Het Raadsplan van God – Deel 2

Home / Ekklesia Bericht / Het Raadsplan van God – Deel 2

Het Raadsplan van God – Deel 2

Openbaringskennis

“Hebt gij toegeluisterd in de raad Gods en de wijsheid aan u getrokken?…..want ik heb niet nagelaten u al de raad Gods te verkondigen….De wijze hore en vermeerdere inzicht en wie verstandig is, verwerve overleg” (Job 15:8; Handelingen 20:27; Spreuken 1:5).

De Almachtige, Here, de God van de Bijbel, is een God van orde. Hij heeft een plan voor deze aarde die vastgelegd is van vóór de grondlegging van deze wereld, en Hij werkt volgens dit plan. Niets ontsnapt aan Zijn aandacht, en Hij doet niets op of vanuit een opwelling. Hij is niet impulsief, besluitenloos of laat alles aan het toeval over. Hij wordt niet buitenspel geplaatst of verrast. Hij is nooit in een positie dat Hij niet weet wat Hij doet. Hij denkt niet zoals wij, en Hij treed ook niet op zoals wij.

Jesaja 55:8.
“Want mijn gedachten zijn niet uw gedachten en uw wegen zijn niet mijn wegen luidt het woord des Heren.”

Alles en iedereen speelt een rol in Zijn Plan of eeuwig voornemen, gewillig of ongewillig, zoals, het hoe en wanneer dit Hem behaagt. Hij heeft altijd de teugels in zijn handen, en wat Hij besluit zal gebeuren. Niemand behalve Hijzelf kan dit veranderen of verhinderen. Hij is de onveranderlijke God, en is aan niemand enige verantwoording verschuldigd. Bij Hem kunnen geen vraagtekens geplaatst worden. Hij heeft niemands toestemming nodig voor Zijn doen en laten. Hij alleen is de Almachtige Alwijze, Eeuwige en Alomvertegenwoordigde God! Zijn Naam is “Ik Ben”. Hij is echter zeer gewillig om Zijn Plan of eeuwige voornemen te openbaren aan hen die Hem vrezen en liefhebben met geheel hun hart.

Inzicht in Godsplan

De Bijbel is ons contact met God. Deze is door de Heilige Geest geïnspireerd: want nooit is profetie voortgekomen uit de wil van een mens, maar, door de Heilige Geest gedreven, hebben mensen van Godswege gesproken (2 Petrus 1:21).

Gods Raadsplan wordt ons in de Bijbel gegeven, maar is wel verborgen. Daarom hebben wij de Heilige Geest van God nodig om alles aan ons te openbaren:”Want ons heeft God het geopenbaard door de Geest. Want de Geest doorzoekt alle dingen, zelfs de diepten Gods” (1 Korinthiërs 2:10).

Alleen Hij kan ons in de gehele waarheid leiden en de toekomstige dingen aan ons openbaren:”Doch wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid; want Hij zal niet uit Zichzelf spreken, maar al wat Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen” (Johannes 16:13).

Let wel het is erg belangrijk om te weten dat de waarheden van de Bijbel die Godsplan raken, niet in een chronologische volgorde geschreven zijn. Het is in de gehele Bijbel verborgen en weggestopt met de bedoeling dat het moet worden opgezocht, dus door onderzoek te doen zal het geopenbaard worden. Oppervlakkige en luie gelovigen zullen het niet vinden, alleen mensen die er naar hongeren en dorsten: “Zalig die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden” (Mattheüs 5:6).

De Here openbaard Zichzelf en Zijn Godsplan alleen diegenen die Hem zoeken met geheel hun hart:”Dan zult gij Mij zoeken en vinden, wanneer gij naar Mij vraagt met uw ganse hart” (Jeremia 29:13).

De verborgenheden zijn voor hen die vertrouwelijk met hem omgaan:”Des Heren vertrouwelijke omgang is met wie Hem vrezen, en zijn verbond maakt Hij hun bekend” (Psalm 25:14).

De ernstige en diepe zaken van God zijn beslist niet goedkoop. De parels van Zijn Woord zijn verstopt, en het zal een prijs van opoffering, toewijding en zelfdiscipline kosten om deze in handen te krijgen:”Evenzo is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een koopman, die schone parelen zocht. Toen hij een kostbare parel gevonden had, ging hij heen en verkocht al wat hij had, en kocht die.”

De onthulling of bekendmaking van Godsplan is progressief. M.a.w. zich geleidelijk verder ontwikkelend. Hij weet wat wij aankunnen, en wat niet, en in welk stadium van ons leven. Wij zijn in een geestelijk groeiproces en wij leren naarmate wij groeien:”Want het is wet op wet, wet op wet, eis op eis, eis op eis, hier wat, daar wat” (Jesaja 28:10).

Mensen die niet groeien leren niets en mensen die niet leren groeien niet. Naarmate de Wederkomst van de Gezalfde Koning van Israël en de “wederoprichting van alle dingen” naderbij komen zal de Here ook beginnen om Zijn Godsplan in meer fijnere bijzonderheden aan Zijn dienstknechten openbaren:”Gij hebt het gehoord; aanschouw het alles; zoudt gij het zelf dan niet erkennen? Van nu aan doe Ik u nieuwe dingen horen, verborgenheden, die gij niet wist” (Jesaja 48:6).

Wij kunnen meer kennis verwachten dan onze voorvaderen en gelovigen van jaren her, want wij zijn bij de climax der eeuwen gekomen.

De duivel houdt de mensen in onkunde en laat hen geloven dat God geen nieuw licht op de bestaande waarheden zal werpen, of dat Hij geen nieuwe waarheden kan openbaren. Ze zijn zo onder de indruk gebracht van de algemeen aanvaarde dogmatiek van de Christelijke Kerk, omtrent de waarheden van de Schrift, dat deze de uiteindelijk finale waarheid van Gods openbaring is. Dit is een manier om het inzicht in Gods plan af te sluiten, maar het gevolg is wel, dat dit de geestelijke groei zal stoppen, die daarmee gepaard gaat. Maar pas op, als wij de plaats bereiken waar tot ons gezegd wordt dat de Here niets meer zal openbaren of iets nieuws doen zal.

