Voorwoord
Jezus was geen jood. Als je dit zegt in een kerk wordt je gelijk uitgekotst en je moet oppassen dat je niet vervolgd wordt. Dit boek laat zien wie en wat de joden werkelijk zijn. Hoewel onze website al tientallen studies bevat over de identiteit van de joden, werpt dit boek weer extra licht op het jodendom. Dit boek werd geschreven door Col. Gordon “Jack” Mohr een oprechte man die opkwam voor christelijke waarden en normen.
De oorspronkelijke Engelse versie, waaruit deze vertaald is, is net ietsje anders. Helaas wist Jack Mohr niet over hoe het zit met duivel/satan doctrine. Ook in de oorspronkelijke exemplaar beweerde hij dat het evangelie ook voor niet-Israëlieten zijn. Wij hebben genoeg bewijs op de website waarom het evangelie ALLEEN aan Israël werd verkondigd. Dus hebben we bepaalde dingen ietsje veranderd.
Jack Mohr was een man met zeer veel kennis over de geschiedenis. Op zijn website tref je ook tientallen studies aan over het jodendom die zeer belangrijk zijn om te lezen. In dit boek richt Jack Mohr vooral op zijn Amerikaanse volksgenoten. Maar het is ook zeker van toepassing bij ons, hier in Noordwest Europa. Ook wij als blanke Noordwest Europeanen, moeten worden gewaarschuwd voor het echte gevaar, namelijk het jodendom die zich ontsproten heeft in socialisme en communisme. De joden zelf geven ook toe dat communisme gewoon het jodendom is.
Predikanten die beweren dat joden het uitverkoren van God is zijn blind gemaakt door joods-christelijke doctrines die even oud zijn als de joodse talmoed zelf. Al heel vroeg probeerden de joden verschillende rijken te infiltreren. Verschillende koningen en keizers hebben de joden zelfs verbannen om hun woekerpraktijken. In dit boek zal je ontdekken wie en wat de joden werkelijk zijn en van wat zij allemaal leren.
Een blinde is niet iemand die geen ogen heeft. Een blinde is iemand die ogen heeft maar niet kan zien. Dat is wat joodse invloeden doet met ons volk. Jezus, de apostelen en zelfs verschillende keizers en koningen door de geschiedenis heen hebben gewaarschuwd voor joodse invloeden. In dit boek zullen deze keizers en koningen ook aan bod komen. In dit boek zitten bijzondere verslagen die je in een bibliotheek niet eens kunt vinden. Helaas, alles wat wij tot nu toe vertaald hebben en op de website hebben te staan, komt verder in Nederland niet eens voor. De materie op onze website vind je nergens anders in Nederland. Wij zijn de enigen in Nederland die deze informatie bezitten. Ook zijn wij in het bezit van de oorspronkelijke joodse talmoed die nog naar het Nederlands vertaald moet worden, zodat iedereen inzage kan doen in joodse doctrines.
Ik hoop dat dit boek jou op weg zal helpen om meer inzicht te krijgen, zowel over de geschiedenis van de joden als hun toekomstplannen. Joden bouwen geen rijken omdat zij dat gewoonweg niet kunnen. Zij infiltreren bestaande rijken om zo hun macht te vergroten. Afgelopen 2000 jaar hebben de joden niets anders gedaan dan rijken proberen te infiltreren. Gelukkig waren er ook keizers en koningen die het gevaar wel in zagen van de joden. Door de geschiedenis heen werden er ook genoeg joden verdreven door koningen en keizers, alleen al vanwege hun corrupte manier van leven. Maar wij leven nu in een tijd waarin de joden beter worden beschermd dan ons eigen angel saksische en keltische volkeren.
|Kritiek op het jodendom is niet toegestaan. Je mag gerust dingen zeggen over moslims, chinezen of het christendom zeggen. Maar over het jodendom mag niets negatiefs worden gezegd wat op zich al verdacht is. Maar de meesten van ons volk hebben dat nog nooit ingezien.
