleerd dat de Heer vlak voor zijn Wederkomst zijn Geest over Israël zal uitstortten. (Zie bijvoorbeeld Ezechiël 36:27, 37:5, 9-10, 14, 39:29, Joël 2:23, 28, Handelingen 3:19-21, Jakobus 5:7, Maleachi 4:4-5). De Heilige Geest zal hun de kracht geven om de Wet te onderhouden omdat zij onder het Oude Verbond te zwak waren. Lees onze brochure: *“De Wet van de Here”.

De Scheidbrief

Israël heeft haar deel van het huwelijkscontract met Jahweh verbroken, welke zij met Hem bij de Sinaï had gesloten en is achter andere goden is aangegaan, dit heeft God als geestelijk hoererij beschouwt en aan Israël een scheidbrief gegeven. Daarom is God in Jezus Christus aan het kruis voor Israël op een bijzondere manier gestorven, zodat Hij volgens zijn eigen Wet die verbied dat gescheidenen mogen hertrouwen, tenzij de tegenpartij gestorven is, op deze wijze kon Hij weer met Israël opnieuw in het huwelijk treden. Lees Jesaja 50:1, 53:8. Dit huwelijk zal voltrokken worden met de Wederkomst van Christus en de verzameling van het ware Israël vanuit de vier windstreken van de aarde voor de bruiloft van het Lam.

De bruid van Christus

Het is verkeerd om te zeggen dat de Gemeente/kerk de Bruid van Christus is. De gemeente is het Lichaam van Christus (Efeziërs 1:22-23, 1 Korintiërs 12:27), waarvan Hijzelf het Hoofd is, Kolossenzen 1:18.

Zoals God met het letterlijk Israël bij de berg Sinaï in het huwelijk getreden is (Exodus 19:3-8, 17), zo zal ditzelfde Israël gereinigd door het Bloed van Jezus, met Hem in het huwelijk treden, met de Bruiloft van het Lam. Lees voor uzelf de gelijkenis van het bruiloftsfeest in Matteüs 22:1-14. Hier wordt een aards toneel weergegeven, want om één reden te geven, er was niemand bij die maaltijd zonder een bruiloftskleed, dit kan niet in de hemel zijn, want daar zal niet binnengaan wat onrein is.

In Openbaring 19:7 lezen wij: ”Laten we blij zijn en juichen, laten we hem eer geven. Want de tijd is aangebroken voor de bruiloft van het Lam; zijn bruid heeft zich getooid”.

Vergelijk Jesaja 54:5: “Want hij die jou gemaakt heeft, hij is je echtgenoot. Zijn naam is: almachtige Heer. De heilige God van Israël, hij heeft je vrijgekocht. Hij zal heten: God van heel de aarde”. Uit het tekstverband blijkt dat de Here met Israël spreekt.

Het woord voor vrouw in het Grieks is Gune, in tegenstelling met parthenos (Gr) wat maagd betekent. Dit verschil is belangrijk. Het betekent dat de “vrouw” van het Lam in Openbaring 19:7 geen maagd is, met andere woorden, zij was reeds gehuwd geweest.

Dit is in overéénstemming met de lering van de hele Schrift, inzake Gods verhouding met Israël, namelijk: dat onder het Oude Verbond God met Israël gehuwd was, maar dat zij achter andere goden aan gehoereerd is en dat Hij haar een scheidbrief moest geven, maar onder het Nieuwe Verbond, door de dood en opstanding van Jezus Christus, God weer vrij was om opnieuw met haar in het huwelijk te treden. Zij was gehuwd, maar heeft met vele minnaars gehoereerd.

Jeremia 3:1:
“De Heer zei: ‘Als een man zijn vrouw wegstuurt, en zij vertrekt en wordt de vrouw van een ander, zal hij haar dan ooit weer bij zich nemen? Is het zo ook niet met Israël? Jullie hebben je afgegeven met zoveel minnaars en nu denken jullie ooit weer bij mij te kunnen horen? Dit wil ik je zeggen”.

Lees ook Jeremia 3:6,8.

Zij was geen maagd meer, maar door het Bloed van Jezus is zij gereinigd en geheiligd.

Jesaja 53:8:
“Hij werd gevangengenomen, veroordeeld en daarna weggeleid. Geen van zijn tijdgenoten die zich om hem bekommerde. Hij werd uit het leven weggerukt, met de dood gestraft om de zonden van mijn volk”.

En door de dood van haar man (God in Jezus) was zij vrij om weer te hertrouwen. Door Zijn Opstanding was Jezus natuurlijk ook vrij om de man van Israël te worden.

Jeremia 31:22 zegt: “Hoelang zult gij aarzelen, o afkerige dochter? Want de Here schept iets nieuws op aarde: de vrouw zal de man omvangen”. De Engelse vertaling zegt: ”compass”. Met andere woorden, de vrouw zal de man het hof maken en dit is precies wat de Schrift leert: de overspelige vrouw zal tot berouw komen en beginnen te vragen naar God in de laatste der dagen. Dit blijkt juist uit het hele tekstverband van Jeremia 31.

Een bruid moet dus een vrouw zijn, die maagd is. Wij behoren ondertussen een goot respect te hebben voor de accuraadheid van de Bijbel om de precessie van de woordkeus in de oorspronkelijke taal. Het Griekse woord voor Bruid in de Bijbel is “numphé.”.

