Berean Studiebijbel
Het betekent dit… Degenen van mijn volk die de Bijbel niet kennen en daarom als heidenen leven, zijn de wilde olijftakken die, wanneer ze geënt zijn in de gecultiveerde wortel, de proselieten zijn, ze waren vreemdelingen van de Wet, maar door bekering worden ze weer deel van Israël.
Dit vers in Romeinen is een van de vele die ons leren dat we vriendelijk moeten zijn voor onze eigen soortgenoten, ook al zijn ze vervreemd van de Wet, ze zijn als vreemdelingen, ze zijn heidenen, maar desondanks olijven, zij het wild (d.w.z. vervreemd).
Dus in dat vers hierboven gebruikten de vertalers het woord ‘vreemdeling’, maar ze hadden óf ‘vervreemd’ óf ‘proseliet’ moeten gebruiken.
Laten we eens kijken naar twee Kione Griekse woorden voor vreemdelingen en buitenlanders (er zijn nog verschillende andere woorden, maar dit zijn de belangrijkste).
ξένος, η, (ον xenos), een vreemdeling.
ἀλλογενής (allogenēs), gebruikt in de Septuagint wat betekent “[van] een andere familie/natie” een ander ras.
Maar geen van deze woorden wordt gebruikt in de oorspronkelijke tekst van het vers hierboven, één van de ‘lievelingsverzen’ die de kerken altijd graag gebruiken.
Laten we dus eens kijken naar die ‘lievelingsverzen’, in de meest gebruikte Engelse vertalingen, gevolgd door het Grieks.
King James Versie Exodus 22:21
Gij zult een vreemdeling niet kwellen, noch hem verdrukken; want gij waart vreemdelingen in Egypteland.
Griekse Septuagint Exodus 22:21
[22:20] καί προσήλυτος οὐ κακόω οὐδέ μή θλίβω αὐτός εἰμί γάρ προσήλυτοςἐν γ Αἴγυπτος
Engelse versie Leviticus 19:34
Maar de vreemdeling, die bij u woont, zal u zijn als iemand, die onder u geboren is, en gij zult hem liefhebben als uzelf; want gij waart vreemdelingen in Egypteland: Ik ben de HEERE, uw God.
Grieks Septuagint Leviticus 19:34
ὡς ὁ αὐτόχθων ἐν σύ εἰμί ὁ προσήλυτος ὁ προςπορεύομαι πρός σύ καίἀγαπάω αὐτός ὡς σεαυτο ὅτι προσήλυτος γίγνομαι ἐν γ Αἴγυπτος ἐγώεἰμί κύριος ὁ θεός σύ
King James versie Deuteronomium 10:19
Hebt dan den vreemdeling lief; want gij waart vreemdelingen in Egypteland.
Griekse Septuagint Deuteronomium 10:19
καί ἀγαπάω ὁ προσήλυτος προσήλυτος γάρ εἰμί ἐν γ Αἴγυπτος
Dus als we alleen op de vertalingen zouden afgaan, lijkt het erop dat de kerken gelijk hebben. Maar zoals je kunt zien heb ik de oorspronkelijke Griekse LXX-teksten bij elk vers geplaatst en in elk geval is het woord niet; ξένος of ἀλλογενής (vreemdeling of rasvreemdeling) maar is het in plaats daarvan; προσήλυτος om te betekenen, proseliet …en helemaal niet ‘vreemdeling’.
We moeten ons inderdaad gaan afvragen wat er in de hoofden van de vertalers omgaat, want dit volgende vers is een echte verdraaiing van de vertalingen, slordig werk;
King James Versie. Maleachi 4:1
Want zie, de dag komt, die zal branden als een oven; en alle hoogmoedigen, ja, en allen, die goddeloos handelen, zullen stoppelen; en de dag, die komen zal, zal hen verbranden, spreekt de HEERE der heirscharen, dat hij hen zal laten, noch wortel, noch tak.
Dus de trotsen zullen ontworteld worden uit het land…toch? Dat staat in onze vertalingen. Maar is dat wat de LXX zegt? Onthoud altijd dat de LXX de versie is die Jezus gebruikte en waaruit hij citeerde…
Griekse Septuagint. Maleachi 4:1
[3: 19] διότι ἰδού ἡμέρα κύριος ἔρχομαι καίω ὡς κλίβανος καί φλέγω αὐτόςκαί εἰμί π ς ὁ ἀλλογενής καί π ς ὁ ποιέω ἄνομος. καλάμη καί ἀναἅπτωαὐτός ὁ ἡμέρα ὁ ἔρχομαι λέγω κύριος παντοκράτωρ καί οὐ μή ὑπολείπω ἐκαὐτός ῥίζα οὐδέ κλ μα
Hallo! Is daar iemand?
Ziet iemand dit? De LXX gebruikt het woord ἀλλογενής
Dat klopt; allogenēs! Dat betekent; raciale vreemdeling. Waarom gebruikten de vertalers dan het woord ‘trots’? Het begint erop te lijken dat ze iets proberen te verdoezelen.
DUS DE RACIALE VREEMDELINGEN ZULLEN STOPPELS ZIJN! Dat betekent dat deze multiraciale puinhoop die ons land is geworden dankzij de kerken, politici, universiteiten, media en de vijand van Askenaz-bestand ongedaan zal worden gemaakt. Dus stop met van hen te houden… hou in plaats daarvan van Gods waarheid.
Laten we nu dat woord allogenes vertalen en datzelfde vers nog eens lezen…
Want zie, de dag komt, die zal branden als een oven; en alle ras-vreemdelingen, ja, en allen die goddeloos doen, zullen stoppelen zijn; en de dag die komt, zal hen verbranden, spreekt de HEERE der heerscharen, zodat hij hen zal verlaten, wortel noch tak.
Bob heeft tenminste gelijk als hij dit zegt…
“Jona’s probleem was niet dat hij de liefde van God verkeerd begreep, maar dat hij niet dezelfde liefde voor Ninevé had als God. Jona’s liefde was partijdig; die van God was onpartijdig. Jona was hier zelfs zo boos over dat hij wilde sterven. Jona 4:3 zegt,
3 Daarom nu, Here, neem mijn leven van mij weg, want de dood is mij liever dan het leven.” …”
Bob citeert dan graag dat ‘oude favoriete’ vers van de kerken, dat Abraham geroepen was om een zegen te zijn voor alle geslachten op aarde (Gen. 12:3).
3 En Ik zal zegenen wie u zegenen, en wie u vervloekt zal Ik vervloeken, en in u zullen alle geslachten der aarde gezegend worden.
Ah ja, alle rassen zullen gezegend worden, juist …. Staat er alle rassen? Ja of nee?