Door wie werd Jezus gedood? Door de joden. Door wie werden de apostelen gedood? Door de joden. Door wie werd er 130 miljoen Russische christenen gedood? Door de joden. Joden haten het christendom. De joden haten Jezus. Wat veel mensen ook niet weten is dat de zogenaamde Hebreeuwse naam Yeshua heel iets anders betekend. Het een joodse uitvinding namelijk en betekend “hij die wij ontkennen”. We hebben daar uitgebreid studie over vanwege het gebruik van zogenoemd heilige namen. Er is genoeg bewijs dat de Masoretische Tekst puur joods is. De apostelen en Jezus spraken geen Hebreeuws. De oorspronkelijke Hebreeuwse taal werd al 200 jaar voor Christus niet meer gesproken. De Griekse taal was de taal toen Jezus op aarde was.
Ik hoop dat dit boek licht mag werpen op de geschiedenis van het jodendom. Moge de God van Israël jou rijkelijk zegenen bij het lezen van dit boek.
Inleiding
Jezus — Geen Jood
Het lijkt erop dat er in elk tijdperk, sinds de komst van de Christelijke Kerk, een boek of geschrift langskomt, als een boodschapper, die luidruchtig en verontwaardigd de valse leerstellingen en ketterijen van zijn tijd de mond snoert. Van de geschriften van Paulus, de vroege kerkvaders, Augustinus, Acquinas, Abelard, Franciscus van Assisi, Luther, Wesley en vele anderen is er altijd een “generatiegetuigenis” geweest tegen de ketterijen van die tijd. Dit is vooral juist en gepast geweest wanneer zulke dwaalleer bijna universeel geaccepteerd is door de zogenaamde “verkondigers van de waarheid”, meestal die individuen die spreken vanuit een stemloze en stagnerende kerkelijke tijd zoals deze.
Zo’n boek is dit.
In een tijd waarin veel valse leerstellingen in overvloed voorkomen, heeft Jack Mohr op Schriftuurlijke en historische wijze de deur “dichtgeslagen” voor één van deze valse leerstellingen, namelijk dat onze Heer en Verlosser Jezus Christus een Jood was en dat het Christendom dus uit het Jodendom voortkwam.
Mohr ontmaskert de hypocriete schijn en het gebrek aan diepgaand onderzoek naar dit belangrijke onderwerp op talloze manieren en uit een breed scala aan bronnen. Met zorgvuldige aandacht voor echte historische analyse ontmantelt hij op effectieve wijze het monsterlijke verschijnsel dat door de eeuwen heen is gecreëerd door een misleid en goedgelovig publiek dat is geleid en gecontroleerd door vermoeide, luie, “zogenaamde” geleerden die gewillig alle informatie accepteren die hen in hogescholen en seminaries in het hele land wordt voorgeschoteld.
Hij begint deze uiteenzetting met een overzicht van de ware historische feiten rondom de tijd en de boodschap van de apostel Paulus. Verwijzingen naar Paulus’ zendingswerk en zijn veroordeling van de “ebionitische” leer (dat het christendom voortkwam uit het jodendom) bewijzen onomstotelijk dat de vroege kerk geen joods-christelijke theologie omarmde, maar zich juist fel verzette tegen een dergelijke leer. De zorgvuldige en nauwgezette verwijdering van judaïserende invloeden in de vroege kerk door de apostelen wordt verder opgemerkt als een oorzakelijke factor in het handhaven van haar zuiverheid. Door zorgvuldig de antithetische verschillen tussen het Jodendom en het Christendom in detail te beschrijven, snijdt hij zeer scherpzinnig in het weefsel van de Joods-Christelijke filosofie. Dergelijke verschillen omvatten het allesomvattende aspect van het Christendom vergeleken met de egoïstische exclusiviteit van het Jodendom.
Zijn zeer geloofwaardige bronnen detailleren verder de plannen van een universele Joodse samenzwering met verwijzingen naar opgenomen en geschreven interviews, geschriften (Joodse Protocollen), gebeurtenissen die zich hier in de V.S. hebben voorgedaan, infiltratietechnieken, “modus operandi” en, het allerbelangrijkste, de duidelijke “vruchten” van het Jodendom die aantonen dat zij de vijanden van onze Heer zijn.