Nu lezen wij Openbaring 21:9: ”En er kwam een van de zeven engelen met de zeven schalen, die vol waren van de laatste zeven plagen, en hij sprak met mij, zeggende: Kom hier, ik zal u tonen de bruid, (Gr. Numphé) de vrouw (Gr. Guné) des Lams”. Vanaf hier tot aan vers 21 krijgen wij een beschrijving van het nieuwe Jeruzalem. Openbaring 21:12 zegt: dat op die 12 poorten geschreven staat de twaalf namen van de Twaalf Stammen van de kinderen Israëls. Dus het nieuwe Jeruzalem staat in een nauw verband met het letterlijke Israël.

De bruid, de vrouw van het Lam is het Nieuwe Jeruzalem, die weer met de Twaalf Stammen van Israël vergeleken kan worden.

Kijken wij nu naar Jesaja 54, waar God spreekt met Israël, waar Hij bezig is haar te troosten en haar een heerlijk herstel beloofd, dan zien wij in vers 2 en 3 dat Hij zegt: “Maak de plaats voor uw tent wijd, en men spanne de kleden uwer woningen uit, wees er niet karig mee, maak uw touwen lang en sla uw pinnen vast. Want naar rechts en links zult gij uitbreiden en uw nageslacht zal de volken in bezit nemen en de verwoeste steden bevolken”.

Dan in vers 4, herinnerd de Here haar aan haar schande van haar jonkheid, dit was toen zij als vrouw van Jahweh achter andere goden was aangegaan en Hij haar een scheidbrief moest geven. (Vgl Jesaja 50:1-2). Maar nu heeft de Verlosser de prijs betaald zoals Jesaja 53 dit zo mooi stelt. Vers 8 zegt: ”Hij is uit verdrukking en gericht weggenomen, en wie onder zijn tijdgenoten bedacht, dat hij is afgesneden uit het land der levenden? Om de overtreding van mijn volk is de plaag op hem geweest”.

Daarom kan God in Jesaja 54:5 tegen Israël zeggen: “Want uw man is uw Maker, Here der heerscharen is zijn naam; en uw losser is de Heilige Israels, God der ganse aarde zal Hij genoemd worden”. Ik wil u aanraden geheel Jesaja biddende te lezen. Dan zegt Hij in vers 11 en 12:”Gij, ellendige, door storm voortgedrevene, ongetrooste, zie, Ik leg uw stenen in blinkend erts, Ik grondvest u op lazuurstenen, Ik maak uw tinnen van robijnen, uw poorten van karbonkelstenen en uw gehele omwalling van edelsteen”.

En dit is precies hoe het nieuwe Jeruzalem eruit zal zien. (Openbaring 21:9-21). Op de twaalf poorten staan de namen van de Twaalf Stammen van de kinderen Israëls (vers 12). Openbaring 21:19 zegt: “En de fundamenten van de muur der stad waren met allerlei edelgesteente versierd. Het eerste fundament was diamant, het tweede lazuursteen, het derde robijn, het vierde smaragd”. Van Israël zegt de Here in Jesaja 54:11:”Ik leg uw stenen in blinkend erts, Ik grondvest (fundament) u op lazuurstenen” (edelgesteente).

Vergelijk zelf die twee met elkaar en u zult zien dat Jesaja 54 en Openbaring 21 van precies hetzelfde volk spreekt, namelijk Israël en allebei spreken over het feit dat de Here (het Lam) met Israël (de Bruid-numphé, vgl. Openbaring 19:6-9; Matteüs 22:1- 4) in het huwelijk zal treden.

Wij zullen verder in deze studie deze heerlijkheid en waarheid van Israël, de Vrouw van de Here, nog verder onderzoeken. Om nu af te sluiten, herinneren wij ons weer Exodus 19 waar onder de majestueuze openbaring van Goddelijke Heerlijkheid, Israël voor de eerste keer, ambtelijk de vrouw van Jahweh geworden is. In Exodus 20 krijgen zij de Tien Geboden als de kern van het huwelijkscontract tussen God en Israël.

Al de andere Wetten, Verordeningen, Inzettingen en Geboden zijn daarop gebaseerd. Er is nooit iets mis met de volmaakte Wet van God. Lees Psalm 19:8. Maar Israël was niet volmaakt. De fout lag dus niet bij de Wet, maar bij het volk Israël. Daarom moest Jezus, voor die overtredingen (van het volk) sterven (Jesaja 53:8), waardoor het huwelijks contract gebroken was omdat zij andere goden achterna ging. Verg. Exodus 20:3, 18, 22. Er is een voorziening getroffen voor een Nieuw Verbond tussen dezelfde God en hetzelfde Volk die de wetten op de tafels van hun harten zullen schrijven, waardoor het niet meer nodig zal zijn om te zeggen:

Jeremia 31:34:
”Dan zullen zij niet meer een ieder zijn naaste en een ieder zijn broeder leren: Kent de Here: want zij allen zullen Mij kennen, van de kleinste tot de grootste onder hen, luidt het woord des Heren, want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en hun zonde niet meer gedenken”.

Die dag in Exodus 19 en 20 was groot, maar de dag wanneer Jezus wederkomt in de heerlijkheid van de Vader tegelijk met al zijn Heilige Engelen (Matteüs 16:27; 24:30; Lucas 21:27) voor de bruiloft van het Lam, zal dit nog veel heerlijker zijn. Wij gaan hier dieper op in, in onze studie over “Het Boek van Openbaring”. * Lees ook onze brochures: “De opname”, “De Grote verdrukking”, “De Nieuwe hemel en de Nieuwe aarde”.

Israël bij de berg Sinaï (vervolg)

Vanaf het 19e hoofdstuk van Exodus tot aan het einde van dit boek vinden wij Israël nog steeds bij de berg Sinaï. Omdat het Boek Exodus bij uitstek het Boek van Verlossing is, is daarom van groot belang dat wij de symbolische betekenis van al de voorschriften van de bouw van de Ark verstaan en van de diensten en klederdracht van de priesters die daarmee in verband staan. Dit is één van de gezegende studies die een mens van de Bijbel kan maken. Er zijn goede boeken over dit onderwerp verkrijgbaar en wij zullen niet in bijzonderheid daarop ingaan.