NEE! Er staat alle FAMILIES! Helaas gebruiken we de Engelse taal zonder te weten welke woorden Engels of nep-Engels zijn. Het woord ‘Familie’ is een Nep-Engels woord dat zo’n 500 jaar geleden in het Engels terecht kwam…maar in tegenstelling tot het Engels komen de wortels uit het Latijn, niet uit het Angelsaksisch…het was: “familia”. Het kwam in het Engels in de 15e eeuw en het betekende ‘household’. En eigenlijk is ‘Household’ het echte Engelse woord voor familie omdat het aangeeft dat het een patriarchale structuur heeft met de man als hoofd over de vrouw en kinderen en allen die dienen. Gezin is verbonden met het woord Familiar… namelijk: dat wat niet vreemd is.
Dus wanneer de Bijbel zegt: “alle Families”, bedoelt hij niet alle rassen. Inderdaad, tot de jaren 1970 waren andere rassen niet in ons land en waren we totaal onbekend met raciale vreemdelingen, tot die tijd zagen we nabijgelegen ‘families’ als naties die van onze verwanten waren zoals het betekent; allen die Verwanten zijn. Familie betekent letterlijk ‘verwanten’ en betekent niet ‘vreemdelingen’.
Gen 12:3 zegt dat door de lijn van Abraham, Jezus zal komen en door HEM die door Abraham komt… dat alle Adamieten die ‘verloren’ waren na Adam Gen 2 faalde, allen gezegend zullen worden omdat Jezus hen zal redden van hun doodse aard van zonde, het breken van de Wet… omdat de Wet alleen voor hen was. Dat is wie en waarom zij gezegend zouden worden. Het heeft niets te maken met zegeningen van Hottentotten, Maori’s, Eskimo’s, bruine Filippino’s of Koreanen.
Bob voegt eraan toe…
“Petrus, de Joodse nationalist, negeerde het eerste deel van dit vers in Handelingen 3:25, 26, zeggende op de dag van Pinksteren,
25 U bent het die de zonen van de profeten bent, en van het verbond dat God met uw vaderen sloot, zeggende tot Abraham: “En in uw zaad zullen alle geslachten der aarde gezegend worden.” 26 Voor u als eersten heeft God zijn dienaar opgewekt en Hem gezonden om u te zegenen door ieder van u van uw boze wegen af te keren.
De roeping van Abraham, die Jezus kwam vervullen, was om alle geslachten op aarde te zegenen. Hij zegende Juda EERST, maar niet exclusief. Petrus definieerde toen wat het betekent om een zegen te zijn. Zegenen betekent mensen van hun slechte wegen afbrengen”.
Nou ‘zegenen’ betekent dat eigenlijk niet…het betekent ‘heilige gunst schenken aan’…of, ‘goed spreken over’. Dit kan alleen zo zijn voor diegenen die hiervoor apart gezet zijn…namelijk; Adamieten.
Inderdaad, dit wordt gedaan door hen af te keren van “hun goddeloze wegen”. ALLEEN de Israëlieten werden geacht goddeloze wegen te hebben waarvan zij gered moesten worden, en als zij eenmaal zouden veranderen, dan zou de rest van hun clans of ‘verwanten’ (families), dus rassenverwanten, gezegend worden.
Ja…universele redding…voor de mensheid…namelijk DE MENSENSOORT (soort betekent, bekende…verwanten…maar NIET raciale vreemdelingen). Wanneer de bijbel het woord ‘families’ gebruikt is dat altijd in de context van verwanten en in veel gevallen wordt duidelijk gemaakt welke verwanten, “Tezelfdertijd, zegt de Heer, zal Ik de God zijn van alle families….”. Dus welke families? Alle rassen? “Tezelfdertijd, zegt de Here, zal Ik de God zijn van alle geslachten van Israël, en zij zullen Mij tot een volk zijn.” Jer. 31:1. Dit vers laat ons de context zien waarin we “alle geslachten der aarde” moeten gebruiken. Merk op dat de bijbel niet zegt, OP de aarde, het zegt, “van de aarde”, dus niet op de planeet aarde, maar om te betekenen, ‘van het land’. Welk land? Waar de families van Israël zijn. Inderdaad zegt het vers ook: “en ZIJ zullen mijn volk zijn”. Wie? ZIJ…De families van Israël. Dit is geen nationalisme, het is racisme.
‘Bob’ zegt graag dat Jona’s nationalisme racistisch gemotiveerd was (hij gebruikt racisme dus in de moderne betekenis als iets negatiefs) en dat zijn motief om het volk van Ninevé niet te helpen zich te bekeren was omdat hij Gods woord alleen geschikt vond voor de bewoners van het land waar hij vandaan kwam… zo presenteert Bob zijn zaak. Bob laat doorschemeren dat Jona een racist was en dat wij als Israëlitische gelovigen vandaag de dag zouden moeten ophouden als Jona te zijn en meer als de kerkgangers zouden moeten zijn, dat wil zeggen op hun niveau van zegen voor alle rassen. Maar daar gaat het verhaal van Jona niet over.
Ja, Jona’s probleem was nationalisme… de Ninevieten vielen niet onder het Koninkrijk van God… dat wil zeggen… als je je buiten het gebied van de tempeldiensten bevond en dus niet in staat was om gereinigd te worden door priesterlijke riten, werd je immers als onrein beschouwd en gezien als niet geschikt als deel van het Koninkrijk van God als de priesters geen offers konden brengen voor jouw zonden. Het betekende dat alle blanken die ofwel Adamieten verwant waren ofwel Israëlieten die buiten de jurisdictie/heerschappij van de Tempel leefden… (Het Koninkrijk van God zoals vertegenwoordigd door het Land Israël en later alleen het Land Judea)… het betekende dat al deze mensen ‘onrein’ waren en niet de moeite waard om gered te worden. Alleen degenen in het ‘Koninkrijk-gebied-met-de-tempel-diensten’ waren het redden waard. Zeker, men stelde zich voor dat het Koninkrijk zijn grenzen kon uitbreiden, maar alleen door meer land in te nemen en degenen die deze gewonnen gebieden bevolkten in te lijven. Dus met militaire middelen.
Degenen die dit geloofden, zagen niet dat de tempel in Oud-Jeruzalem slechts een schaduw was van de echte tempel, slechts een symbool van de echte tempel, net zoals een Shell-bord slechts een symbool is van Shell-benzine, maar een symbool is niet het echte ding. Inderdaad, de priesterlijke riten waren ALLEEN symbolen, deze reinigden NIEMAND! Het was alleen het Bloed van Jezus dat hen als rein beschouwde, en de riten waren slechts verwijzingen, symbolen, naar dat feit.