Naarmate de Wederkomst naderbij komt zullen de God zoekers stelselmatig in de volle waarheid ingeleid worden. Maar die mensen, die nooit vraagtekens zetten bij de lering van hun kerk, of om deze Schriftuurlijk te onderzoeken zal in duistere onkunde blijven.

God is een God die nieuwe dingen doet en Hij verkondigt nieuwe dingen voordat deze gebeuren.

Jesaja 42:9.
”Het vroegere, zie, het is gekomen, en nieuwe dingen kondig Ik u aan; voordat zij uitspruiten, doe Ik ze u horen.”

Jesaja 48:6.
“Gij hebt het gehoord; aanschouw het alles; zoudt gij het zelf dan niet erkennen? Van nu aan doe Ik u nieuwe dingen horen, verborgenheden, die gij niet wist.”

Daniël 12:4.
“Maar gij, Daniël, houd de woorden verborgen, en verzegel het boek tot de eindtijd; velen zullen onderzoek doen, en de kennis zal vermeerderen.”

Het gaat hier niet om kennis in de technologie of wetenschap, maar van het Godsplan en de waarheden van de Schrift, zoals dit bepaald is van vóór de grondlegging van de wereld. Satan heeft het voor elkaar gekregen om heel, heel veel waarheid te onderdrukken en te verdraaien. Maar in de afgelopen eeuw heeft de Heilige Geest erg veel waarheden, die onder sluiers verborgen waren, beginnen te onthullen en te herstellen.

De Roomse Kerk en haar dochters, die een verlengstuk van het Babylonische Godsdienst van Nimrod zijn, heeft vele miljoenen mensen in geestelijke duisternis gedompeld. Maarten Luther’s openbaring van rechtvaardigmaking door geloof in Jezus de Gezalfde, zonder eigen verdienste, heeft de deur opengemaakt voor andere kostbaarheden, die later weer in ere hersteld zijn. Waarheden: zoals de doop van gelovigen door onderdompeling; Doping met de Heilige Geest; De Gaven van de Heilige Geest; de vijfvoudige bediening van apostel, profeet, evangelist, leraar en herder, om Jezus lichaam toe te rusten voor hun dienstwerk; het priesterschap van de gelovigen; Lofprijzing en Aanbidding; Geloof; Goddelijke Genezing; Bevrijding; discipelschap; Priesterschap; Het gezag van de Gelovigen.

Maar de laatste waarheid, die nu geopenbaard wordt, zullen de andere waarden in een perceptief plaatsen ter voorbereiding van de Komst van onze Koning. En dat is de identiteit van Gods ware volk Israël.

Deze Koning komt terug naar deze aarde, waar Hij met Zijn volk over deze aarde zal regeren. En dit is een fysiek aards koninkrijk. Wij gaan niet naar de hemel. Zijn volk zal dan tot ware lof en sieraad zijn en voor de éérste maal volledig beantwoorden aan hun oorspronkelijk doel. Om dit doel wordt de Israël identiteit zo zwaar bevochten. Al de ongelezen teksten, waarvan geen notities zijn genomen, worden nu geopenbaard. God gaat nu de sluier, die de volkeren oversluieren, weghalen en hun identiteit bekend maken: “En Hij zal op deze berg de sluier vernietigen, die alle natiën omsluiert, en de bedekking, waarmede alle volken bedekt zijn” (Jesaja 25:7).

Want de gehele schepping wacht op….”Want met reikhalzend verlangen wacht de schepping op het openbaar worden der zonen Gods” (Romeinen 8:19).

Het openen en herstellen van alle Godswaarheden zijn in het verleden nog altijd gepaard gegaan met vervolging, verwerping, vergruising en zelfs met het doden van mensen. Het openbaar worden van deze heerlijke laatste Waarheid zal niet minder vervolging brengen dan vroeger, integendeel satan haat dit meer dan enig andere waarheid, want het raakt het hart van Gods plan en zal zijn lot finaal beklinken in zijn opmars naar een Eén wereldregering.

Oude en Nieuwe Dingen.

Mattheüs 13:52.
“Hij zeide tot hen: Daarom is iedere schriftgeleerde, (iemand die het Woord onderzoekt) die een discipel geworden is van het Koninkrijk der hemelen, gelijk aan een heer des huizes, die uit zijn voorraad nieuwe en oude dingen te voorschijn brengt.”

De Meester leert hier duidelijk dat een leraar van het koninkrijk van God uit beide de schatten, die van het Oude Testament en Nieuwe Testament, moet putten, om het volle perceptief van Gods plan bovenwater te krijgen. Het is van het grootste belang voor onze tijd, waar de toenemende tendens is om het Oude Testament te verwerpen, of te vergeestelijken. Het Oude en Nieuwe Testament vormen één geheel en kunnen niet van elkaar gescheiden worden. Mensen, die het Oude Testament verwerpen of vergeestelijken, zullen nooit het Godsplan begrijpen.

De Here Jezus en zijn apostelen hebben geregeld de Oud Testamentische Geschriften gebruikt en er vrijmoedig uit gequoteerd. Hun Bijbel was het Oude Testament. Het Nieuwe Testament was op dat stadium nog niet geschreven. Die is pas voltooid in 100 na Chr. En het was ook niet in de huidige vorm, zoals wij dat vandaag kennen. In 367 na Chr. heeft bisschop Athanasius van Alexandrië de huidige vorm canon van 27 geschriften als bindend beschouwd. Wanneer Jezus zegt: ”Gij dwaalt, want gij kent de Schriften niet noch de kracht Gods” (Mattheüs 22:29). Dan bedoelde Hij het Oude Testament.

“Apollos, een geleerd man, doorkneed in de Schriften.” (Oude Testament) Handelingen 18:24). Wanner Paulus zegt:”Elk van God ingegeven schriftwoord is ook nuttig om te onderrichten, te weerleggen, te verbeteren en op te voeden in de gerechtigheid” (2 Timotheüs 3:16).