In Exodus 28:21 lezen wij: “En de stenen zullen overeenkomstig de namen der zonen van Israel twaalf in getal zijn, overeenkomstig hun namen; als zegelgraveerwerk zullen zij, elk met zijn naam, zijn voor de twaalf stammen”.

Exodus 28:29:
”Zo zal Aäron de namen der zonen van Israel in het borstschild der beslissing op zijn hart dragen, wanneer hij in het heiligdom komt, tot een voortdurende gedachtenis voor het aangezicht des Heren”.

In Jesaja 49:15-16 zegt de Here door de profeet: “Kan ook een vrouw haar zuigeling vergeten, dat zij zich niet ontfermen zou over het kind van haar schoot? Al zouden zij die vergeten, toch vergeet Ik u niet. Zie, Ik heb u in mijn handpalmen gegrift, uw muren zijn bestendig voor Mij”.

Net als in Jesaja hoofdstuk 54 en in Openbaring 21 wordt Israël ook hier als edelgesteente voorgesteld en Aäron moest dit in een tas (borst tas van beslissing) op zijn hart dragen wanneer hij in het heiligdom (dit is de tegenwoordigheid van God) binnenging. Zo dicht was Israël aan het hart van God en volgens Jesaja zoals hierboven aangehaald, zal dit altijd zo zijn.

Wij hebben in het eerste hoofdstuk van dit boek uit de joodse bronnen bewezen dat de joden vandaag nog geloven dat de Tien Stammen nog steeds niet met de Juda (joden) herenigd zijn. Maar God zal Israël (Twaalf Stammen) niet vergeten! (Jesaja 49:15). Waar is dan dat Volk van God? Zijn de Westerse Blanke natiën niet bezig om Gods wil te volbrengen? Hoe gebrekkig ook!

Doen de joden dit? En toch heeft God gezegd:”Het volk dat Ik Mij geformeerd heb, zal mijn lof verkondigen”. (Jesaja 43:21) De joden doen dat niet, maar de Westerse Blanke natiën wel, zij zijn dus Gods letterlijke volk.

Nu moet u er goed op letten dat u hier in Exodus nergens de naam jood zult aantreffen, om de eenvoudige reden dat er nog geen joden waren. Er zijn alleen maar Israëlieten en er bestaat een groot verschil tussen joden en Israëlieten: dat is steeds in dit hoofdstuk bewezen.

Het boek Leviticus

In het Boek Leviticus vinden wij de vertolking en de toepassing van de Tien Geboden. Dit is het Evangelie in type voorgesteld. Israël moest dit uitdragen en zij doen dit vandaag. De Christen wereld van vandaag wacht nog zogenaamd op de ontwaking van de joden om het Evangelie aan de Heidenen (en dit sluit volgens hen ook de Blanken van het Westen in) te gaan verkondigen. En al die tijd is het Blanke Protestantse Westen alreeds eeuwen bezig dit te doen. Dit behoort voor u, geachte lezer, tegen deze tijd al duidelijk geworden te zijn hoe de vertolking van de profetieën onjuist worden uitgelegd wanneer in de joden al de Twaalf Stammen van Israël worden gezien.
De leer van Bileam

In het boek Numeri lezen wij het verhaal van de profeet Bileam. De gewone mens onthoudt meestal een grote gebeurtenis uit het verhaal van Bileam, omdat God daarin een ezel liet spreken toen de profeet niet wilde luisteren. Dit is een groot wonder maar het is niet de belangrijkste reden waarom dit voorval voor ons in de Bijbel is opgetekend. Nee, er is een veel belangrijker zaak dan dit wat op het spel staat. Zo belangrijk zelfs dat het boek Openbaring na Bileam verwijst in de volgende woorden in de klacht tegen de gemeente van Pergamum.

Openbaring 2:14:
”Maar er zijn een paar dingen die ik tegen u heb: sommigen onder u houden vast aan de leer van Bileam. Bileam leerde Balak, hoe hij de Israëlieten ten val kon brengen: hij moest ze aanzetten tot het eten van afgodenoffers en tot het plegen van ontucht”.

Deze “leer” van Bileam was dat hij Balak aangeraden heeft om het Volk te verleiden toen God het hem niet toestond om het Volk te vervloeken. Lees Numeri 31:15-16, 22:5, 23:8, door hen in verzoeking te brengen om de dochters van Moab te huwen. Dit was streng tegen de bevelen van God, die Israël uitdrukkelijk en ten strengste verboden had, om met de heidense natiën rondom hen te trouwen. Zodoende wilde hij Israël beroven van haar absolute zuiverheid en haar wil afleiden van haar verheven doel. Dit was beide, letterlijke en geestelijke hoererij.

Het is vandaag weer precies hetzelfde in een crisis uur in het bestaan van het Blanke Christendom. De liberalistische machten propageren rassenvermenging met alles wat hun ter beschikking staat. Daartoe spannen de geldmachten zich in. De radio, televisie, toneel, de pers is daarop geconcentreerd om te verleiden en aan te wakkeren tot immoraliteit en de verachting van alle standaarden van Godsvrucht, kuisheid en karaktervastheid.