Wat God met de Ninevieten deed, was duidelijk maken dat de mensen zelf de tempel zijn, waar ze ook wonen, en als de heilige leer (heilige geest) tot hen zou komen en hun harten zou vullen om hun manieren te veranderen, dan was God de hogepriester, niet de tempelmannen in Jeruzalem. Dit idee dat de tempelmannen de weg zijn om rein te worden, is een geestelijke ziekte waaraan zelfs religieuze mensen tot op de dag van vandaag lijden. Zij zien priesters als de brug (pontif) naar God. Maar God liet Jona zien dat de weg naar God via berouw gaat, en helaas wilde Jona daar niets van weten. Toch is dat de manier waarop God het Koninkrijk vergroot en al die ‘families’ zouden als ‘schoon’ worden beschouwd en zij zouden deel uitmaken van de groei van het Koninkrijk zonder de noodzaak van een militaire campagne gezegend door tempelpriesters.
Op een bepaalde manier, als Jona dit had geaccepteerd, zou het Koninkrijk op Pinksterniveau toen al zijn gekomen…maar God heeft een Wil en een Plan…het Plan was om te wachten tot Jezus werd geboren en gedood op de dag van Pesach om een duidelijk einde te maken aan het Pesach-tijdperk. En daarna was het Gods plan om Jezus, Zijn zoon, het koninkrijk te laten erven als rechtmatige Koning om te regeren op Pinksterniveau, te beginnen met de 120 in de bovenzaal (meer daarover hieronder). We zien ook dat de Boom waarin Jona een schuilplaats vond verdorde, dit is omdat het Pinkster Koninkrijk eerst MOET komen (het Kerkelijk Tijdperk), de Tienden of Loofhutten komen pas na Pinksteren.
Dat was precies hetzelfde probleem waar Paulus veel later mee te maken kreeg. Paulus als Saulus was nog erger, hij vervolgde zelfs degenen binnen de tempeljurisdictie, en net als Jona werd hij opgeslokt in de duisternis…na het verblindende licht was Paulus 3 dagen blind. Merk ook op dat Jona 3 dagen in de buik van de walvis was. Zoals ‘Bob’ terecht opmerkt, was Jona een type voor Jezus…maar ook voor Paulus en Petrus. Maar Paulus en Petrus gingen verder dan Pesach, zij gingen Pinksteren in, en wij wachten nu op het inluiden van Pinksteren.
Jona was niet boos omdat zijn trots gekrenkt was, hij was boos omdat het volk van Ninevé zijn raciale verwanten waren, maar ze waren heidenen in hun doen en laten, en ze hadden geen hoop om gereinigd te worden omdat ze niet deelnamen aan de heilsrituelen die in Jona’s land gedaan werden. Dus waarom zou God hen redden, waarom zou God willen dat zij zich bekeren? Jona geloofde dat de inwoners van Ninevé verstoten waren van de zegeningen en deze daarom niet verdienden. Op dezelfde manier wilden de apostelen in het begin niet naar de heidense blanken buiten Judea gaan. Zij hadden hetzelfde probleem en dit werd heel duidelijk gemaakt met het visioen van Petrus. Het visioen dat de dwaze kerken onderwijzen moest Gods antwoord zijn op het einde van de spijswetten. De kerken van vandaag zijn zo ver verwijderd van de waarheid dat je beter lid kunt worden van een theekransje breiclub dan van welke kerkgroep dan ook.
Petrus’ visioen liet zien dat Petrus zijn raciale verwanten buiten Judea niet wilde ontmoeten. Daarom liet God hem een visioen zien met symbolen, dierensymbolen, maar dan heel specifiek, en God zei dat deze niet onrein waren. Deze dieren waren in en op een doek, dus ze bevonden zich binnen een ‘bedekt’ rijk. Het waren symbolen van stammen binnen een bedekt rijk. Het ging dus niet om voedsel.
Het helpt altijd om verzen in hun context te lezen, niet op zichzelf, en de context van het visioen wordt gegeven aan het begin van hoofdstuk 10, waar we lezen dat een centurio van de Italiaanse band een gelovige was en Petrus hem in zijn huis moest laten komen. Petrus geloofde dat een niet-Judeeër onrein was, dus niet bedekt, dus niet binnen ‘het rijk van Koninkrijksbedekking’. Het is allemaal heel duidelijk, maar het wordt vertroebeld door de kerken die zeggen dat de Romein een niet-jood was. Dat is gewoon verkeerd. De kerken vertroebelen de feiten. Ze laten doorschemeren dat het om een religieuze kwestie ging, namelijk onreine Romeinen omdat ze niet tot de Joden behoren. Maar alleen Saul was van de Joodse godsdienst totdat hij Paulus werd. Petrus was geen jood, hij was een christen-judeeër. De Raman was geen jood of judeeër, maar wel een Israëliet van bloed. Daarom moeten we heel voorzichtig zijn met het willekeurig gebruik van de vertaler om het woord Jood in te voegen wanneer de Griekse tekst andere woorden gebruikt, zoals Judeeër of Judahiet, of van de Joodse religie. Petrus was NIET van de Joodse religie.
Petrus die het visioen zag, zei niet simpelweg, “aha, de spijswetten zijn geschrapt.” Nee, we lezen dat hij erover nadacht en duidelijk maakte dat hij nooit onrein voedsel zou eten, hij besefte dat het visioen over iets anders ging.
Die voorspelling liet geen twijfel bestaan bij Petrus, het visioen dat hij zag ging niet over het eten van onreine dieren en insecten en roofvogels. Wat kon het dan wel betekenen?
Op dit punt gaf de Geest (Gods heilige manier van denken en bestieren) Petrus het antwoord: “Zie, drie mannen zoeken u. Sta op, ga naar beneden en ga met hen mee, zonder te twijfelen, want Ik heb hen gezonden” (Handelingen 10:19-20). Petrus begreep al snel de betekenis van het visioen, het ging over MANNEN die vroeger als onreine dieren werden beschouwd. Dus ging hij naar de poort om de drie mannen te ontmoeten en nam hen die nacht als gasten in huis. De volgende dag vertrok hij, vergezeld door een aantal broeders, met zijn drie gasten naar Caesarea.
Toen Petrus het huis van Cornelius binnenging, vond hij veel mensen verzameld om hem te horen.
De eerste woorden van Petrus tot de verzamelde groep maken duidelijk hoe Petrus het visioen had begrepen: “Jullie weten zelf hoe onwettig het is voor een Judeeër om met iemand van een ander volk om te gaan of iemand van een ander volk te bezoeken; maar God heeft mij laten zien dat ik niemand gewoon of onrein moet noemen. Dus toen ik werd geroepen, kwam ik zonder bezwaar” (verzen 28-29, RSV).