Paulus heeft oude en nieuwe dingen geleerd, hij heeft Oude Testament niet verworpen of iets anders geleerd dan alles wat de profeten gezegd hebben “En getracht mij om te brengen. Als een getuige, die hulp van God heeft ontvangen tot op deze dag, sta ik dus hier voor klein en groot, zonder iets anders te zeggen dan wat de profeten en Mozes gesproken hebben, dat geschieden zou” (Handelingen 26:22).

Paulus zegt zelfs dat hij de gehele Raad van God verkondigt:”Want ik heb niet nagelaten u al de raad Gods te verkondigen” (Handelingen 20:27). Zijn “nieuwe dingen”, zoals Jezus IN ons en DOOR ons als nieuwe schepselen, staan stevig gefundeerd op het fundament van het Oude Testament en de profeten. Een ieder die dit verwerpt, verwerpt de raad van God.

De gemeente van Thessalonicenzen heeft een mooi getuigenis gehad, want van hen wordt gezegd:”en dezen onderscheidden zich gunstig van die te Tessalonica, daar zij het woord met alle bereidwilligheid aannamen en dagelijks de Schriften nagingen of deze dingen zo waren” (Handelingen 17:11).

Men is een dwaas als men iets verwerpt voordat men het heeft onderzocht. De Schriften, die zij onderzochten, waren uit het Oude Testament, daaruit gingen zij na wat Paulus leerde.

Zelfs Petrus zegt:“En wij achten het profetische woord daarom des te vaster, en gij doet wel er acht op te geven als op een lamp, die schijnt in een duistere plaats, totdat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw harten” (2 Petrus 1:19).

En niet te vergeten de Gemeente wordt gebouwd op de fundamenten van de apostelen en profeten:”Gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Christus Jezus zelf de hoeksteen is” (Efeziërs 2:20).

Oude en nieuwe dingen! Deze mensen waren geen zelf aangestelde apostelen of profeten van vandaag, maar profeten en apostelen van het Oude Testament. De apostelen hebben de profeten niet weerlegt. Integendeel zij hebben hun woorden juist met klem bevestigd en nieuwe dingen aan het Nieuwe Verbond toegevoegd. Diegene, die dit verwerpen, zullen nooit de Bijbel begrijpen.

Het is de Heilige Geest die openbaard.

Johannes 16:13.
“Doch wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid; want Hij zal niet uit Zichzelf spreken, maar al wat Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen.”

De Heilige Geest zal ons progressief inleiden in de waarheden van God. Zonder Hem kunnen wij de Bijbel niet begrijpen. Hij is de Schrijver van het Woord. De wijsheid van Gods Woord en dit bevat Zijn plan voor deze wereld en ons leven. Natuurlijke of niet verloste mensen zullen nooit het Woord van God begrijpen:”Doch een ongeestelijk mens aanvaardt niet hetgeen van de Geest Gods is, want het is hem dwaasheid en hij kan het niet verstaan, omdat het slechts geestelijk te beoordelen is” (1 Korinthiërs 2:14).

Wanneer wij God met ons gehele hart liefhebben zullen wij openbaring kennis ontvangen:”Wie mijn geboden heeft en ze bewaart, die is het, die Mij liefheeft; en wie Mij liefheeft, zal geliefd worden door mijn Vader en Ik zal hem liefhebben en Mijzelf aan hem openbaren” (Johannes 14:21).

De Schrift zegt het zeer duidelijk, dat als de Geest niets openbaar maakt, wij niets kunnen zien:”Want bij U is de bron des levens, in uw licht zien wij het licht” (Psalm 36:10). Lees ook in dit verband de volgende teksten aandachtig door: Psalm 43:3; Psalm 119:18: Psalm 119:130, want onkunde zal ons ten gronde richten: “Mijn volk gaat te gronde door het gebrek aan kennis. Omdat gij de kennis verworpen hebt, verwerp Ik u” (Hosea 4:6) en laat ons dwalen: ”Gij dwaalt, want gij kent de Schriften niet noch de kracht Gods” (Mattheüs 22:29).

In Lucas 24:45 heeft de Here Jezus zijn discipelen hun verstand geopend, om de Schriften te begrijpen. Petrus heeft de openbaring van de Geest ontvangen dat Jezus de Gezalfde is, de Zoon van de Levende God. Want dit komt niet door vlees en bloed. M.a.w. niet door menselijke methoden of zintuigen, maar direct van de Geest van God. Het heeft in Petrus leven standvastigheid gebracht en de daarmee gepaarde gezag voor het werk waar God hem voor bestemd heeft.

Mattheüs 16:13-19.
“Toen Jezus in de omgeving van Caesarea Filippi gekomen was, vroeg Hij zijn discipelen en zeide: Wie zeggen de mensen, dat de Zoon des mensen is? En zij zeiden: Sommigen: Johannes de Doper; anderen: Elia; weer anderen: Jeremia, of een der profeten. Hij zeide tot hen: Maar gij, wie zegt gij, dat Ik ben? Simon Petrus antwoordde en zeide: Gij zijt de Christus, de Zoon van de levende God! Jezus antwoordde en zeide: Zalig zijt gij, Simon Barjona, want vlees en bloed heeft u dat niet geopenbaard, maar mijn Vader, die in de hemelen is. En Ik zeg u, dat gij Petrus zijt, en op deze petra zal Ik mijn gemeente bouwen en de poorten van het dodenrijk zullen haar niet overweldigen. Ik zal u de sleutels geven van het Koninkrijk der hemelen, en wat gij op aarde binden zult, zal gebonden zijn in de hemelen, en wat gij op aarde ontbinden zult, zal ontbonden zijn in de hemelen. “

Voorheen heette hij Simon, maar nu werd hij Petrus, de rots, genaamd. De openbaring, welke hij aangaande de Gezalfde ontvangen heeft, heeft zijn leven drasties verandert.