Europa, toevluchtsoord van vluchtelingen, doelwit van plannenmakers voor een Wereldregering

Tenminste sinds het einde van WO. II zijn de eens homogene volken van Europa het doelwit geworden van de wereldhervormers van de vrijmetselaars, die aansturen op een gemende wereldbevolking en een daaruit voortkomende criminele chaos. Als resultaat van militante manipulaties, uitgevoerd door hun uitvoerende organisaties, de UNO, heeft men het voor elkaar gekregen dat 22,3 miljoen personen nu wereldwijd verplaatst zijn. Dit houdt in dat één op 264 mensen op de aarde, een vluchteling is!

Na Azië en Afrika huisvest Europa het grootste aantal vluchtelingen. Èèn op de vier vluchtelingen zit nu in Europa. Alleen al 400.000 Albanezen uit Kosovo hebben in Europa hun toevlucht gezocht. Europa’s grootste vazalstaat, de Federale Republiek Duitsland, blijkt de eerste keus te zijn voor alle vluchtelingen. En hun concentratie is het grootst in Nederland, met gemiddeld 1 vluchteling op 240 inwoners, gevolgd door Duitsland met 1 op 290, Italië met 1 op 290, Denemarken met 1 op 400, Oostenrijk met 1 op 700, België, met 1 op 710, Groot Brittannië met 1 op 1000. En zowaar: Frankrijk, waar geregeld straatgevechten met buitenlanders plaats vinden, met slechts 1 op 3600 (Uit African Express januari/februari 1999).

Het communisme heeft zich altijd den doel gesteld om de moraliteit van de Westerse jeugd te ondermijnen, “vertroebel en saboteert”. Lenin heeft dit om onomwonden verklaard dat op deze wijze het Westen in duigen zal storten. Dit is wat er met Israël gebeurd is in de tijd van Bileam en dit gebeurt vandaag met ons: wij zijn nog steeds hetzelfde Volk van God als in de tijd van Balak en Bileam.

De profetie van Bileam

Het is voor u van het grootste belang dat u een degelijke studie maakt van Numeri hoofdstukken 22-24 indien u een goed begrip wil hebben van de plaats van Israël in het plan van God. De profetie van Bileam is in dit verband van het allergrootste belang. Dit is in het licht van Gods Eeuwigdurende, Onherroepelijk Verbond met Abraham, Isaäk en Jakob dat Bileam de volgende merkwaardige woorden gezegd heeft.

Numeri 23:19:
”God liegt niet, zoals de mensen, verandert niet van gedachten, zoals wij. Zou hij ooit iets beloven en het nalaten, iets aankondigen en het niet laten doorgaan?”.

Dat wordt ook in deze hoofdstukken herhaaldelijk beklemtoond dat Bileam moet zeggen, dat wat God gezegd heeft, om te zeggen. In Numeri 23:7 zegt hij dat hij Israël niet kan vervloeken of verwensen. In Numeri 23:21 preekt hij van het gejubel voor de Koning die bij Israël zou zijn. Dit wordt in hoofdstuk 24:17 bevestigd, waar voorzegd wordt dat de scepter uit Jakob zal voortkomen. Weereens is het merkwaardig dat vele Westers natiën hun Koningshuizen voor geslachten behouden hebben. Het zijn ook de Westerse natiën die de komst van Jezus, de Koning der koningen en Heer der heren verwachten.

In hoofdstuk 23:24, 24:9, wordt Israël vergeleken met een leeuw. Het is merkwaardig hoe de leeuw zo’n prominente plaats inneemt in de heraldiek van de Blanke Westerse landen.

Zoals bijvoorbeeld Holland, waar de leeuw op al de provinciale kentekens, behalve een paar voorkomt, geen enkele opgraving heeft aangetoond dat er leeuwen in Holland zijn voorgekomen. Maar beiden, uit de Bijbel en uit de geschiedenis van Israël is het erg duidelijk, dat de leeuw een herkend embleem is in Israël.

In Numeri 24:7 zegt Bileam onder inspiratie van de Heilige Geest dat het zaad van Israël vele wateren zijn. Zo is het ook met de Westerse natiën. Die hun kolonies over de gehele wereld hebben gesticht en de Beschaving over de gehele aarde hebben uitgedragen. Men is wel tegen hun kolonialisme, maar deze zogenaamde koloniale mogendheden van het Westen, hebben de achterlijke barbaarse natiën gered van uitsterving door pesten, hongersnoden en oorlog. Onze eigen Voortrekkers hebben de binnenlandse inheemse stammen van Zuid-Afrika, zeer beslist van zo’n lot gered. En dit is wat Bileam gezegd heeft wat Israël doen zal.

Het is al bijna een soort bijgeloof bij velen, dat je gered zal worden als je een jood vertroeteld dan zal je gezegend worden en de volken die de joden tegenstaan zullen ten onder gaan. Dit is niet alleen van toepassing zover het de joden aangaat maar op alle volken en enkelingen van toepassing is. Jezus heeft gezegd dat hij die het zwaard opneemt er door zal vergaan en zal sterven, met andere woorden dat een natie of persoon die nodeloos aanvalt of vervolgt, zal ten onder gaan.

Geen natie ter wereld is zo gezegend zoals de Westerse natiën, als zij vergeleken worden met andere volken, de Joodse volken ingesloten. Als er een natie is die door de eeuwen heen vervolgd en soms bijna uitgeroeid zijn, dan is het niet de joden. Dit is niet wat God aan Israël beloofde. Hij heeft hun juist zijn bescherming en zegeningen belooft. Numeri 24:9 zegt: “Als een leeuw vlijt hij zich neer. Wie zou hem durven tergen? Wie Israël zegent, wordt zelf gezegend, wie het vervloekt, vervloekt zichzelf”.

Denk eens na over de geschiedenis van de Westerse Natiën en u zult zien dat dit op hen van toepassing is, zij zijn dus Israël! U bent tot dusver de naam “jood” niet in de Bijbel tegengekomen.