Merk ook op dat hij zei: een willekeurige MAN. Man wordt gebruikt om verwanten te bedoelen. Het gaat om racisme, niet om nationalisme. Cornelius was een RACIAAL bloedverwant, maar geen nationale inwoner/burger van Judea. Petrus moest begrijpen dat hij een Racist moest zijn en geen Nationalist, iets wat Jona niet begreep.
Daar is Gods antwoord aan Petrus! “God heeft mij laten zien dat ik niemand gewoon of onrein moet noemen.” Het visioen gaat over mensen – heidenen – die door de Judeese gelovigen als onrein werden beschouwd, en het visioen heeft niets te maken met het opheffen van de spijswetten.
Cornelius was een rasverwant… en hij was een gelovige, maar geen Judeese Adamiet, hij was een Italiaanse Adamiet die geloofde, dus hij was een Proselyt.
Dit zijn degenen die we moeten liefhebben, Proselyten van onze rassenstam, ongeacht welk geografisch naamplaatje ze hebben.
Even terzijde: ons wordt niet verteld wat voor dieren er in het visioen te zien waren, maar omdat Petrus erover nadacht en tot de juiste conclusie kwam dat het over onreine MANNEN ging (de soort Adamieten), zou het voor de hand liggen dat de dieren die getoond werden de dieren waren die Israëlitische stammen en rijken symboliseerden die voortkwamen uit hun Adamitische verwanten, waarnaar werd verwezen doordat ze zich binnen het ‘Doek der Bedekking’ bevonden. Net als in de openbaring, komt Nieuw Jeruzalem naar beneden in het visioen van Johannes, het doek in het visioen van Petrus dat 4 hoeken heeft is een symbool voor Nieuw Jeruzalem, en in het visioen van Johannes wordt ons verteld dat alle poorten de namen van de stammen van Israël hebben… we zullen de namen, Zoeloe, Koreaan, Hotentot, of andere niet op die poorten vinden. Deze dieren in het kleed van Jeruzalem die van ‘boven’ komen, omvatten die van Daniëls visioen en die van Jakobs zegeningen. Dus de Adelaar en Slang en het Paard van Dan, de Leeuw van Juda en anderen van Jakob’s zegeningen, en de Beer en Luipaard van Daniëls visioen.
Eten is een bijbels symbool van verovering, we zien dit toen de vijanden van ons volk in het OT riepen dat ze door de Israëlieten zullen worden opgeslokt (opgegeten). Daarom zei God, deze mogen niet onrein genoemd worden, verzwelg ze in het groeiende Koninkrijk op Pinksterniveau (zie opnieuw hieronder met de uitleg van het getal 120). Alle families van Israël en de rijken die hen overvielen moeten worden opgeslokt in Gods Koninkrijk. Dat is de betekenis van Petrus’ visioen.
Jona begreep dat echter niet, dus in zijn ogen konden Proselyten niet rein geacht worden, het betekende ook dat hij niet volledig begreep waar de bloedoffers over gingen, God kon de bedekking van Jezus’ bloed ‘terugdateren’… in feite is dat wat hij deed, de bloedoffers reinigden helemaal niemand, het symbolische gebaar om dit te doen was eigenlijk een daad van ‘terugdateren’ van het bloed van Jezus. Als Jona dit volledig had begrepen, zou hij blij zijn geweest met het berouw van het volk van Ninevé en dan zou het Pinkstertijdperk zijn aangebroken, de bevolking van Ninevé was 120.000…ziet iemand dit? 1000 betekent heerlijkheid, 120 betekent uitstorting van de Heilige Geest (Gods gezindheid). Toch moest het plan wachten tot 33 na Christus toen de 120 de uitstorting hadden. Dus door niet blij te zijn, verwierp hij eigenlijk het werk van God door middel van alle riten die naar Jezus leidden.
Hij had moeten weten dat Jezus op een dag geboren zou worden en gedood zou worden als het Lam van God om alle families van Israël en hun verwanten te bedekken.
Met dat begrip kunnen we de ware reden voor Jona’s woede zien, omdat Jona het er niet mee eens was dat alle families van Israël gered moesten worden.
Jona zag niet in dat verwanten verwanten zijn. Paulus daarentegen begreep, net als Petrus… verwanten is verwanten. En Paulus begreep dat Jezus degene was van wie Abraham al lang had voorspeld dat hij (Jezus) zou komen zodat alle ‘Familiehuizen van de aarde’ gezegend zouden worden. Alle Adamieten, zij het Israëlieten, Judahieten, Scythen (Duitsers en Slaven), Barbaren (Kelten) en Grieken (Helens…niet te verwarren met vele Grieken van vandaag) zullen gered en gezegend worden. Dat is echt universalisme in tegenstelling tot universeel-smeltkroes ‘Jezus in hun hart toelaten’ on-Bijbelse onzin.
Jona staat eigenlijk voor de harten van hen die God denken te kennen en niet kunnen wachten tot God Babylon wegvaagt volgens hun persoonlijke interpretatie van vernietiging. Maar Nineve is de manier waarop God met Babylon zal afrekenen. Dat is de les van Jona. Al die dieren in Petrus’ visioen zijn de schepselen van de MENS in verschillende vormen, zoals eerder gezegd, de stammen van de Israëlieten en de rijken die hun ongelovige verwanten in de loop der tijd hebben gemaakt. Ze moeten allemaal overwonnen worden, niet door het zwaard van militaire macht, maar door het zwaard dat komt uit de mond van onze Koning Jezus, het Woord. Al deze stammen en rijken moeten worden gezien als niet langer onrein. Allen zullen zich tot gelovigen keren, allen zullen zich bekeren. Babylon behoort daarom God toe. God zal Babylon vernietigen door het in het Nieuwe Jeruzalem te veranderen. De vernietiging zal de verwijdering zijn van alles wat verkeerd is. Dat is wat bekering doet.
De kerken faalden in het onderwijzen van het woord omdat het woord alleen op verdraaide manieren door de predikanten werd uitgedeeld en bekeringen werden gedaan door andere stammen van Israël te doden in de ‘naam van God’ en toen de stammen niet langer naar de kerken wilden gaan… dan gingen de wereldwijze priesters naar de niet-Israëlieten om te proberen schoon te maken wat niet gereinigd hoefde te worden, naar deze niet-Israëlieten prediken ze ‘Liefde’ wat ze naar ons volk hadden moeten doen. Dat is de reden waarom wanneer Jezus begint te regeren op het niveau van Booths, en de priesters zeggen, hebben we geen duivels uitgedreven in uw naam? (Het doden van rassen verwanten en het geven van de tienden en offers voor Gods Koninkrijk aan de gekleurde rassen, dus het beroven van God … Jezus zal zeggen, “ga weg van mij jullie werkers van wetteloosheid, want ik heb jullie nooit gekend.”