Een gebed, die wij elke dag moeten bidden. vinden wij in Efeziërs 1:17-19.
“Opdat de God van onze Here Jezus Christus, de Vader der heerlijkheid, u geve de Geest van wijsheid en van openbaring om Hem recht te kennen: verlichte ogen uws harten, zodat gij weet, welke hoop zijn roeping wekt, hoe rijk de heerlijkheid is zijner erfenis bij de heiligen, en hoe overweldigend groot zijn kracht is aan ons, die geloven, naar de werking van de sterkte zijner macht.”

Ons leven kan de Vader alleen behagen als wij leven volgens Zijn wil. En wij kunnen niet volgens Zijn wil leven als wij niet weten wat dit inhoudt. Alleen wanneer de Heilige Geest ons vult met kennis van Zijn wil, in alle wijsheid en geestelijke inzicht, dan pas kunnen wij Zijn hart en plan begrijpen en naar zullen gaan wandelen: ”Daarom houden ook wij sedert de dag, dat wij dit gehoord hebben, niet op voor u te bidden en te vragen, dat gij met de rechte kennis van zijn wil vervuld moogt worden, in alle wijsheid en geestelijk inzicht, om de Here waardig te wandelen, Hem in alles te behagen, in alle goed werk vrucht te dragen en op te wassen in de rechte kennis van God” (Kolossenzen 1:9-10).

Als wij de waarheden van God willen ontvangen moet ons leven eerst nieuw gemaakt worden door de processen van een geestelijke geboorte. “En niemand doet jonge wijn in oude zakken; anders zal de jonge wijn de zakken scheuren en weglopen en de zakken gaan verloren” (Lucas 5:37).

God zal nooit Zijn diepe dingen delen met niet verloste mensen, zoals dit ook het geval is met onze zakelijke belangen, die we ook niet met iedereen delen. Zolang iemand niet is verlost, is Hij voor God een vreemdeling. Maar als hij bij God uitkomt door het geloof in Jezus, die zijn bloed voor ons gestort heeft, dan pas kunnen wij de verwachting hebben dat de Heilige Geest ons zal beginnen te leren. Want zoals we al aangehaald hebben kan alleen de Heilige Geest het aan ons openbaren! Laten wij daar steeds rekenschap van geven (1 Korinthiërs 2:7, 10-13).

Wij worden echt veranderd naarmate ons denken veranderd wordt: “En wordt niet gelijkvormig aan deze wereld, maar wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken, opdat gij moogt erkennen wat de wil van God is, het goede, welgevallige en volkomene” (Romeinen 12:2).

Als we gered zijn, wil dit nog niet zeggen dat wij direct alles vergeten wat verkeert of onschrifttuurlijk is. Want door vele jaren van indoctrinatie, met verkeerde leringen, gaat een lang proces aan de vernieuwing vooraf. Wij moeten erg oppassen voor verkeerde leringen. Wij denken de waarheid in pacht te hebben, maar dit licht kan ook duisternis zijn:”Zie dan toe, dat wat licht in u is niet duisternis zij. “ (Lucas 11:35). Dit is tevens de reden dat mensen de waarheid niet kennen, omdat hun licht het tegenovergestelde in zich draagt. Wij moeten groeien in de kennis van God. ”Om de Here waardig te wandelen, Hem in alles te behagen, in alle goed werk vrucht te dragen en op te wassen in de rechte kennis van God” (Kolossenzen 1:10).

Naarmate wij daarin groeien veranderd ons leven. De Heilige Geest kan niet tot ons doordringen als wij niet bereid zijn om verlost te worden van alles wat onschrifttuurlijk is. Wij moeten oppassen wat wij horen en hoe wij horen:

Marcus 4:24.
”En Hij zeide tot hen: Ziet toe, wat gij hoort. Met de maat, waarmede gij meet, zal u gemeten worden, en u zal boven die maat gegeven worden.”

Lucas 8:18.
“.Ziet dan toe, hoe gij hoort. Want wie heeft, hem zal gegeven worden, en wie niet heeft, ook wat hij meent te hebben, zal hem ontnomen worden.”

Niet alles wat er gepreekt of geleerd wordt is Bijbels! Soms zitten wij onder de Waarheid, maar verstaan deze niet. Nee, wij moeten goed oppassen met hoe wij horen.

Gods begeerte is het om Zijn Raadsplan aan ons te openbaren.

Spreuken 1:23b.
“Zie, ik wil mijn geest voor u uitstorten, u mijn woorden bekendmaken.”

Jesaja 45:11.
“Zo zegt de Here, de Heilige Israels, en zijn Formeerder: Vraagt Mij naar de toekomstige dingen, vertrouwt Mij mijn zonen en het werk mijner handen toe.”

Hij zoekt mensen die in Zijn Raad willen staan, om Zijn Woord te zien en te horen.

Jeremia 23:18.
“Wie toch heeft in de raad des Heren gestaan en zijn woord vernomen en gehoord? Wie heeft zijn woord beluisterd en gehoord?”

Jeremia 33:3.
“Roep tot Mij en Ik zal u antwoorden en u grote, ondoorgrondelijke dingen verkondigen, waarvan gij niet weet.”

Deuteronomium 29:29.
“De verborgen dingen zijn voor de Here, onze God, maar de geopenbaarde zijn voor ons en onze kinderen voor altijd, opdat wij al de woorden dezer wet volbrengen.”

Daniël 2:22.
“Hij openbaart ondoorgrondelijke en verborgen dingen, Hij weet wat in het duister is, en het licht woont bij Hem.”

Wanneer wij van de honing van Gods Woord geproefd hebben, worden onze geestelijke ogen helder. En ons hele lichaam of leven wordt verlicht.

1 Samuël 14:29.
“Toen zeide Jonatan: Mijn vader heeft het land in het ongeluk gestort; ziet eens, hoe helder mijn ogen staan, nu ik een weinig van deze honig geproefd heb.”

Psalm 19:11.
“Kostelijker zijn zij dan goud, ja, dan veel fijn goud; en zoeter dan honig, ja dan honigzeem uit de raat.”

Mattheüs 6:22.
“De lamp van het lichaam is het oog. Indien dan uw oog zuiver is, zal geheel uw lichaam verlicht zijn.”

De Bijbel is ons contact met God, de spiegel waarin wij kijken.