Zijn bewijs dat de provincie Galilea (de woonplaats van Christus) niet-Joods was, in combinatie met een complete historische blik op het land Galilea, inclusief een overzicht van het geografische terrein, maken de vaak saaie feitelijke gegevens veel boeiender en interessanter. De talloze soorten mensen die zich in en rond Galilea vestigden (die uiteindelijk bijna allemaal de stamouders werden van Europese en Scandinavische stammen) getuigen van Gods voorzienige tussenkomst in het handhaven van een gebied van relatieve zuiverheid en productiviteit, verstoken van een allesoverheersende Joodse invloed. De invloed van de Griekse cultuur en taal op de mensen in en rond het gebied van Galilea waren de belangrijkste drijfveren in het bevorderen van de fysieke en spirituele schoonheid van dat gebied. Zowel door temperamentvolle als fysiologische verschillen bewijst Mohr dat de mensen in Galilea helemaal niet leken op hun buren in het zuiden, de Judeeërs. Daarom bood dit gebied de perfecte omgeving voor de menselijke groei en ontwikkeling van onze Heer.
Na het lezen van zijn gedetailleerde beschrijvingen van het karakter en de aard van Jezus Christus ben je verbijsterd over degenen die Hem ook maar enigszins met de Jood zouden vergelijken. Door een zorgvuldige analyse van de arrestatie en het proces van Christus maakt Mohr terecht aanspraak op de vooronderstelling dat Jezus Christus op geen enkele manier de persoonlijkheidskenmerken had van de afvallige menigte die de hele zaak aanstichtte. Deze zeer feitelijke informatie over Christus wordt ondersteund door historici uit die tijd en zelfs door een brief die Pontius Pilatus aan keizer Nero zou hebben geschreven, waarin het fysieke uiterlijk van Christus tot in detail wordt beschreven, inclusief Zijn houding en gelaat.
Het historische leven en de tijd van Jezus wordt verder nauwkeurig in kaart gebracht met de nadruk op
(1) Christus’ afwijzing van het Joodse Messiasschap
(2) Zijn houding ten opzichte van niet-Joden
(3) en tenslotte, zoals opgemerkt, Zijn beproeving en kruisiging, die allemaal Zijn karakter, temperament en doelstellingen onthullen als zijnde totaal tegengesteld aan de persoonlijkheid en doelstellingen van Zijn Joodse tegenstanders.
De beproevingen, tests en zelfs apostolische confrontaties waar het christendom in de eerste eeuw mee te maken kreeg, terwijl het ontsnapte aan de Joodse invloed, belichamen de gemeenschappelijke praktijken die door ware gelovigen in alle volgende eeuwen worden ervaren.
Als men de episodes van levendige verslagen van confrontaties van Paulus en Petrus leest, de krachtige mondelinge en schriftelijke vermaningen van de apostel Paulus tegen het aanhangen van Joodse filosofie, dogma’s en fabels, wordt men gegrepen door het besef dat er sinds die tijd eigenlijk niets veranderd is. Het voortdurende geplaag en de aanhoudende historische confrontaties tussen deze twee duidelijk verschillende theologische filosofieën vroegen de apostelen en leiders van het christendom in de 1e eeuw om zorgvuldig toezicht. Zelfs vandaag de dag houdt dit scenario zichzelf in stand onder degenen die de kwesties echt begrijpen.
Mohr haalt aan dat de verwarring die door verschillende bijbelvertalingen wordt veroorzaakt, in grote mate heeft bijgedragen aan de dubbelzinnigheid in de bijbelinterpretatie en dus een waardevol hulpmiddel is gebleken voor de Joodse invloed.
De klaroengeschal van “we moeten nu in actie komen” schreeuwt uit Mohr’s geschriften als hij verontwaardigd en luidruchtig de zorgen verwoordt van velen in dit land, degenen die het kwaadaardige, kankerachtige systeem dat aan het werk is echt begrijpen.