‘Bob’ schrijft…
“Maar dit is meer dan een verhaal van bekrompen nationalisme versus Gods interesse in alle naties. Het is een profetie van universele verzoening, de bekering van Gods vijanden. Het is ook het verhaal van gelovigen die het niet eens zijn met Gods plan om de hele mensheid te redden.”
In deze opmerking zien we dat hij eigenlijk de waarheid spreekt, maar een onwaarheid bedoelt… hij begrijpt de woorden zelf niet die hij gebruikt, “om de hele mensheid te redden”.
Ik ben het eens met ‘de mensheid’ redden…maar niet op de Joods-Christelijke manier waarop het woord ‘mensheid’ wordt gebruikt…Joods-Christenen bedoelen eigenlijk ‘primaat-aliens-die-spraakvaardigheid-hebben’. (Als ik Joods-Christelijk zeg…bedoel ik NIET Christelijk…ik bedoel kerkelijke gelovigen)
Ook het woord ‘verzoening’ wordt verkeerd begrepen door Bob. Het is ook een Nep-Engels woord. Het ware woord zou moeten zijn; ‘Opnieuw bevrienden’… Want dat is wat het betekent. Het opnieuw bevriend raken met iemand die ontvriend was. Je kunt alleen opnieuw bevriend raken met een vriend die ontvriend was. Je kunt niet opnieuw bevriend raken met iemand die nooit bevriend is geweest. Dat ontvrienden gebeurde niet tussen God en Zoeloes of Koreanen. Het gebeurde met Adamieten. Dus ALLEEN Adamieten konden opnieuw bevriend worden.
Bob schrijft…
Zo zegt Jona 4:4,
4 En de Heer zei: “Heb je een goede reden om boos te zijn?”
Anders gezegd, God vraagt Jona: “Is jouw boosheid te rechtvaardigen?” God stelde Jona’s wijsheid en liefde in twijfel. Het lijkt erop dat Jona niet antwoordde. Jona 4:5 zegt,
5 Toen ging Jona de stad uit en ging ten oosten van de stad zitten. Daar maakte hij een schuilplaats [sukkah, “hut”] voor zichzelf en zat eronder in de schaduw totdat hij kon zien wat er in de stad zou gebeuren.
Symbolisch gesproken hield de profeet Sukkoth, het feest van de hutten, of Loofhutten. God hielp hem hierbij door een plant te laten groeien die hem schaduw gaf tegen de zon. Jona 4:6 zegt,
6 Toen stelde de Here God een plant [kekayon, “kalebas”] aan, en die groeide over Jona heen als een schaduw over zijn hoofd om hem van zijn ongemak te verlossen. En Jona was dolblij met de plant.
Dit was geen gewone plant. De kekayon is de ricinusolieplant. Hij is genoemd naar het stamwoord kaya, “kotsen”. Bob vertelt,
“Als kind kreeg ik castorolie tegen wormen en parasieten in de Filippijnen. Ik geloof niet dat ik het ooit heb ingenomen zonder over te geven. Vandaar dat Steve ‘Jonas’ begrijpt.
Maar waarom zou God zo’n plant geven om Jona schaduw te geven in zijn Sukkah? Ik geloof dat het Gods medicijn was tegen de geestelijke wormen in zijn buik (diepste wezen, of hart). Alles was niet goed in Jona’s hart, hoewel hij een profeet was en van God had gehoord. Boos zijn op God vanwege Zijn barmhartigheid en genade is geen gezonde toestand.
Dit probleem wordt verder benadrukt in Jona 4:7,
7 Maar God stelde bij het aanbreken van de dag een worm [towla] aan, die de plant aanviel en verdorde.
Waarom zou God Jona zegenen met een schaduwplant en vervolgens een worm aanwijzen om de plant te vernietigen? Was het niet om Jona’s ongezonde denkwijze te onthullen, evenals het antwoord op het probleem?
Volgens Gesenius’ Hebreeuws-Chaldee Lexicon is een towla een worm, “in het bijzonder een worm die voortkomt uit rotting. Het stamwoord is yala, “iets onbezonnen uitspreken”. Jona werd duidelijk gewaarschuwd om niet overhaast te zijn in zijn antwoord op Gods vraag.
Op dit moment had Jona niets gezegd, maar God had de woorden van zijn hart al gehoord. Een worm was ook metaforisch voor een gehaat of zwak mens.
Hetzelfde Lexicon vertelt ons ook dat tola “scharlakenrood” betekent. Het wordt vertaald als “karmozijnrood” in Jesaja 1:18, “Hoewel ze rood zijn als karmozijnrood [towla], zullen ze zijn als wol.”
Dit was dus geen gewone worm. De Hebreeuwse tekst noemt het een towla, wat een worm is waaruit in de oudheid karmozijnrode kleurstof werd gewonnen. Volgens het boek van Henry Morris, Biblical Basis For Modern Science, pagina 73,
“Wanneer het vrouwtje van de scharlakenrode worm klaar was om haar jongen te baren, hechtte ze haar lichaam aan de stam van een boom en zette zich zo stevig en permanent vast dat ze nooit meer weg zou gaan. De eitjes die onder haar lichaam werden afgezet, werden zo beschermd totdat de larven waren uitgekomen en hun eigen levenscyclus konden beginnen. Als de moeder stierf, bevlekte de karmozijnrode vloeistof haar lichaam en het omringende hout. Uit de dode lichamen van zulke vrouwelijke scharlaken wormen werden de commerciële scharlaken kleurstoffen uit de oudheid gewonnen.”
Dit vertelt ons dat de worm in het verhaal van Jona het hokje met karmozijnrood bevlekte toen het zijn leven gaf om nakomelingen voort te brengen. Is dit niet een perfect beeld van Christus, die Zijn leven gaf om vele zonen in heerlijkheid te brengen? Psalm 22:6 voorspelt Jezus Christus in Zijn dood aan het kruis, zeggende: “Ik ben een worm [Heb.towla], en geen mens, een smaad van mensen, en veracht door het volk.” Toen Jezus stierf, bevlekte Zijn bloed het kruis, net zoals het karmozijn van de worm de stam van de kalebas bevlekte in de tijd van Jona.
Daarom stuurde God de kotsplant om te laten zien hoe Jona zich comfortabel voelde met zijn eigen kots. Daarna stuurde Hij de karmozijnrode worm om te laten zien hoe de dood van de Messias gezonden was om zijn ongezonde toestand te genezen. Helaas moest de profeet terugkeren naar Pesach, dus werd zijn Sukkoth geannuleerd.