Waarom dan van deze mensen, aan wie God de belofte geeft, joden te maken terwijl de Bijbel dit niet doet?

In Numeri 24:14 lezen wij: “Ik ga terug naar mijn land, maar eerst zal ik u nog zeggen wat dat volk (Israël) in de toekomst uw volk (Moab) zal aandoen”.

Het is merkwaardig hoe dit op verschillende plaatsen in de Bijbel, over het einde der tijden/dagen gesproken wordt en in verband gebracht wordt met een botsing tussen Israël en de heiden volken. Bovengenoemde aanhaling is dus geen uitzondering. In vers 17 gaat hij verder: “Ik kijk in de toekomst: ik zie een gestalte, hij staat op in Israël, zoals een ster rijst aan de hemel. Hij heerst over het volk van Jakob; met zijn staf verplettert hij de leiders van Moab. Hij vernietigt het volk van Set”. Zo gaat hij door tot aan het eind van Numeri 24.

Alle Bijlstudenten zijn het met elkaar eens dat wij nu leven in het einde der tijden/dagen. Dus moeten wij rondom ons heen kijken voor de vervulling van de woorden van Bileam. Aan de ene kant moet er Israël zijn en tegenover haar Moab (heidens volk) en ook de andere volkeren. En dit is nu de positie van de Blanke Westerse Volkeren die de hordes van uit het Oosten tegen hen op het oorlogspad zien optrekken.

Bovendien heeft Bileam, in hetzelfde vers 17, de Ster gezien die uit Jakob te voorschijn komt en de scepter die uit Israël opkomt en Moab zal verbrijzelen en volgens vers 19 zal Hij heersen. Nu dat is precies wat de gehele Schrift ons leert, aangaande wat Jezus zal komen doen, wanneer Hij komt uit de hemel met Zijn machtige engelen in vuur en vlam, wanneer Hij wraak uitoefent op die welke God niet kent en op die welke de Evangeliën van onze Here Jezus niet gehoorzaam zijn. Verg. 2 Tessalonicenzen 1:7-8, Openbaring 19:19-20, Jeremia 25:30-32, Jesaja 66:15-16. De Westerse wereld leeft in een verschrikkelijke, geestelijk verwaarloosde toestand, maar des ondanks is zij nog steeds de kampvechter voor het Christendom, terwijl de rest van de wereld openlijk het Evangelie ongehoorzaam is en deze juist wil vernietigen. Ook onze huidige regering werkt daar aan mee. En de joden staan aan hun kant.

Dus ook hier past goed de identiteit van het Blanke Christendom bij de identiteit van Israël en niet bij de joden.

Deuteronomium

Deuteronomium bevat de afscheidbevelen en de raad van Mozes aan Israël met het oog op hun spoedige intocht in het Beloofde Land. Hij heeft hen gewaarschuwd wat er met hen zal gebeuren als zij het Verbond niet zouden houden. Maar dit bevat ook heerlijke beloften van herstel indien zij zouden falen en uit het land verbannen zouden worden.

Wij leven nu in de tijd waarin dit beloofde herstel en verandering van hart moet plaats vinden. Lees Deuteronomium 30:1-10. Dit zal te weeg gebracht worden door de “Benauwdheid van Jakob” die door de aanslag van de heidenen zal komen. Daaruit zal de beloofde herleving en de uitstorting van de Heilige Geest op Israël (al de Twaalf Stammen) komen voor de Wederkomst van Christus en de oprichting van zijn Koninkrijk. Wij noemen de volgende paar Schriften er zijn er veel meer, maar deze moeten genoeg zijn om een indicatie te geven.

Ezechiël 36:27:
“Ik zorg dat er een nieuwe geest over jullie komt, aan mijn wetten en voorschriften zul je je houden”.

Maleachi 4:5-6:
“Zie, Ik zend u de profeet Elia, voordat de grote en geduchte dag des Heren komt. Hij zal het hart der vaderen terugvoeren tot de kinderen en het hart der kinderen tot hun vaderen, opdat Ik niet kome en het land treffe met de ban”.

Lees dit samen met Matteüs 17:10-13 en Lucas 1:17. U zult zien dat het de bedoeling is, dat Johannes de Doper in de Geest kracht van Elia gekomen en Herleving voor de Eerste Komst van Jezus gebracht is, zo moet er ook een herleving voor de Tweede Komst van Jezus komen, door een Volk die vervuld is met de volle negen Gavens van de Heilige Geest, de vruchten en de Bedieningen in al hun kracht, Gezag en Schoonheid.

Jacobus 5:7:
“Hebt dus geduld, broeders, tot de komst des Heren! Zie, de landman wacht op de kostelijke vrucht des lands en heeft geduld, totdat de vroege en late regen erop gevallen is”.

Handelingen 3:19-21:
“Komt dan tot berouw en bekering, opdat uw zonden uitgedelgd worden, opdat er tijden van vervademing mogen komen van het aangezicht des Heren, en Hij de Christus, die voor u tevoren bestemd was, Jezus, zende; Hem moest de hemel opnemen tot de tijden van de wederoprichting aller dingen, waarvan God gesproken heeft bij monde van zijn heilige profeten, van oudsher”.

In onze verhandeling over het Boek Joël wijzen wij er op dat een tijd van grote angst en benauwdheid de vereiste verandering van het hart te weeg zal brengen, die zal leiden tot de uitstorting van de Heilige Geest over Israël. * In onze brochure “De opnamen van de Gemeente” wijzen wij er op dat dit de “Grote en Doorluchtige dag des Heren” is die plotseling en onverwachts zal aanbreken voor de zichtbare Wederkomst van onze Here Jezus Christus.