2 Korinthiërs 3:18.
“En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.”

De Amplified Vertaling van dit vers vertaald het krachtige: “And all of us, as with unveiled face, because we continud to behold in the Word of God as in mirror the glory of the Lord, are constantly being transfigured into His own image in ever increasing splendor and from one degree of glory to another; for this comes from the Lord Who is the Spirit”.

Exodus 40:30.
“Het Woord is de waskom waarin wij ons wassen: Hij zette het wasvat tussen de tent der samenkomst en het altaar en hij deed er water in voor de afwassingen.”

Titus 3:5.
“Heeft Hij, niet om werken der gerechtigheid, die wij zouden gedaan hebben, doch naar zijn ontferming ons gered door het bad der wedergeboorte en der vernieuwing door de Heilige Geest.”

Lees ook: Johannes 1:1; 13:8. Het heiligt ons Johannes 15:3. De gehele Psalm 119 handelt over het wonder van Gods Woord en koning David’s liefde voor dat Woord van God en ook zijn begeerte om dit te onderzoeken.

Er zijn heerlijke diepten in het Woord van God die wachten op ontdekking.

Psalm 92:6.
“Hoe groot zijn uw werken, o Here; zeer diep zijn uw gedachten.”

Jeremia 15:16.
“Zo vaak uw woorden gevonden werden, at ik ze op, uw woord was mij tot vreugde en blijdschap mijns harten; want uw naam is over mij uitgeroepen, Here, God der heerscharen.”

Job 23:12.
“Het gebod zijner lippen deed ik niet wijken, in mijn binnenste verborg ik de woorden van zijn mond.”

Gods Woord zit vol diepten en wij moeten er diep op ingaan. Dit liefhebben en onderzoeken, om deze diepte te kunnen peilen.

Lucas 6:48.
“Hij is gelijk aan iemand, die bij het bouwen van een huis diep gegraven en het fundament op de rots gelegd heeft. Toen een watervloed kwam en de stroom tegen dat huis aansloeg, kon hij het niet aan het wankelen brengen, omdat het goed gebouwd was.”

Jakobus 1:25.
“Maar wie zich verdiept in de volmaakte wet, die der vrijheid, en daarbij blijft, niet als een vergeetachtige hoorder, doch als een werkelijk dader, die zal zalig zijn in zijn doen.”

De gehele Schrift bevat het Raadsplan van God voor deze aarde, alsook voor ons leven. Niemand heeft het recht om dit te veranderen of op zijn eigen wijze te vertolken. Als wij geloven dat de Schrift door God is ingegeven, dan kunnen wij Hem ook vertrouwen dat de Bijbel, zoals die door God aan ons in bewaring gegeven is. Dan behoeven wij niet te gissen of er iets weggelaten is. Alles wat in de Schrift staat zal vervuld worden (Marcus 14:9), maar er ligt wel een vloek op diegene die dit wil verdraaien, of iets daarvan wegneemt of wil bijvoegen.

Jeremia 23:36.
“Maar van de last des Heren zult gij geen melding meer maken; want de last zal voor ieder zijn eigen woord zijn, dat gij verdraait de woorden van de levende God, van de Here der heerscharen, onze God.”

Deuteronomium 4:2
“Gij zult aan wat ik u gebied, niet toedoen en daarvan niet afdoen, opdat gij de geboden van de Here, uw God, onderhoudt, die ik u opleg.”

Openbaring 11:18-19.
“Ik betuig aan een ieder, die de woorden der profetie van dit boek hoort: Indien iemand hieraan toevoegt, God zal hem toevoegen de plagen, die in dit boek beschreven zijn; en indien iemand afneemt van de woorden van het boek dezer profetie, God zal zijn deel afnemen van het geboomte des levens en van de heilige stad, welke in dit boek beschreven zijn.”

Gods tijdsplan.

Alles binnen de schepping van God gebeurd volgens het plan, Zijn tijd en eeuwig voornemen, zoals Hij dat voorgenomen heeft voor de grondlegging van de wereld. Het Godsplan voor deze aarde vormt een aaneen gesloten schakel, die bij Adam is begonnen en zal eindigen na het Duizendjarig Vredesrijk van de Gezalfde met het aanbreken van de eeuwigheid, wanneer Hij het Koningschap aan de Vader zal overhandigen en Hij teruggaat in de Godheid, zoals dit oorspronkelijk was.

1 Korinthiërs 15:24.
“Daarna het einde, wanneer Hij het koningschap aan God de Vader overdraagt, wanneer Hij alle heerschappij, alle macht en kracht onttroond zal hebben.”

Op geen enkel stadium in de afgelopen 6000 jaar van de menselijke geschiedenis heeft God de teugels nooit uit handen gegeven en dat zal ook nooit gebeuren!

Wat voor ons soms een wanorde lijkt, maakt nog deel uit van Zijn Plan. Satan heeft beperkte vrijheid en treedt alleen op als God dit nodig acht in de uitvoer van Zijn eeuwige voornemen. Farao’s rol bij de uittocht van Israël uit Egypteland is daar een duidelijk voorbeeld van. God heeft hem alleen maar laten optreden om Zijn kracht te tonen.

Romeinen 9:17.
“Want het schriftwoord zegt tot Farao: Daartoe heb Ik u doen opstaan, opdat Ik in u mijn kracht zou tonen en mijn naam verbreid zou worden over de gehele aarde.”

Mensen, engelen, demonen, tijden, plaatsen, omstandigheden en gebeuren spelen allemaal een rol, maar op geen ander stadium wordt God tijdsplan verstoord. Hij kent de toekomst en wij kunnen Hem daarvoor raadplegen.

Jesaja 46:9-10.
“Denkt aan hetgeen vroeger, vanouds, gebeurde; Ik immers ben God, en er is geen ander, God, en niemand is Mij gelijk; Ik, die van den beginne de afloop verkondig en vanouds wat nog niet geschied is; die zeg: Mijn raadsbesluit zal volbracht worden en Ik zal al mijn welbehagen doen.”