Dit suggereert dat degenen die het niet eens zijn met Gods plan om Zijn vijanden te redden, nog niet in aanmerking komen om het Loofhuttenfeest te houden. En dat hij het Bloed van Jezus niet begreep…”.
Inderdaad, niemand lijkt het bloed van Jezus te begrijpen. Het bloed van Jezus was het bloed van zijn volk… niet van raciale vreemdelingen.
Ik ben het met ‘Bob’ eens dat dit alles een voorbode is van het werk van Jezus, maar Universele Opnieuw vrienden worden kan alleen zijn met hen die eens niet meer zijn vrienden waren en het Bloed is van de Verwanten, de bekenden…het HUIS-van-GOD… Dus; God (de Vader, een familieterm op zichzelf)…>…Jezus zijn ZOON…. >Het Lichaam-van-Jezus (het overwinnende lichaamsvolk van Verwanten)…>…de Bruid-van-Jezus (de proseliet die de waarheid nog moet leren kennen Verwanten)…>…de Vrucht van het Koninkrijk…het voortbrengen van allen die in deze eenheid geboren worden… namelijk…alleen Adamieten die opnieuw bevriend kunnen worden…dat is de WARE Universele-Verlossing…en niet het enten van bananenbomen in druivenstokken zoals de Joods-Christelijke ons willen doen geloven. Een bananenplant behoort niet tot de ‘familie’ van druiven.
Jona was niet in staat om het koninkrijk op Pinksterniveau te brengen omdat hij het er niet mee eens was, laat staan op standniveau, vandaar dat zijn stand opdroogde.
‘Bob’ geeft nog een heel goed detail voor ons om te begrijpen, helaas ziet ‘Bob’ iets maar koppelt het niet aan de dingen die hij onderwijst…
Opnieuw zijn nieuwsbrief aanhalend…
“…Jona 4:8 zegt,
8 En het geschiedde, toen de zon opkwam, dat God een verzengende oostenwind aanstelde, en de zon sloeg op Jona’s hoofd, zodat hij flauw werd en met heel zijn ziel smeekte om te sterven, zeggende: “De dood is mij beter dan het leven.”
Een oostenwind betekent oordeel uit het oosten – misschien wel uit Nineve zelf, dat “oostelijk” was. Het lijkt erop dat Jona een type was van Israël dat werd veroordeeld voor zijn slechte houding en voor het niet akkoord gaan met het goddelijke plan om Zijn vijanden te verzoenen.
Toch zorgde deze verzengende oostenwind, met de zon die op zijn hoofd stond, er niet voor dat Jona tot inkeer kwam.”
Juist…heeft iemand dit opgepikt? De ‘oostenwind’? Het gezegde is: “het is een zieke wind die uit het oosten waait.”
Bob’ blijft ons de laatste jaren vertellen dat de ‘koningen van het oosten’ van Openbaring 16 Rusland en China zijn als een soort koning Cyrus. Sheldon Emry wees er echter terecht op dat het woord ‘koning’ hier gebruikt wordt als een symbolisch woord voor mindere goden, namelijk door mensen gemaakte goden…dus door mensen gemaakte regels om over door mensen gemaakte koninkrijken te heersen.
Openbaring 16 vertelt over het tijdperk waarin we nu leven. Ik zal nu niet te veel in detail treden omdat dit geen studie over Openbaring is, maar we moeten dit begrijpen, dat hoofdstuk 16 vertelt over 7 uitstortingen op aarde als onheil (oordeel) van God in zijn koninkrijk dat een volledig gezuurde klomp is, gezuurd door het zuurdesem van de Farizeeën… dus dit spreekt over het einde van de heerschappij van het kerkelijk tijdperk.
De koningen van het Oosten verwijzen naar door mensen gemaakte religies door mensen gemaakte filosofieën en vleselijke mensen en heidense religieuze manieren. “bob” zelf vertelt ons terecht dat de islam Gods oordeel is over het eigenzinnige christendom. Deze religies uit het Oosten, deze Koningen uit het Oosten zijn geen verlossers zoals Bob graag zegt, zij zijn het LAATSTE ‘onheil’ oordeel over het zogenaamde Christelijke Westen. Het betekent dus religies uit het Oosten. En de weg werd hiervoor bereid, zo wordt ons in Openbaring verteld, door het opdrogen van de Eufraat. De Eufraat was de traditionele scheidslijn tussen Oost en West. De ‘wind die uit het oosten waait’ zijn de koningen van het oosten… en het is een SLECHTE WIND… het is onderdeel van de 7 schalen die in de aarde worden gegoten. Het zijn geen verlossers want ze worden gevolgd door vervloekingen en niet door zegeningen.
De oosterse filosofieën die het westen binnenwaaiden toen de Eufraat opdroogde, hebben niet het westen gezegend waar ze naartoe kwamen, maar het westen vervloekt.
12 En de zesde engel goot zijn fles uit op de grote rivier de Eufraat, en het water daarvan werd opgedroogd, opdat de weg van de koningen van het oosten bereid zou worden. 13 En ik zag drie onreine geesten als kikkers komen uit de bek van de draak, en uit de bek van het beest, en uit de bek van de valse profeet. 14 Want het zijn geesten van duivelen, die wonderen doen, die uitgaan naar de koningen der aarde en der gehele wereld, om hen te verzamelen voor de strijd op die grote dag van God, de Almachtige. 15 Zie, Ik kom als een dief. Welgelukzalig is hij die waakt en zijn klederen bewaart, opdat hij niet naakt wandelt en zij zijn schande zien. 16 En hij verzamelde hen op een plaats die in de Hebreeuwse taal Armageddon wordt genoemd.
Symbolisch zeggen we dat het opdroogde in 1973, toen de olie opdroogde met de door mensen veroorzaakte oliecrisis, toen kinderen speelden op de autovrije autowegen en vrijliggende wegen van Europa. Later kwam er benzine op rantsoen met tankbonnen, en toen mochten de ene dag auto’s met even nummers rijden, en de volgende dag auto’s met oneven nummers.
Toen konden we opeens allemaal weer rijden. Op hetzelfde moment doken de eerste bootvluchtelingen op en luidden de kerkklokken in verschillende landen…niet om ons te waarschuwen voor een buitenaardse invasie als teken van dodelijk gevaar…maar om hen welkom te heten!!!