Er klinkt terecht een aanklacht tegen compromitterende Christenen, omdat hun acceptatie van de misleidende doctrine dat Jezus een Jood was in combinatie met de acceptatie van Zijn doctrine als voortkomend uit de Joodse doctrine, de meeste kansels in het land onvruchtbaar en ineffectief heeft gemaakt. Omdat de Amerikaanse preekstoelen steeds meer zijn gaan neigen naar het Joodse concept van universele broederschap (met hen als “grote broer”) en globaal éénwereldsdenken, heeft de zalving die zo prominent aanwezig was onder de 17e en 18e preekprekers het heiligdom eveneens verlaten en plaats gemaakt voor verwaterde preken met weinig geestelijke waarde.
De arrogante grootspraak over de Joodse oudheid wordt ontmaskerd als misleidend en zonder historische waarde met verwijzingen naar de vroege Sumerische (Mesopotamische riviervallei) bewoners (5000 v. Chr.) als zijnde geen Joden maar Ariërs die voorlopers waren van de Semitische mensen (niet Joden) die zich daar later vestigden.
De auteur verklaart feitelijk dat de Joden niet zijn veranderd sinds hun ontstaan, dat al begon vóór de Assyrische gevangenschap van 745 – 721 v. Chr. en het hoogtepunt bereikte met de Babylonische gevangenschap in 606-586 v. Chr. Citaten van Romeinse en hedendaagse historici bevestigen de beweringen van Joodse misleiding en chicanes. Zelfs de vroege kerkvaders, die door intense stress en vervolging misschien geneigd waren om toleranter te zijn dan de gemiddelde christen van vandaag, merkten hun afkeuring van de Joodse invloed op. Heersers, tsaren en presidenten hebben allemaal soortgelijke reacties op het Joodse probleem in hun tijd erkend. Amerikaanse generaals uit het verleden merkten de wanhopige ineffectiviteit op van pogingen tot disciplinaire assimilatie van deze mensen.
Maar misschien komt het belangrijkste getuigenis van allemaal wel uit de pen van de Jood zelf. Brutaal en arrogant hun doelen erkennend, zijn Joodse schrijvers doorgegaan op hun weg van verwachte wereldverovering.
Zelfs met al deze grenzeloze stortvloed aan informatie die beschikbaar is, weigeren duizenden voorgangers in Evangelische en Fundamentele kerken, zegt Mohr, nog steeds koppig om naar de waarheid te kijken. Hij betreurt terecht dat door “de bindende koorden” van kerkelijke dogma’s en tradities deze voorgangers en leiders onbedoeld de weg hebben vrijgemaakt voor een laatste krachtmeting tussen deze twee elkaar uitsluitende overtuigingen.
Vanwege de intense haat van de Joden tegen Christus en Zijn gemeente, gekoppeld aan de wereldwijde acceptatie van de doctrine van de Nieuwe Wereld Orde en de bijbehorende Joodse implementaties, zal de laatste manifeste “krachtmeting” van de eeuwen plaatsvinden. Vanuit zowel Schriftuurlijk als historisch oogpunt is de onvermijdelijkheid ervan zeker.
Iedere ware Christelijke gelovige die ooit de gelegenheid zou hebben om de pagina’s van de Joodse “Bijbel”, de Babylonische Talmoed, in te kijken, zou nooit als dezelfde persoon uit zo’n ervaring kunnen komen en hetzelfde geloven als voorheen over het Jodendom. De auteur legt de Joodse leer verder bloot door dit Joodse boek eenvoudigweg voor zichzelf te laten spreken. Zijn overzicht van de historische informatie rondom de compilaties van de nu 63 delen tellende set, samen met de hachelijke pogingen tot gezuiverde versies, getuigen beide onomwonden van de inconsistenties van de Joodse geest in elke poging tot verspreiding van de waarheid. De openlijke bekentenis van de vertalers van de gezuiverde edities dat zij bepaalde gedeelten hebben weggelaten, samen met de uiterst twijfelachtige bronnen die door de vroege Farizeese Ouderen werden gebruikt bij het samenstellen van de informatie die in eerdere (en zelfs latere) delen is opgenomen, zorgen er al bij het begin van een dergelijk onderzoek voor dat de werkelijke waarheidsgetrouwe geestelijke aard van dergelijke geschriften in twijfel wordt getrokken.