Jesaja 45:11.
“Zo zegt de Here, de Heilige Israels, en zijn Formeerder: Vraagt Mij naar de toekomstige dingen, vertrouwt Mij mijn zonen en het werk mijner handen toe.”

De Heilige Geest zal ons de toekomstige dingen aan ons openbaren als wij Hem daarover raadplegen.

Johannes 16:3.
“Doch wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid; want Hij zal niet uit Zichzelf spreken, maar al wat Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen.”

God wordt nooit door het tijdsgebeuren gevangen genomen, Hij heeft de toekomst in handen, Hij geeft de teugels nooit uit handen. Wij hoeven niet bang, bevreesd en angstig te zijn voor de toekomst. Wanneer wij de openbaring in onze geest ontvangen hebben, dat Hij de Allerhoogste is, kunnen wij gerust zijn. Hij zal zekere dingen, zoals Hij besloten heeft voor de grondlegging van de wereld, op hun tijd laten gebeuren.

De belangrijkheid van getallen in de Bijbel.

Het is erg belangrijk dat wij letten op de getallen, welke God in de Bijbel gebruikt. Er liggen belangrijke waarden in opgesloten met betrekking tot het Raadsplan van God.

Als een rode draad loopt door de Bijbel het getal zeven, als een aanduiding van volheid, een afgerond geheel en finaliteit. Zeven is het getal van volmaaktheid; drie is het getal van de Godheid; vier is het getal van de aarde; zes is het getal van de mens; acht is het getal van de opstanding of nieuw begin; tien is het getal van wet en orde; twaalf is het getal van de Godsregering; en veertig is het getal van voorbereiding, toets, beproeving en oordeel.

De Scheppingsweek van God in Genesis is een volmaakte en afgeronde werkweek, met een rustdag. Het hele Raadsplan van God kan opgesomd worden in een periode van een week, een week van millennium, bestaande uit zeven tijdperken van elk duizend jaar. Een dag geld voor duizend jaar.

2 Petrus 3:8.
“Doch dit ene mag u niet ontgaan, geliefden, dat een dag bij de Here is als duizend jaar en duizend jaar als een dag.“

Psalm 90:4.
”Want duizend jaren zijn in uw ogen als de dag van gisteren, wanneer hij voorbijgegaan is, en als een nachtwake.”

Zesduizend jaar van arbeid, overleving en worstellen wordt opgevolgd door een duizend jaar van rust. Wij kunnen dus zeggen dat het Godsplan voor deze aarde een tijdperk van zevenduizend jaar inhoud.

Hebreeën 4:9-10.
“Er blijft dus een sabbatsrust voor het volk van God. Want wie tot zijn rust is ingegaan, is ook zelf tot rust gekomen van zijn werken, evenals God van de zijne.”

Zo’n tijdperk wordt een eeuw of dagen genoemd. Het betrokken verband van zo’n bijzondere profetie zal moeten bevestigen of verwijzen naar de dagen van 24 uur of van elk duizend jaar: “Als gij dit hebt volbracht, zult gij opnieuw gaan liggen, op uw rechterzijde; dan zult gij de ongerechtigheid dragen van het huis van Juda: veertig dagen; voor elk jaar leg Ik u een dag op.” (Ezechiël 4:6). Binnen het brede perspectief, van het Raadsplan van God, over zeven ‘dagen’ wordt na de laatste drie dagen van die week als naar de “Laatste dagen” verwezen.

Jezus z’n geboorte aan het begin van de vierde “dag”of 4000 jaar, na de schepping, zijn de laatste dagen aangebroken. De vierde dag van de schepping, in Genesis, was ook de dag waarop God de zon op de aarde liet schijnen. “En God maakte de beide grote lichten, het grootste licht tot heerschappij over de dag, en het kleinere licht tot heerschappij over de nacht, benevens de sterren.” (1:16).
Deze staat symbolisch voor het Ware Licht van het heelal, Jezus is in de donkerste periode op aarde gekomen om als Licht te schijnen.

Mattheüs 4:16.
“Het volk, dat in duisternis gezeten is, heeft een groot licht gezien, en voor hen, die gezeten zijn in het land en de schaduw des doods, is een licht opgegaan.”

Lees ook Jesaja 9:1; Johannes 1:4-5, dit was op de “vierde dag” na de schepping.

Die 2000 jaar of 2 jaar dagen, sedert Zijn geboorte, als wel het Duizendjarig Vredesrijk van Jezus, de Gezalfde Koning van Israël, op aarde behoren tot de laatste Dagen. Dit is het tijdperk van genade. Waar God door Zijn Zoon spreekt en waar allen het eeuwig leven ontvangen zullen, of deel worden aan het Lichaam van Jezus. Lees Hebreeën 1:1; 1 Korinthiërs 12:13; Efeziërs 1:22-23. De Wederkomst van de Here Jezus zal plaats vinden aan het begin van de zevende dag na Adam of tweedagen na Zijn eerste Komst.

De tijdsschaal van Gods plan is verborgen in de maten van de Tabernakel.

In de maten van de Tabernakel van Mozes geeft de Geest van God voor ons de tijdperk(en) of het aantal jaren, die voor de Wet van Genade en het Vrederijk zullen duren.

De oppervlakte van de witte linnemuur rondom de buitenkant van de Tabernakel, vanaf het voorhof was 1500 el2. De totale oppervlakte van het Heiligen was 2000 el2 en de oppervlakte van het Allerheiligste was 1000 el2. Het tijdperk van de Wet (voorhof), waar het dagelijkse offer voor zonde gebracht moest worden, zou 1500 jaar duren. Vanaf Mozes tot bij het Lam van God, die alle zonden zou wegdoen. Het tijdperk van Genade, voorgesteld door het Heilige, waar de Heilige Geest van Jezus als brood van het Leven zou aanbieden voor een ieder die gelooft, zou 2000 jaar duren vanaf de Gezalfde tot bij Zijn Wederkomst.