Tot dan toe waren de enige religies die we kenden de twee rivaliserende helften van het Christendom…Katholieken of Protestanten. Plotseling leerden we dat er Joden waren om over na te denken, toen Moslims, toen Hindoes, toen Boeddhisten enzovoort… allemaal ‘kleine goden’ “koningen van het oosten” en alleen de weinige kerkgangers gingen naar de kerk, maar ze verwelkomden de mensen van de ‘koningen van het oosten’ met liefde, een liefde die ze nooit toonden voor hun eigen verwanten. De kerken waren zo ziek dat ze de legers van de families van Israël zegenden tot een massale slachting in WO1 en WO2 en zegenden die van Esua om hier winst op te maken, waarbij ze nooit aan het licht brachten wie de bankiers zijn. Zelfs vandaag niet…
De koningen van het Oosten zijn de SLECHTE WIND!!! Zij zijn niet onze redders zoals koning Cyrus.
Het is ongelooflijk dat ‘Bob’ zijn eigen woorden niet kan zien van de gure wind uit het oosten die op Jona’s kotsplant blaast om het te verschroeien als een verschroeide aarde. De koningen van het oosten laten een verschroeide aarde (land) achter. Waar ze ook komen met hun volgelingen, onze steden worden woestenijen. Vandaag de dag, wanneer we in welke stad dan ook komen, in wat het christendom was, zijn we de minderheid die in angst leeft om ‘s nachts en in sommige gevallen overdag op straat te lopen. En nu is het beleid geworden om deze niet-blanken ook naar het platteland te sturen. Dit is de verschroeide aarde van de zieke wind van de koningen van het oosten. Het is niet Rusland of China dat ons komt redden. Hoe toepasselijk dat de bedekking een kotsfabriek was. Wat zei Jezus als instelling tegen het laatste christelijke tijdperk?
15 Ik weet uw werken, dat gij noch koud, noch heet zijt; ik zou willen, dat gij koud of heet waart.
16 Dus omdat gij lauw zijt, en noch koud, noch heet, zal ik u uit mijn mond spuwen.
We zouden kunnen zeggen dat de bedekking van de kerk van Kots een bedekking van Kots was… niet het echte werk. Die bedekking eindigde volledig in 1994 toen de allerlaatste bedekking op Pinksterniveau eindigde met het einde van de Apartheid. Apartheid was een systeem van christelijk racialisme waarbij je zowel door genade als door ras werd gered. Dat eindigde in 1994 en wij als Families van Israël hebben geen bedekking meer op Pinksterniveau door middel van een braakhuis, de verzengende hitte van de koningen van het oosten hebben de weg vrijgemaakt voor Armageddon, de raciale voorbede (vernietiging) van de Families van Israëlieten. Als systeem dat de kotskerken nu het liefhebben omarmen van hen die ze niet mochten liefhebben.
Dit betekent dus dat we het Koninkrijk van God niet kunnen redden op een Pinksterniveau alsof het een standniveau heeft bereikt door onze eigen wegen. Elk standniveau van het Koninkrijk dat door Joods-christelijke christenen wordt geprobeerd, zal falen omdat dit standen van kots zijn die door Koning Jezus moeten worden uitgespuwd.
Dit komt omdat zij het Bloed van Jezus NIET begrijpen. Ze begrijpen niet dat zijn bloed ALLEEN diegenen bedekt die als volk de bloedrituelen moesten uitvoeren die naar Jezus wezen. Geen enkel ander ras deed deze riten. ALLEEN ONS volk deed dit. Alleen ons volk is verwant aan Jezus… en Jezus wordt “de verwanten verlosser” genoemd… een verwante verlosser verlost alleen verwanten… het bloed van verwanten bedekt alleen verwanten. Hoe moeilijk kan het zijn om dat te begrijpen?
Net als Jona sterven onze mensen liever onder het verzengende beleid van de oostenwind dan dat ze hun eigen verwanten liefhebben.
Jona staat voor de kerken in hun onenigheid met God over… gered door genade van het uitverkoren ras.
Het betekent dat de tijd van een leider uit ons volk om op te staan en ons te redden voorbij is, niemand kan het koninkrijk redden. Dit komt omdat ons volk liever sterft met de verzengende oostenwinden en hun eigen kots Joods-Christelijke kerken en de kots Edomitische democratie…deze kots is hun bedekking geworden die Jezus verwerpt…”Ik zal jullie uitspuwen (uitkotsen)”.
Alleen via Jezus en Zijn Lichaam zullen er standen komen. Zijn Lichaam zijn NIET de Judeo-christenen van de kerken omdat deze bedekt zijn met hun eigen kots (hun valse ideeën over Jezus en hun liefde voor de vreemdelingen die leven bij de ILL WIND van het Oosten).
Het Lichaam van Jezus is niet de bruid op dezelfde manier als een Bruidegom geen Bruid is.
Dat Lichaam bruidegom gezelschap is de 144.000.
En dat brengt ons bij een andere aanwijzing… een die ‘Bob’ voor ons benadrukt… wat prachtig is. Toch verbindt hij het niet helemaal met het bovenstaande. Maar dat is OK…dat zullen we nu doen…
Jona 4:10, 11
10 Toen zei de Heer: “U hebt medelijden gehad met de plant waarvoor u niet hebt gewerkt en die u niet hebt laten groeien, die van de ene op de andere dag is opgekomen en van de ene op de andere dag is doodgegaan. 11 En zou ik geen medelijden hebben met Ninevé, de grote stad waar meer dan 120.000 mensen wonen die het verschil niet kennen tussen hun rechter- en linkerhand, en ook veel dieren?”
Merk eerst op dat Ninevé personen en vele dieren had. Dit zijn dezelfde dieren in het boek Jona die handen hadden en konden praten en kleren van rouwgewaad aantrokken. Om dat ene punt van dieren nog eens te benadrukken.
Maar laten we nu verder gaan, want ik wil dat je naar dit gedeelte van vers 11 kijkt, “120.000 personen”. Het aantal heeft een link met het Pascha.
Vers 6 zegt dat “Jona overdreven blij was over de plant”, maar niet over de genade en barmhartigheid van God. We kunnen dit op minstens twee manieren bekijken. Ten eerste was hij blij met de plant die zijn sukkah (d.w.z. het feest van Sukkoth) vormde. Hij had de behoefte om het verheerlijkte lichaam te ontvangen door het Loofhuttenfeest, maar helaas was hij ook blij dat hij zich in zijn eigen kots kon wentelen. We zien daarom dat hij blij was om onder de leer van de kots te vallen, namelijk om de families van Israëlieten niet lief te hebben.
Hij moest nog steeds terug naar Pesach en de echte omvang leren van het werk dat Jezus nog moest doen aan het kruis voor de zonde van de wereld (1 Johannes 2:2). “2 en Hij is de Wederpartij (verzoening) voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden van de hele wereld.”