Israël, het eigendomsvolk van God

Deuteronomium 7:6-8:
“Want gij zijt een volk, dat de Here, uw God, heilig is; u heeft de Here, uw God, uit alle volken op de aardbodem uitverkoren om zijn eigen volk te zijn. Niet, omdat gij talrijker waart dan enig ander volk, heeft de Here Zich aan u verbonden en u uitverkoren; veeleer zijt gij het kleinste van alle volken. Maar, omdat de Here u liefhad en de eed hield, die Hij uw vaderen gezworen had, heeft de Here u met een sterke hand uitgeleid en u verlost uit het diensthuis, uit de macht van Farao, de koning van Egypte”.

Israël zou dus een eigendomsvolk van God zijn, met het oog op de eerste instantie, om dienstbaar te zijn. Er moet nauwkeurig gelet worden hoe dat de Here zelf gedurig een strenge selectie toegepast heeft. Eerst heeft Hij Abraham uit de andere Hebreeërs geroepen, daarna was het Isaäk die door een wonder geboren is. Alhoewel Jakob en Ezau uit dezelfde vader en moeder geboren zijn, heeft God, Ezau voor eeuwig verworpen en Jakob liefgehad.

Zelfs uit al de twaalf zonen van Jakob heeft God zijn gunsten speciaal door Jozef op zijn zoons Efraïm en Manasse geplaatst. Deze selectie is nog gedurig aan de gang. Dit geeft zeker een direct verzet vanaf de kant van de mens, tegen het Plan en Wil van God om de rassen zomaar tegen wil en dank door elkaar te vermengen.

Dit moet natuurlijk met de grootste nadruk beklemtoond worden dat deze uitverkiezing niet bedoeld is om de uitverkorenen te bevooroordelen ten koste van de niet uitverkorenen. Het was altijd het doel dat de uitverkorenen zou dienen om de niet uitverkorenen op te heffen en te wijzen op de Levende God. Nergens zal hij een betere illustratie hiervan vinden als in onze Here Jezus zelf. Hij is de Zoon van God. De Stem van God zelf heeft uit de hemel geklonken en gezegd:

Matteüs 20:28:
“En zie, een stem uit de hemelen zeide: Deze is mijn Zoon, de geliefde, in wie Ik mijn welbehagen heb”.

En toch heeft Jezus gezegd: “gelijk de Zoon des mensen niet gekomen is om Zich te laten dienen, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen”.

Kijken wij in dit licht naar Deuteronomium 7:6-8 zoals boven aangehaald is, dan zien wij dat dit ook is met het oog op de dienstbaarheid aan het mensdom, dat God Israël, uit al de volken van de aarde heeft uitgekozen, om hen tot Zijn eigendomsvolk te maken. En dit is precies wat de Blanke Westerse natiën al velen eeuwen doen. Wij hebben dit al menig keer benadrukt en bewezen. Als wij eerlijk en onbevooroordeeld willen zijn, zullen wij moeten erkennen dat zij de enigste groep van natiën zijn, die de beschavingsinvloed en de Christelijke Boodschap over de wereld verspreid hebben. Dit kan niet van de joden of andere natiën ter wereld gezegd worden. De Blanke Westerse Wereld is dus weer de enigste groep van volkeren, die in de geest van dienstbaarheid aan het mensdom, als Gods eigendom uitgezocht is. God heeft aan Israël beloofd, dus als wij Israël van God zijn. Als wij dit alles doen ondanks onze verblinding/blindheid voor onze identiteit, hoe zal het dan worden als wij werkelijk beseffen wie wij zijn en wat onze roeping is?

Dit alles is er alleen maar om ons volk(en) tot Ontwaking te brengen en dan onze leven en krachten daar aan te wijden. Lees in dit verband Deuteronomium 4:5-8, Jeremia 33:9, Micha 4:1- 4, Jesaja 60:1-4. Wij zullen ons blij en verheugd voelen, als wij weten dat deze Boodschap u geleid heeft, om Gods woord opnieuw te onderzoeken. U zult zien wat een heerlijke roeping dit is. Dit zal ons nader tot Golgotha’s kruis brengen en u vurig laten zoeken om met de Heilige Geest vervuld te worden met kracht uit de hoge om Zijn getuigen te kunnen zijn, om zodoende u roeping te kunnen vervullen als lid van Zijn Uitverkoren Volk, Israël.

Lees het Boek Deuteronomium in dit licht, en zie hoe het één van de wonderlijkste boeken is in de Bijbel. Het zal u laten opspringen van vreugde, als u beseft dat God daar met Israël spreekt, Hij dan vandaag met onze Blanke Westerse Protestantse natiën spreekt. In Deuteronomium 4:20 zegt Mozes bijvoorbeeld tot Israël: ”Terwijl de Here u genomen en uit de ijzeroven, uit Egypte, geleid heeft om voor Hem te zijn tot een eigen volk, zoals dit heden het geval is”.

Wij zijn vandaag dat erfvolk/eigenvolk van God. Dit komt omdat de werkelijkheid dikwijls vreemder klink dan fantasie (Fact is stranger than Fiction), het is dikwijls moeilijk om de waarheid te begrijpen. Ik ben er van overtuigd, dat satan (de vader der leugen) al de machten der hel zal laten inspannen om te verhoeden, dat deze Israël waarheid aan het licht wordt gebracht. Maar zo zeker dat onze Here Jezus aan Zijn “Ekklesia” bouwt en het dodenrijk niet zal overweldigen, net zo zeker zal deze Waarheid van onze Israël identiteit, door ons volk gekend worden en dit zal bijdragen, samen met alle waarheden, om ons vrij te maken (Johannes 8:32).