Het tijdperk, die door de Allerheiligste voorgesteld wordt, zal aanbreken met de Wederkomst van de Gezalfde. Dit zal een duizend jaar van vrede en rust inluiden in de tegenwoordigheid van God, met de Here Jezus als Koning op de Troon van zijn vader David over het huis van Israël, het volk, die Hij voor zichzelf als eigendom heeft uitverkoren. Precies zoals de Allerheiligste in de Tabernakel van Mozes zal God in zijn eigen tegenwoordigheid komen, om daar te leven omdat wij door Jezus bloed daar worden toegelaten.

Een volwassen beeld en de Godsregering.

God heeft Adam op de zesde dag als een volwassen man, naar Zijn Beeld en Gelijkenis, geschapen in een volmaakte omgeving, namelijk de Tuin van Eden. Dit beeld is door de zondeval geschonden toen Adam en Eva door hun ongehoorzaamheid de zonde in de wereld gebracht hebben. De Gezalfde is gekomen om dit geschonden beeld door Zijn dood en opstanding te herstellen.

1 Johannes 3:2.
“Geliefden, nu zijn wij kinderen Gods en het is nog niet geopenbaard, wat wij zijn zullen; maar wij weten, dat, als Hij zal geopenbaard zijn, wij Hem gelijk zullen wezen; want wij zullen Hem zien, gelijk Hij is.”

Efeziërs 4:13.
“Totdat wij allen de eenheid des geloofs en der volle kennis van de Zoon Gods bereikt hebben, de mannelijke rijpheid, de maat van de wasdom der volheid van Christus.”

Dit herstel begint in de geest van elke Adamiet, die tot redding komt. Aan het einde van 6000 jaar of zes dagen zal dit beeld volkomen hersteld worden – geest, ziel, en lichaam- en dan zullen wij aan Hem gelijk worden, zonder vlek of rimpel.

Efeziërs 5:27.
“En zo zelf de gemeente voor Zich te plaatsen, stralend, zonder vlek of rimpel of iets dergelijks, zo dat zij heilig is en onbesmet.”

God zal dan beginnen om de aarde en de schepping te herstellen, om deze in te passen in het volkomen beeld van Zijn mensen, zodat dit als een volmaakte woonplaats kan dienen voor een duizend jaar lang.

Romeinen 8:19. 21.
“Want met reikhalzend verlangen wacht de schepping op het openbaar worden der zonen Gods….in hope echter, omdat ook de schepping zelf van de dienstbaarheid aan de vergankelijkheid zal bevrijd worden tot de vrijheid van de heerlijkheid der kinderen Gods.”

De profeet Hosea geeft ons ook een aanduiding wanneer de Godsregering zal aanbreken:

Hosea 6:2.
“Hij zal ons na twee dagen doen herleven, ten derden dage zal Hij ons oprichten, en wij zullen leven voor zijn aangezicht.” Dit gedeelte komt na Hosea 5:15: “Ik zal wegnemen, zonder dat iemand redden kan. Ik zal heengaan, Ik wil wederkeren naar mijn plaats, totdat zij zich schuldig gevoelen en mijn aangezicht zoeken; wanneer het hun bang te moede is, zullen zij verlangend naar Mij uitzien.” Hier wordt gesproken over Jezus z’n woonplaats (hemel) en terugkeer (hemelvaart) en na twee dagen (2000 jaar), om Zijn Volk weer levend te maken of te herstellen aan het begin van de Derde Dag of 1000 jaar van vrede.

Dezelfde gedachte komt ook na voren in het verhaal van Jezus met drie van Zijn discipelen op de berg van verheerlijking: “En zes dagen (6000 jaar symbolisch) later nam Jezus Petrus en Jakobus en zijn broeder Johannes mede en Hij leidde hen een hoge berg (symbolisch voor het koninkrijk van God) op, in de eenzaamheid. En zijn gedaante veranderde voor hun ogen en zijn gelaat straalde gelijk de zon en zijn klederen werden wit als het licht. (Verheerlijkte Koning) (Mattheüs 17:1-2).

Deze gebeurtenis is een duidelijke vooruitblik van de verheerlijkte Gezalfde, de Koning van Israël, die na zes dagen, na Zijn aanvankelijke schepping, terugkeert om op aarde als Koning te komen regeren.

Jesaja profeteert als volgt over deze glorierijke gebeurtenis:”En het zal geschieden in het laatste der dagen: dan zal de berg van het huis des Heren vaststaan als de hoogste der bergen, en hij zal verheven zijn boven de heuvelen. En alle volkeren zullen derwaarts heenstromen En vele natiën zullen optrekken en zeggen: Komt, laten wij opgaan naar de berg des Heren, naar het huis van de God Jakobs, opdat Hij ons lere aangaande zijn wegen en opdat wij zijn paden bewandelen. Want uit Sion zal de wet uitgaan en des Heren woord uit Jeruzalem.” (Jesaja 2:1-2).

Wanneer de Gezalfde Koning van Israël weer naar de aarde terugkeert zal Hij Zijn volk herstellen, de duivel voor 1000 jaar binden en zal als Koning met een ijzeren staf over de natiën heersen.

Openbaring 19:15.
“En uit zijn mond komt een scherp zwaard, om daarmede de heidenen te slaan. En Hijzelf zal hen hoeden met een ijzeren staf en Hijzelf treedt de persbak van de wijn der gramschap van de toorn Gods, des Almachtigen.”

Openbaring 2:27.
“En hij zal hen hoeden met een ijzeren staf, als aardewerk worden zij verbrijzeld, gelijk ook Ik van mijn Vader ontvangen heb.”

Psalm 2:9.
“Gij zult hen verpletteren met een ijzeren knots, hen stukslaan als pottenbakkerswerk.”

De aarde zal weer haar volledige schoonheid terug krijgen, er zal geen pijn, tranen, zonde of dood meer zijn.

Openbaring 21:4
“En Hij zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn noch rouw, noch geklaag, noch moeite zal er meer zijn, want de eerste dingen zijn voorbijgegaan.”

Het Woord dat bitter wordt.

Daniël 10:1.
“In het derde jaar van Kores, de koning der Perzen, werd aan Daniël, die Beltesassar genoemd werd, een woord geopenbaard; dat woord was waarheid en sprak van grote nood. En hij gaf acht op dat woord en had aandacht voor het gezicht.”