Natuurlijk zullen kerkgangers zeggen: “zie je wel, de hele wereld”… in hun gedachten betekent dit op de een of andere manier de planeet en alles wat zich daarop bevindt. MAAR dat is niet wat de Griekse tekst zegt. Het woord ‘wereld’ is vertaald van het woord κόσμου, kosmos.
Overigens betekende het Griekse woord Kosmos toen nog niet het heelal zoals het tegenwoordig wordt gebruikt. Het betekende “Het Systeem”. Dus moeten we ons afvragen: Welk Systeem? Dat is gemakkelijk. Het systeem van de koninkrijken van de Beesten waaronder ons volk moest leven, zoals voorspeld door Daniël. De rijken die leiden tot het Mysterie Babylon waarin wij nu leven. Het heeft niets te maken met andere rassen, het heeft te maken met de koninkrijken van MAN waarin en waarmee Adamieten moesten leven, die op een dag zullen worden bekeerd zoals Nineve; maar niet tot Pinksterniveau, maar tot standenniveau, een niveau zonder judeo-kots. Jona was het niet eens met zo’n concept, net als zovelen vandaag de dag.
Bob’ heeft het volgende te zeggen over de 120.000 inwoners van Nineve…
“In het laatste vers ontdekken we dat Nineve 120.000 inwoners had. Het getal 120 wordt in de Bijbel altijd geassocieerd met de uitstorting van de Heilige Geest. De hoogte van Salomo’s tempelportaal was 120 el (2 Kron. 3:4). Er zijn 120 trompetters en zangers die eensgezind optraden toen de Heilige Geest in Salomo’s tempel kwam (2 Kronieken 5:12). Er waren 120 discipelen in de bovenzaal op de Pinksterdag, toen de Geest werd uitgestort op de kerk (Handelingen 1:15).”
“Het leven van Mozes was een schets van de geschiedenis die naar onze tijd vandaag leidde. Hij stierf op 120-jarige leeftijd (Deut. 34:7), nadat hij de eerste 40 jaar in Egypte had doorgebracht. Daarna werd hij uit Egypte geroepen en bracht de tweede cyclus van 40 jaar door met trainen voor goddelijke dienst in de woestijn. Tenslotte werd hij geroepen om Israël te bevrijden uit het huis van slavernij. Zijn laatste 40 jaar bracht hij door met het leiden van Israël naar het Beloofde Land.
Dus ook de eerste 40 Jubilea van de geschiedenis brengen ons bij Abraham, de tweede brengt ons bij Jezus, die ons uit het huis van slavernij leidde. In de derde cyclus heeft Jezus de kerk door haar eigen wildernis geleid om ons op dit moment naar het Beloofde Land te brengen.”
We zien dus dat Ninevé stond voor een multiculturele samenleving, als gevolg van haar vleselijke wegen, omdat ze niet in staat waren Gods weg van goed en kwaad te kennen. We zien dat er berouw nodig was en dat dit gebeurde, of Jona het nu leuk vond of niet. Dat berouw zou ongetwijfeld gebeurtenissen hebben zien plaatsvinden zoals we kunnen lezen in het boek Ezra waar het volk zei dat ze gezondigd hadden en dat de belangrijkste zonde gemengde relaties waren, precies de zonde die ze in dat boek openlijk toegaven en die hen in de eerste plaats naar Babylon bracht.
We zien dat als Nineve veranderd kon worden door bekering in plaats van door chaos en interne oorlog en volledige economische ineenstorting, dat het dan ook op die manier kan gebeuren. Maar we zijn nu ver voorbij het Pinkstertijdperk, we zijn nu volop in Ezau’s tijdperk waarbij het kerkelijke “Beest-van-de-Zee” systeem volledig vermengd is met Ezau’s “Beest-van-de-Aarde” systeem. Openbaring spreekt daarom niet over 120.000. In plaats daarvan spreekt het over 144.000.
Dit komt omdat 144.000 een standenniveau is, een niveau dat Jona niet in zijn hart had en zijn stand veranderde in een kots die stervende dagen van een Pinksterervaring symboliseert.
God toonde ons ter lering dat het Pinkstertijdperk moet eindigen in kots die zal worden uitgespuwd. Het heeft zijn tijd uitgezeten. Het zal nooit meer terugkeren, de kerken zullen nooit meer opstaan om Kerk en Staat te vormen. Kerk en staat is een Pinksterervaring waarbij het Koren opgroeit met het Onkruid, wat uiteindelijk leidt tot de ziekte die alle stervende rijken treft, die van Multi-culturalisme. Die ziekte is de weg van geen terugkeer naar glorie, alleen om te kotsen.
120 in de bovenzaal kregen heerlijkheid en zo werd de weg van de geschiedenis ingeslagen die het Kerktijdperk werd genoemd, en bijbels gesproken het Pinkstertijdperk, een tijdperk van het Korengezelschap van Israëlieten die probeerden de vruchten van het koninkrijk voort te brengen met de financiële steun en uiteindelijke overname van het Onkruid. Dat kleine beetje zuurdesem had nu de hele klomp zuur gemaakt.
Dus 120 x Glorie = 120.000.
144 x Glorie = 144.000.
Maar waarom 144?
Omdat zij de Eerste Vruchten zijn, dat wil zeggen, de Beste Vruchten, de Titvruchten die tot goud zijn geworden (geraffineerd).
De wet vertelt ons dat als de weg om de eerste vruchten naar de tempel te brengen te lang is, je het kunt omzetten in ‘geld’ of goud (geld is oud Engels voor ‘money’, gebaseerd op het feit dat geld ooit goud was). Maar om dit te doen moet je er 1 vijfde of 20% van de waarde bij optellen, dus 120 x 20% = 144.
Dus de 144.000 staat voor de verfijnden die zullen regeren en die Gods eerstelingen zijn, het Lichaam-van-Jezus-Compagnie.
Zij zullen ons binnenvoeren in de stand of tabernakel van Gods Koninkrijk op Aarde, en het zal niet zijn zoals die gekke plaatjes die de Jehovah’s getuigen laten zien in hun Wachttoren bladen waar alle rassen lachend samenkomen in een tuin van fruitbomen terwijl ze lammetjes en leeuwen knuffelen…
Noch zal het de toekomst zijn van de David Ickes van de wereld waar we zullen leven in zielloze utopische steden met cultuurloze gebouwen en eindeloze milieuvriendelijke democratie.
Het zal de RESTORATIE zijn van alles wat ADAMIET is… dus onze culturen zullen nieuw leven worden ingeblazen, onze architectuur, onze kunst, onze muziek en ONS VOLK… als een Amenvolk met Gods Wet als een levende wet van ons land.