Vier reden voor absolute rassen-segregatie (rassenafscheiding)

In het licht van het voorafgaande zal het voor ons nu makkelijker zijn om te verstaan/begrijpen waarom God zulke strenge bevelen aan Israël gegeven heeft om hun bloed zuiver te houden en zich niet met andere natiën mochten vermengen. Dit zal Gods bloedstroom “Zijn erfdeel” vertroebelen en dat is wat satan wil. O, de duivel is slim.

Zo slim zelfs, dat hij zelfs een wanbegrip van het Evangelie gebruikt, om rassenvermenging te propageren (Jozua 23:11-13). In Deuteronomium 7:1-6 geeft God vier redenen waarom Hij Israël beveelt om “Apart = Heilig” te laten blijven.

(a) In vers 4, omdat de heidenen het Volk van God zouden verleiden, om achter hun goden aan te gaan. Het argument, dat zij beiden Christenen zijn, dan valt dit gevaar weg, maar hun bloedstroom is nog steeds hetzelfde. God heeft geen kleinkinderen. Het geloof in Jezus Christus veranderd het bloed van de mens niet en ook niet zijn aard.

(b) Volgens vers 4, zou Israël dan de Levende God verlaten en achter andere goden aangaan. Dit is precies wat er gebeurt. De nazaten van zo’n verbintenis dwalen weg van God om achter vreemde goden aan te gaan. Ons liberalistische en filantropie maken een fout als zij denken dat het door elkaar mengen door middel van huwelijken, de wereld naar God zal brengen, alleen omdat men denkt dat geloof in Jezus Christus de enige maatstaf is. Mensen komen niet tot geloof door mensen uit te huwelijken, of door ander sociaal verkeer met elkaar, maar alleen door prediking van het Evangelie. Jezus heeft ons bevel gegeven om Zijn getuigen te zijn in de Kracht van de Heilige Geest, om daardoor het Licht in de duisternis te laten schijnen. Hij heeft ons nergens het recht gegeven om de wetten van God te verbreken.

(c) Israël mocht zich niet met andere natiën vermengen, want zij was een heilig volk van God (vers 6) Heilige betekent: ‘afgezonderd’. Afgezonderd voor een speciaal doel. Dit doel is alreeds beklemtoond. Indien zij hun bloed zouden vermengen en niet meer afgezonderd zijn, zullen zij niet meer aan hun doel beantwoorden.

(d) Vers 6 zegt dat Israël uitverkoren is vanuit de volken rondom, om Gods eigendomsvolk te zijn. Zij zouden dus direct tegen de bevelen en wensen van God ingaan indien zij weer terug zouden gaan en hun identiteit onder de andere volkeren verliezen door bloedvermening/uitbastering.

Vele van onze kerkleiders beschouwen het geheel Bijbels en keuren het goed dat de oden zich apart willen houden. Zover ik weet is daar nog nooit drukte overgemaakt.
Dat joden alleen met joden moeten trouwen, zij worden immers verondersteld om het Israël van God te zijn. Hadden zij maar geweten hoe in werkelijkheid hun bloed vertroebeld is! Maar als het ware Israël van God haar bloed zuiver wil houden, dan zijn de veroordelingen van wereldse kant niet van de lucht en schreeuwt men dat dit rassendiscriminatie is.

Wij hebben u vier redenen gegeven waarom God Israël ten strengste verboden heeft om zich met andere natiën mocht vermengen door de huwelijkse band. Er zijn nog veel meer redenen maar die worden behandeld in artikelen die daar in het bijzonder op ingaan. * Ook te bestellen.

Het Boek Jozua

Jozua was de opvolger van Mozes. Het boek Jozua vertelt ons van de intocht en de verovering van het Beloofde Land. Dat machtig op ons geestelijke leven kan worden toegepast, velen beschouwen het boek Jozua als de Efeziërs van het Oude Testament.

Voor het doel van deze reeks echter, zou ik zeggen dat dit voor ons nog een typerende uitbeelding is van hoe wij als modern Israël onder Jozua, namelijk Jezus Christus, zullen worden ingeleid in het Beloofde land. Jozua was een krijgsheer. Zo ook onze Here Jezus. Wanneer Hij komt om ons te redden, te verlossen en te leiden in van alles wat nog staat te gebeuren zal Hij optreden als de “Legeroverste van de Here”.

Terwijl Jozua bezig was om het terrein rondom Jericho te verkennen en zijn plannen op een rijtje te zetten voor de verovering van die stad heeft hij een merkwaardige ontmoeting gehad.

Jozua 5:13-15:
“Het gebeurde nu, terwijl Jozua bij Jericho was, dat hij zijn ogen opsloeg. Zie, daar stond een man tegenover hem met een uitgetrokken zwaard in de hand. Jozua trad op hem toe en vroeg hem: Behoort gij tot ons of tot onze tegenstanders? Doch hij antwoordde: Neen, maar ik ben de vorst van het heer des Heren. Nu ben ik gekomen. Toen wierp Jozua zich op zijn aangezicht ter aarde, boog zich neer en zeide tot hem: Wat heeft mijn heer tot zijn knecht te zeggen? En de vorst van het heer des Heren zeide tot Jozua.
Doe uw schoenen van uw voeten, want de plaats waarop gij staat, is heilig. En Jozua deed dit”.

Dit was niemand anders dan de Here Jezus zelf, dat zal snel blijken uit een studie van de schriften die hiermee in verband staan.

Openbaring 19:11-12:
“En ik zag de hemel geopend, en zie, een wit paard; en Hij, die daarop zat, wordt genoemd Getrouw en Waarachtig, en Hij velt vonnis en voert oorlog in gerechtigheid. En zijn ogen waren een vuurvlam en op zijn hoofd waren vele kronen en Hij droeg een geschreven naam, die niemand weet dan Hijzelf”.