Het is een wonder wanneer de Heilige Geest het Woord voor iemand opent. Maar er rust ook een zware verantwoording op het geopende Woord van God. Satan haat het ten zeerste en zal direct overgaan tot de aanval, tot vervolging tegen het Woord, om deze weer bij ons weg te roven of te verstikken.

Marcus 4:14-20.
“De zaaier zaait het woord. Dit zijn degenen, die langs de weg zijn: waar het woord gezaaid wordt, en zodra zij het horen, komt terstond de satan en neemt het woord, dat in hen gezaaid is, weg. En evenzo zijn, die op steenachtige plaatsen gezaaid worden, degenen, die, zodra zij het woord horen, het terstond met blijdschap aannemen. Doch zij hebben geen wortel in zich, maar zijn mensen van het ogenblik; wanneer later verdrukking of vervolging komt om der wille van het woord, komen zij terstond ten val. En een ander deel zijn degenen, die in de dorens gezaaid worden: dit zijn zij, die het woord horen, maar de zorgen van de wereld en het bedrog van de rijkdom en de begeerten naar al het andere komen erbij en verstikken het woord en het wordt onvruchtbaar. En dit zijn degenen, die in goede aarde gezaaid zijn: zij, die het woord horen en in zich opnemen en vrucht dragen, dertig- en zestig- en honderdvoud.”

Zowel Ezechiël als Johannes kregen de opdracht om het Woord te eten (Ezechiël 3:3; Openbaring 10:9-10). Het woord dat zij aten was zoet, zoals honing in hun mond, maar dit werd bitter in hun maag. Wanneer wij de Waarheid ontdekken is het zoet als honing en wij kunnen er niet genoeg van krijgen. Maar zodra wij dit beginnen uit te dragen worden wij er voor vervolgd en gehaat, dan wordt het bitter. De toonbroden in de Tabernakel van Mozes werden gegeten met bittere kruiden. Wanneer wij het Brood des levens genomen hebben zullen wij er voor vervolgd worden. Wij moeten bereid zijn om niet allen in Jezus te geloven, maar ook voor Hem willen lijden.

Filippenzen 1:29.
“Want aan u is de genade verleend, voor Christus, niet alleen in Hem te geloven, maar ook voor Hem te lijden.”

God houdt ons niet verantwoordelijk voor wat wij niet weten, maar als de waarheid tot ons gekomen is staan wij verantwoordelijk voor God en moeten voor deze waarheid rekenschap afleggen. Hij ziet de onkunde over het hoofd, maar zodra wij de kennis ontvangen hebben verwacht Hij van ons een bekering.

Lucas 12:47.
“Die slaaf nu, die de wil van zijn heer kende en geen toebereidselen getroffen heeft, of niet gedaan heeft naar de wil van zijn heer, zal vele slagen ontvangen.”

Het is betere als we niets weten dan als we wel te weten, en het niet doen. Wanneer wij voor de waarheid ons standpunt innemen, zullen we zeker vervolgd worden, en de mate waarop ligt aan hetgeen men uitdraagt en pal staat, zeker als het voor satan een bedreiging inhoudt.

2 Timotheüs 3:12.
“Trouwens, allen, die in Christus Jezus godvruchtig willen leven, zullen vervolgd worden.”

Door de eeuwen heen werden Gods kinderen vervolgd en gedood, dit geld ook voor ons, en tevens worden familieleden tegen jou gebruikt, ja de meest dierbare zullen het mikpunt worden van satan:

Lucas 14:26.
“Indien iemand tot Mij komt, en niet haat zijn vader en moeder en vrouw en kinderen en broeders en zusters, ja zelfs zijn eigen leven, die kan mijn discipel niet zijn.”

De Here Jezus heeft gezegd:
“Men zal u uit de synagoge bannen; ja, de ure komt, dat een ieder, die u doodt, zal menen Gode een heilige dienst te bewijzen.”

Tot de erkentenis komen van de waarheid brengt ten alle tijden “zoetigheid”en “bitter”met zich mee:”Herinnert u de dagen van weleer, toen gij, na verlicht (zoetigheid) te zijn, zo menigmaal lijden doorworsteld hebt (bitterheid)” (Hebreeën 10:32).

Verder zegt de Here Jezus:”Een broeder zal zijn broeder overleveren ten dode en een vader zijn kind, en kinderen zullen opstaan tegen hun ouders en hen ter dood brengen” (Mattheüs 10:22).

In de volgende lessen gaat de Heilige Geest voor u dingen openen als u Hem vertrouwt. Het zal heerlijk en wondelijk zijn, maar het zal u ook tot grote verantwoordelijkheid roepen. Want doet u met deze waarheid? Gaat u onder druk toegeven of gaat u van deze heerlijk tot heerlijkheid bewegen. We gaan dit gedeelten in de Bijbel met u behandelen, waarover nooit gesproken wordt, maar zeker tot stichting zal bijdragen. We gaan u bewijzen geven uit de geschiedenis, volkenkunde, archeologie en wetenschap, die prachtige waarheden van Gods Woord nog verder zullen openen en ophelderen.

Let op: Dit boek is niet bedoeld om alleen te lezen, maar ook om te bestuderen. Sla in uw eigen Bijbel de teksten op en controleer deze of alles correct wordt geschreven. En als u overtuigd geworden bent, deel het dan met iemand!

Voor het eerst hier?

Er is veel content op deze website. Dit kan alles een beetje verwarrend maken voor veel mensen. We hebben een soort van gids opgezet voor je.

800+

Geschreven blogs

300+

Nieuwsbrieven

100+

Boeken vertaald

5000+

Pagina's op de website

Een getuigenis schrijven

Schakel JavaScript in je browser in om dit formulier in te vullen.
Naam
Vink dit vakje aan als je jouw getuigenis aan ons wilt versturen, maar niet wilt dat deze op de lijst met getuigenissen op deze pagina wordt geplaatst.

Stuur een bericht naar ons

Schakel JavaScript in je browser in om dit formulier in te vullen.
Naam
=