De extreme geheimzinnigheid van het Joodse denken om niet-joden niet toe te staan hun religie te herzien, zou iedere christen wantrouwig moeten maken tegenover de boodschap ervan.
Terwijl de auteur nauwgezet de details van de Talmoedische Wet ontleedt, wordt al snel duidelijk waarom de boodschap al generaties lang voor nietsvermoedende mensen verborgen wordt gehouden. De verfijning van de Joodse wreedheid en onmenselijkheid wordt levendig onthuld wanneer de vormen van doodstraffen voor overtreders van de Talmoedische Wet (niet de Torah) naar behoren worden genoteerd. Er wordt speciale aandacht besteed aan bepaalde handelingen die automatisch de doodstraf vereisen, samen met de straffen die worden uitgedeeld voor onbeduidende “misdaden” zoals “malen” (het fijnhakken van groenten), “slaan” en het knippen van teennagels of vingernagels. De dichodemus-trekken van de twee “geloven” worden overweldigend duidelijk als men verder leest in dit smerige materiaal, dat is afgeleid van de heidense occulte achtergrond van Babylon en lang voor de komst van Christus op aarde werd gepraktiseerd.
De verschillende bronnen van de Talmoed die in een Engelse vertaling beschikbaar zijn gekomen, getuigen verder van de verhullingstechnieken van deze “afgezanten van Babylon” en bieden de oprechte zoeker geen hulp bij het begrijpen van het bronmateriaal achter de geschriften van het Jodendom. De echte “ongekuiste” Talmoed-editie, de Soncino-editie, kwam in het Engels beschikbaar omdat er Joden waren die geen Hebreeuws konden lezen.
Schriftpassages zijn handig verdraaid om aan de goedkeuring en dictaten van de Talmoedische wijzen te voldoen, zegt Mohr, waardoor de “hogere openbaringen” van de post-Babylonische Rabbijnse wijzen boven die van de oorspronkelijke Torah-auteurs werden onthuld.
Er worden talloze geschriften aangehaald die Christus’ minachting voor deze bedrieglijke uitleggers van de Hebreeuwse wet aantonen. Deze geschriften komen allemaal uit het Nieuwe Testament en ontkrachten de theorieën die tegenwoordig zo overheersend zijn in joods-christelijke kringen, namelijk dat Christus’ gemanifesteerde eigenschappen tijdens Zijn aardse verblijf alleen die van liefde en vrede waren.
Andere getuigen hebben door de hele geschiedenis heen gewaarschuwd dat als Joden in het land mochten blijven, dat land binnen korte tijd aan hen zou toebehoren terwijl de oorspronkelijke bewoners hun slaven zouden worden.
Mohr’s conclusie is vrij bondig samengevat. Er is maar één formule om te overleven. Deze staat in II Kronieken 7:14. Gods volk moet zich bekeren. Omdat dit conflict vanaf het allereerste begin een geestelijk conflict is geweest, zal het niet worden uitgevochten met de wapens van het vlees, maar eerder als we ons onderwerpen aan de God van onze vaderen en Zijn zegeningen afsmeken terwijl we ons fysiek en vooral geestelijk voorbereiden op de dagen die onmiddellijk voor ons liggen.
Was Jezus van Nazareth een Jood? Natuurlijk niet. Het historische, Bijbelse en geestelijke bewijs is overweldigend voor het tegendeel. De auteur heeft “de bijl aan de wortel gelegd” van de valsheid van dit struikelblok van ketterijen. Het is mijn oprechte gebed dat iedereen die het voorrecht heeft om dit verslag te lezen, met gebed en toewijding zal nadenken over de noodzakelijke terugkeer naar de geboden en dictaten van onze Heer, in gretige afwachting van de spoedige reiniging en het herstel van ons land.