Het verhaal van de val en de inname van Jericho is wel bekend. Niet geziene engelenhanden hebben hun muren omver gehaald. De Legeroverste van de Here, Jezus Christus, heeft hen aangevoerd. Het was Hij, die als de Engel des Heren van God tijdens de doortocht door de Rode Zee voor Israël is uitgetrokken.

Exodus 14:19:
“Toen verliet de Engel Gods, die voor het leger van Israël uitging, zijn plaats en ging achter hen aan; ook verliet de wolkkolom haar plaats aan hun spits en ging achter hen staan”.

In 1 Korintiërs vertelt Paulus, dat het de rots Christus was die zij gevolgd hadden. Tegen Petrus heeft Jezus gezegd, dat Hij gemakkelijk twaalf legioenen engelen kon ontbieden om Hem uit zijn benauwdheid te verlossen (Matteüs 26:53).

Hij heeft altijd over Zijn Volk gewaakt. Wij zullen daar nog veel van zien in het verdere verloop van deze studie. Hij is het, die ons zal verlossen, wanneer de goddelozen horden van het Oosten tegen ons zullen komen stormen. Hij zal opnieuw een weg banen door de Rode zee van Bloed, wanneer Armageddon in al zijn woede zal ontbranden. Het is Hij die onze Jozua zal zijn, om ons weer in Kanaänland van Zijn Duizendjarigrijk Vrederijk zal leiden, om neer te gaan liggen in de groene weide velden en wateren van rust. Psalm 22 beeldt de profetie van zijn lijden aan het kruis uit. Psalm 23 wijst op de profetie van rust, vrede en bescherming in Zijn Koninkrijk. Psalm 24 op Hemzelf als de Ere koning, de Koning der koningen en de Here der heren.

Wij zien ook weer in datzelfde hoofstuk van Jozua 10, waar Jozua gebied, dat de zon en de maan moesten stilstaan, totdat hij klaar was met het gevecht.

In Jozua 10:14 lezen wij: “Een dag als deze is er noch vroeger, noch later ooit geweest, waarop de Here zo iemands stem’ verhoorde, want de Here streed voor Israël”.

Wanneer Magog (Rusland en al de horden samen met hen) ons binnenkort zullen aanvallen zal God ons weer te hulp komen en tussenbeide treden en het zal er zo aan toe gaan:”Ik zal met hem in het gericht treden door pest en door bloed; stromende regen en hagelstenen, vuur en zwavel zal Ik doen neerregenen op hem, op zijn krijgsbenden en op de vele volken die met hem zijn; Ik zal Mij groot en heilig betonen en Mij doen kennen ten aanschouwen van vele volken; en zij zullen weten, dat Ik de Here ben” (Lees ook Ezechiël 39:7, 21-22).

Jezus Christus (de Messias) is waarachtig, de Legeroverste van God, onze Leidsman en onze Koning. Hij heeft Zichzelf vernederd en het Lam van God geworden, die de zonden van de wereld wegneemt, ook die van Israël.

Jesaja 53:8:
“Hij is uit verdrukking en gericht weggenomen, en wie onder zijn tijdgenoten bedacht, dat hij is afgesneden uit het land der levenden? Om de overtreding van mijn volk is de plaag op hem geweest”.

Maar wanneer Hij terug komt, komt Hij om te oordelen en oorlog te voeren in gerechtigheid (Openbaring 18:11).

Het is dan ook in dat licht, dat wij het boek van Jozua moeten lezen. Het was een tijd van oorlog en verovering, van in bezit nemen van wat door de vijand bewoond werd, maar wat aan Israël toebehoorde, volgens de Beloften van God. De leider was Jozua, die het volk Israël het land Kanaän binnen leide.

Wij leven in het einde der dagen, dit is een tijd van oorlog, beiden volgens de Bijbel en zoals we maar al te goed beseffen, van wat er in de wereld gebeurd.

Maar onze leider, zal Jezus zijn (onze Jozua voor deze tijd). Het einddoel is Kanaän. Deze aarde, die op dit ogenblik door zonden en satan beheerd en in eigendom gehouden wordt, maar wanneer de strijd voorbij zal zijn, zal het een Nieuwe Hemel en een Nieuwe Aarde worden, volgens de vele profetieën, die door God beloofd en gesproken zijn, zullen dan in vervulling gaan en het zal weer worden, een land van melk en honing. En het volk? Wie zal dat zijn? Nog steeds Israël, al de profeten verklaren dat. En Israël dat zijn wij, de Westerse Protestantse Natiën, die momenteel door de heidense natiën overspoeld en bedreigd worden. Zijn diezelfde heidense natiën als in de dagen van de Bijbel. Wij zijn Israël. De Schrift kan niet gebroken worden (Johannes 10:35) en de Geschiedenis bestaat niet uit een handvol onsamenhangende

Voor het eerst hier?

Er is veel content op deze website. Dit kan alles een beetje verwarrend maken voor veel mensen. We hebben een soort van gids opgezet voor je.

800+

Geschreven blogs

300+

Nieuwsbrieven

100+

Boeken vertaald

5000+

Pagina's op de website

Een getuigenis schrijven

Schakel JavaScript in je browser in om dit formulier in te vullen.
Naam
Vink dit vakje aan als je jouw getuigenis aan ons wilt versturen, maar niet wilt dat deze op de lijst met getuigenissen op deze pagina wordt geplaatst.

Stuur een bericht naar ons

Schakel JavaScript in je browser in om dit formulier in te vullen.
Naam
=